„Duurzame vrede verder weg dan ooit”
NEW YORK – De Amerikaanse VN-ambassadeur Susan Rice heeft donderdag het belang van de opwaardering van de Palestijnse status tot waarnemend niet-lid van de Verenigde Naties gebagatelliseerd.
„De Palestijnen ontwaken morgen om te ontdekken dat hun leven nauwelijks is veranderd, los van het feit dat een duurzame vrede verder weg is”, waarschuwde ze.
De Amerikaanse minister van buitenlandse zaken Hillary Clinton noemde de aangenomen resolutie „betreurenswaardig en contraproductief.”
Ook Canada, een van de negen landen die tegen stemde, vreest dat de erkenning van Palestina een oplossing voor het conflict met Israël juist in de weg staat.
De Canadese minister van Buitenlandse Zaken, John Baird, waarschuwde al voor de stemming dat de nieuwe status een symbolische stap is richting een volledig VN-lidmaatschap. Dat zou „de kern ondermijnen” van de pogingen om een akkoord te bereiken tussen Palestijnen en Israëliërs.
De Palestijnse president Mahmud Abbas vroeg de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties donderdag om een „geboortecertificaat voor Palestina.” Volgens Abbas was de stemming in de Algemene Vergadering over het verhogen van de Palestijnse status tot waarnemend niet-lid de laatste kans om de tweestatenoplossing te redden.
Volgens de Israëlische VN-ambassadeur Ron Prosor hebben de Palestijnen met hun verzoek de vrede de rug toegekeerd. Prosor verklaarde dat de Verenigde Naties de 4000 jaar oude band tussen het Israëlische volk en het land van Israël niet verbreken.
De VS en Israël deden verwoede pogingen om de stemming in de Algemene Vergadering te voorkomen, maar de Palestijnen weigerden hun verzoek aan de VN in te trekken. De VS hebben eerder al gewaarschuwd dat het streven naar een Palestijnse staat alleen succesvol kan zijn als de Palestijnen willen onderhandelen over vrede met Israël.
Europa reageerde donderdag verdeeld op het Palestijnse verzoek aan de VN. Grote landen als Frankrijk, Italië en Spanje schaarden zich achter de Palestijnen. Daarnaast kon het Palestijnse verzoek rekenen op instemming van Zwitserland, Zweden en Ierland. Het kamp van neezeggers was beduidend kleiner en kende in Tsjechië zijn belangrijkste vertegenwoordiger. Groot-Brittannië, Duitsland en Polen, en in hun kielzog Nederland, onthielden zich van stemming.