Samen zingen bij Luthers woorden in Ursinus’ stad
HEIDELBERG – ”Jauchz Erde jauchzet über all!” De woorden van Psalm 100:1 in de Duitse berijming van Matthias Jorissen weerklonken donderdagavond in de Heiliggeistkirche in Heidelberg.
Voor het derde jaar organiseerde de stichting Vrienden van Heidelberg en Dordrecht een psalmzangavond als onderdeel van een kerkhistorische reis naar Duitsland. „We willen het reformatorische erfgoed graag teruggeven aan de Duitsers, want er is bij hen nagenoeg niets meer van over”, verwoordt secretaris M. Timmermans de motivatie van de stichting.
Naast de 130 deelnemers aan de reis zijn ook de bezoekers van de Heidelberg Conference on Reformed Theology aanwezig, evenals enkele tientallen andere belangstellenden. „Toen we hoorden van de plannen voor de conferentie hebben we voorgesteld dat te combineren met onze psalmzangavond”, licht Timmermans toe.
Ds. G. J. van Aalst, predikant van de gereformeerde gemeente in Klaaswaal en oud-docent Duits, heet de aanwezigen welkom in het monumentale godshuis. „Het is bijzonder om elkaar te ontmoeten op de plek waar Ursinus en Olevianus gepreekt hebben.”
Na het zingen van Psalm 100 leest Sebastian Heck, predikant van de Selbstandige Evangelisch-Reformierte Gemeinde in Heidelberg 2 Korinthe 5:11-21. „Denn Er hat den, der von keiner Sünde wüsste, für uns zur Sünde gemacht, auf dass wir würden in ihm die Gerechtigkeit die voor Gott gilt”, zo luidt het 21e vers.
Nadat weer enkele psalmen gezongen zijn, bestijgt Heck de kansel om een meditatie te houden. Het heeft nog heel wat voeten in de aarde gehad voordat hij daar toestemming voor kreeg – de verhouding met de ”Landeskirche” ligt gevoelig.
De predikant vertelt over de vraag van Luther: hoe kan een zondig mens bestaan voor een rechtvaardige God? Na veel strijd en zoeken vond Luther het antwoord.
„Nergens in het Nieuwe Testament is dat antwoord duidelijker te vinden dan in 1 Korinthe 5:21”, aldus Heck. Deze tekst laat een „vrolijke ruil” zien, zo haalt hij Luthers woorden aan. Het is een dubbele ruil: Christus krijgt onze zonden, en wij krijgen Christus’ gerechtigheid. „Met deze uit vrije genade geschonken gerechtigheid van Christus kunnen wij voor God verschijnen.”
„Hoe zijt gij rechtvaardig voor God?” Ook iemand anders stelde die vraag. Het was Zacharias Ursinus, toen hij in 1563 de nieuw opgestelde catechismus vanaf dezelfde kansel in Heidelberg voorlas. Vraag 60 herhaalt de vraag van Luther. Heck: „Wat is er passender dan 447 jaar later het antwoord van Ursinus te laten klinken?”
Heck: „Hebt u de dubbele ruil gehoord? God ziet u in Christus zo aan alsof u geen zonde gehad of gedaan hebt. Dat is een wonderlijk Evangelie.” Hoe krijg je daar deel aan? „Alleen door een waar geloof in Jezus Christus.” Deze dubbele ruil geldt voor degene die zijn zonde kent en door het geloof tot Christus vlucht.
Ds. Van Aalst spreekt een dankwoord. „We voelden ons innerlijk verbonden. U treedt in de voetsporen van Luther.” De Nederlandse predikant verwijst nog naar vraag 65 van de catechismus. „Vanwaar komt zulk een geloof? Van de Heilige Geest. Het is alles vrije genade.”