DEN HAAG – Nu de rookwolken van de Senaatsverkiezing zijn opgetrokken, kunnen er voorzichtig enkele conclusies worden getrokken. Het kabinet kan doorregeren, maar resultaten boeken zal soms lastiger zijn.
Wekenlang bleef de Nederlandse burger na de Statenverkiezingen van 2 maart in het ongewisse over de exacte zetelverdeling in de nieuwe Eerste Kamer. Om de laatste restzetels te bemachtigen, rekenden en onderhandelden coalitie en oppositie zich suf. Achter hermetisch gesloten deuren, vanzelfsprekend.
Nu het eindresultaat eindelijk bekend is, kunnen er voorzichtig enkele conclusies worden getrokken. De eerste is dat de uitslag weinig verrassend is. Het lijkt er veel op dat de samenstelling van de Senaat niet anders geweest zou zijn wanneer alle partijen gewoon op zichzelf hadden gestemd; met uitzondering dan van de restzetel van D66 die door een domme fout voor die partij verloren ging.
Die eerste conclusie bevat dus meteen veel ironie. Want wat heeft dan al dat dealen en wheelen van de afgelopen maanden voor zin gehad? Uren en uren vergader- en rekentijd zijn, in zekere zin, voor niets geweest.
Hindernissen
De tweede gevolgtrekking is dat de coalitie nu kan doorregeren, zij het dat zij zich voor wat meer hindernissen geplaatst ziet dan wanneer zij in de Eerste Kamer 38 zetels had behaald. Maar het uitvoeren van het regeerakkoord is met 37 zetels plus 1 zetel van de SGP wel degelijk mogelijk. Veel vervelender was het voor Rutte en de zijnen geweest wanneer de coalitie was blijven steken op 36 zetels en de staatkundig gereformeerden op 1. Dan was het kabinet in de Senaat afhankelijk geworden van meerdere oppositiepartijen, wat een veel complexere politieke situatie had opgeleverd.
Dat scenario was verre van denkbeeldig. Het was immers mogelijk geweest dat een aantal CDA-senatoren dat grote moeite heeft met de samenwerking met de PVV deze gelegenheid had aangegrepen om de coalitie min of meer beentje te lichten. Dat is echter niet gebeurd.
De derde belangrijke conclusie is dat de SGP haar strategische positie niet alleen heeft behouden, maar in feite ook nog eens heeft versterkt. Is voor het kabinet-Rutte de steun van de SGP in de Tweede Kamer niet meer dan handig, in de Eerste Kamer is diezelfde steun onmisbaar.
Verstoord
De SGP betaalt voor het behoud van haar spilpositie wel een duidelijke prijs. Die bestaat er in de eerste plaats uit dat de kleine christelijke partijen gezamenlijk een vierde Senaatszetel mislopen, die zij bij hechte samenwerking gemakkelijk hadden kunnen binnenhalen. Hij bestaat in de tweede plaats uit een ernstig verstoorde relatie met de ChristenUnie. CU-senator Kuiper trok gisteren fel van leer tegen de staatkundig gereformeerden, die hij niet alleen verweet te hebben bijgedragen aan de door hem zo verfoeide „politisering van de Eerste Kamer”, maar die hij ook voor de voeten wierp „een keuze te hebben gemaakt tégen de oude vriend de ChristenUnie.” Volgens Kuiper kunnen de gezamenlijke fractievergaderingen met de staatkundig gereformeerden, een gewoonte die in de Senaat al zo’n twintig jaar bestaat, niet meer op die manier worden voortgezet.
Of de soep inderdaad zó heet wordt gegeten, zal de komende weken moeten blijken.