Koptische doop in een kinderbadje
OSS – Magdy en Nawal Ramzy emigreerden in 1962 als eerste kopten naar Nederland. Religieus gezien kwam het echtpaar in een vacuüm terecht; er was nog geen Koptisch-Orthodoxe Kerk in Nederland. Vijftig jaar later is er veel veranderd.
Aan het huis te zien heeft de Egyptische familie Ramzy het gemaakt in Nederland: een riante villa met een grote tuin aan de rand van het Brabantse Oss. Binnen verbloemt het echtpaar zijn koptische achtergrond niet. Aan de muren hangen iconen van Maria en de Heere Jezus. Boven de open haard prijkt een schilderij van een koptische kerk aan de Nijl, waar Nawal Ramzy haar jeugdjaren doorbracht.
Magdy Ramzy, secretaris van de Koptisch-Orthodoxe Kerk in Nederland, en Nawal Ramzy (beiden 74) emigreren in 1962 naar Nederland, omdat Magdy Ramzy een baan aangeboden krijgt bij het farmaceutische bedrijf Organon in Oss.
De overgang van Caïro naar Oss is groot. „Caïro stond in die tijd op gelijke voet met steden als Parijs, Milaan, New York. Het was het centrum van mode en cultuur. Oss was voor ons een achtergebleven gebied. Ik moest lachen als mensen dachten dat we in Egypte op blote voeten liepen en ons per kameel verplaatsten.”
Nawal Ramzy: „In Egypte kwam ik Magdy vaak om 6 uur ophalen uit zijn werk en dan gingen we uit. Hier was alles om die tijd uitgestorven.”
Toch twijfelt Ramzy geen moment als Organon hem een vaste baan in Oss aanbiedt. „Je bouwt je leven niet op uitgaan, maar op je werk. Het bedrijf was in die tijd een van de modernste in de wereld. De kans om daar te blijven, liet ik niet aan me voorbijgaan.”
Op religieus gebied komt het echtpaar Ramzy in Nederland in een vacuüm terecht. Een Koptisch-Orthodoxe Kerk bestaat niet. Daarom besluiten ze de zondagse diensten te bezoeken van de rooms-katholieke parochie in Oss. De Ramzy’s krijgen toestemming om deel te nemen aan de eucharistie. „Het geloof is heel belangrijk voor ons, dat wilden we niet kwijt. Het is onze leidraad, onze redding en onze steun en toeverlaat.”
Nawal Ramzy laat een stapeltje Bijbels zien in verschillende talen. „De Bijbel is Gods Woord. Ik lees het elke dag. Het is voor mij als honing.”
Als in 1963 hun dochter wordt geboren, staan Ramzy en zijn vrouw voor een dilemma. „Onze dochter in de Rooms-Katholieke Kerk laten dopen, was voor ons een brug te ver. Je herhaalt een doopsel immers niet. We baden er dagelijks voor, maar wisten niet wat we moesten doen.”
Het jaar daarop woont een koptische bisschop in Nederland een vergadering bij van de Wereldraad van Kerken. Hij heeft de naam van de Ramzy’s doorgekregen en belt hen op om te vragen of zij nog hulp nodig hebben. Een gebedsverhoring voor het echtpaar. Magdy: „Ik geloof in de voorzienigheid van God. Die man was door Hem gestuurd.”
Enige tijd later is de eerste koptisch-orthodoxe mis in Nederland een feit. De doopdienst wordt gehouden bij de familie Ramzy thuis, een babybadje dient als doopvont. De jaren daarna draagt een koptische priester uit Egypte incidenteel een mis op bij de Ramzy’s.
In de jaren zeventig en tachtig emigreren er veel kopten naar Nederland, veelal om economische redenen. Ze krijgen in 1985 een eigen priester, vader Arsenios El Baramousy, en kopen hun eerste kerkgebouw. De jaren daarna volgen nog vijf parochies: in Den Haag, Utrecht, Eindhoven, Leeuwarden en Assen. Twee gemeenten zijn nog in opbouw, in Enschede en in Middelburg. Er zijn ruim 6000 kopten in Nederland.
Volgens Ramzy, die met zijn vrouw lid is van de koptische kerk in Eindhoven, heeft de groei zich de laatste jaren gestabiliseerd. „Er is wel sprake van natuurlijke aanwas, maar dat zijn geen grote aantallen. Bijna alle kopten hebben twee kinderen.”
Van ontkerkelijking is geen sprake, zegt Ramzy. „Jongeren blijven lid van de kerk en zijn zeer betrokken. Daar wordt in onze kerk ook erg op gehamerd. De jeugd heeft de toekomst.”
Dit is het tweede deel in een serie artikelen over koptische christenen in Nederland. Vrijdag deel 3.