„Kerkverlater heeft kerk iets te zeggen”
AMERSFOORT – Kerkverlating betekent een loslaten van kinderen in de hand van God. Dat zeggen Arie de Rover en dr. Peter van de Kamp. Ze vinden dat de boodschap van kerkverlaters serieus moet worden genomen, door de achtergebleven gezinsleden en door de kerk.
De afdeling kerkmaatschappelijk werk van De Driehoek, christelijke psychosociale hulpverleningsinstantie, raakte een verborgen slagader, door kerkverlating te agenderen op een themadag, zaterdag in Amersfoort. Een aanmeldingenstop was nodig. Tijdens de lezingen was het soms ademloos stil en bij de workshops bleven persoonlijke ervaringen stromen over de kerkverlating door partner, broer, zus of kind.
De kerk laat volgens de bezoekers nogal wat steken vallen in zorg om ouders van kerkverlaters. Door gebrek aan interesse en invoelingsvermogen staan ouders alleen. De „gemeenschap der veiligen” bant uit wie gewoonten doorbreekt. Adviezen borrelen op: niet alleen de kerkenraad, maar de gehele gemeente heeft een taak in zorg om kerkverlaters en hun betrokkenen.
Relaties zijn de kern van de ziel, zo stelt Arie de Rover, pastoraal counselor van stilte- en retraitecentrum Renovita in Bleskensgraaf. „De ziel verlangt naar betekenis en zingeving. En die zoekt de mens in zijn relaties, zoals die tussen ouder en kind.”
Een onafhankelijke identiteit van vader of moeder is nodig om onvoorwaardelijke liefde te kunnen geven. En daar kan het volgens de coach misgaan. „Als je je onvervuld voelt, zoek je eerst bij je man of vrouw vervulling. Zo’n relatie van ”voor wat hoort wat” gaat op den duur scheef trekken en kan zomaar breken. Je kind is de tweede op wie je je claim kunt leggen. Dat is niet moeilijk, want kinderen eten uit je hand. Het wordt pas strijd als een kind puber wordt.”
Ouders moeten die strijd faciliteren, zegt De Rover. Hij weet hoe moeilijk dat is als vader van vijf kinderen van wie er twee van de kerk afscheid hebben genomen. „Volgens de scheppingsorde horen kinderen los te komen van de ouders. Anders blijven ze hun leven lang erkenning zoeken. In mijn praktijk ontmoet ik vijftigers die vastgelopen zijn. Ze waren er voor papa, omdat ze zijn tekort aanvulden. Andere papa’s, zoals de carrière, de economie of de katheder in de kerk, voldoen dan niet meer.”
Het publiek krijgt een stelling voorgehouden: Haalt u als ouder bevestiging en erkenning uit uw kind, of uit God? Arie de Rover, pastoraal counselor uit Bleskensgraaf, vraagt door over het vertrouwen op God en over het vrijlaten van God: „Stel dat God uw kind niet heeft uitverkoren, is God dan nog steeds uw Abba, uw Papa, of hoeft het dan niet meer?”
Alleen na beantwoording van die vraag kan een kind eigen keuzes maken, aldus De Rover. Dan ziet hij in zijn werk „ontroerende dingen. Als we als kerk in staat zijn die claim op kerkverlaters los te laten, kunnen we hun ook een zegen meegeven. En als ouders hun kind loslaten, moet hij op zoek naar zijn eigen geluk. Dat kan voor een ommekeer zorgen. Het allergrootste geschenk dat we onze kinderen kunnen meegeven, is dat ze hun identiteit alleen bij God halen.”
Dr. Peter van de Kamp, docent diaconiek en homiletiek aan de Theologische Universiteit Kampen, geeft handvatten voor pastoraat rondom kerkverlating. „De pastorale basishouding is dat ik ook kerkverlater had kunnen zijn. Door Gods genade ben ik tegengehouden, ondanks mijn traagheid, mijn nalatigheid en door al die ruzies in de kerk.”
Kerkverlating, omschreven als het breken met God of met de kerk zonder zich bij een ander kerkgenootschap aan te melden, komt vooral onder jongeren voor. „Het zal alleen maar toenemen.” Volgens Van de Kamp heeft de maatschappij geen grote verhalen meer nodig, maar kleine verhalen, vol eigen ervaringen. „Individuele autonomie en persoonlijke keuzevrijheid zijn sleutelwoorden.”
Als directe en concrete oorzaak signaleert Van de Kamp dat er iets mis is gegaan in de relationele sfeer, bijvoorbeeld bij bespreking van ongehuwd samenwonen. „Zo’n jongen of zo’n meisje voelde zich door een ouderling liefdeloos behandelde toen ze zeiden dat ze gingen samenwonen. Of ze mochten opeens niet meer aan het heilig avondmaal deelnemen.”
De kerk als „huisgezin” moet haar fouten kunnen toegeven en willen belijden, vindt Van de Kamp. Hij geeft het advies om er oog voor te hebben dat een meer cognitief gekleurde geloofsbeleving zorgt voormeer afhakers dan een meer emotionele „spirituele golflengte van de gemeente.”
Pastoraal gezien is het de grootste fout om kerkverlating te zien als een louter administratief probleem, aldus Van de Kamp. „Er is geen geloofsrelatie meer. Dat betekent afscheid nemen en loslaten. Maar een pastor moet het levensverhaal van een kerkverlater willen aanhoren. Toon belangstelling, respect en geduld en geef eerlijke afscheidswoorden mee. Geef hem of haar over aan de drie-enige God, in wiens Naam die jongen of dat meisje is gedoopt. Uit de kerk betekent nog niet uit het Vaderhart van God. Probeer daarom pastoraal contact te houden door iemand een halfjaar later op te zoeken.”
Voor ouders verandert er ook veel. Ze kunnen vol schuldgevoelens zitten en kerkelijke momenten van doop en belijdenis raken hen diep. „Ze moeten soms het puntje van hun tong bijten in gesprek met hun kinderen. Het pastoraat moet woorden vinden om pijn en verdriet onder woorden te brengen. Dan kan weer gebeden worden voor verloren dochters en zonen.”