LEEUWARDEN – Plaatselijke gemeenten in de Protestantse Kerk in Nederland (PKN) hoeven volgend jaar duizenden euro’s minder te begroten om naar de solidariteitskas over te maken.
Het bestuur van de dienstenorganisatie heeft namelijk voorgesteld om de forse verhoging van de bijdrage aan de solidariteitskas van 5 euro naar 7,50 euro per belijdend lid in 2011 nog niet uit te voeren.
Dat maakte directeur H. Feenstra van de Dienstenorganisatie van de PKN gisteravond bekend in Leeuwarden.
Het voorstel moet in november nog wel worden goedgekeurd door de landelijke kerkvergadering (kleine synode).
Reden voor het uitstel is dat een gereserveerde 1 miljoen euro uit de reserves voor de steunverlening dit jaar nog niet is aangebroken. Daarom wil het bestuur dat geld nu overhevelen naar 2011. Dan is de verhoging met 2,50 euro niet nodig.
De aangekondigde verhoging van de bijdrage aan de solidariteitskas leidde in 2009 tot grote verontwaardiging bij de kashouders van de plaatselijke kerken, omdat het voor veel gemeenten tot een extra uitgave van duizenden euro’s zal leiden.
Directeur Feenstra zei overigens dat plaatselijke kerken er wel rekening mee moeten houden dat als volgend jaar blijkt dat de gelden voor de solidariteitskas toch echt nodig zijn, het ook daadwerkelijk in rekening wordt gebracht bij de gemeenten. Uitstel is dus geen afstel.
Feenstra kondigde ook aan dat het kerkrentmeesterlijk quotum licht naar beneden gaat in 2011. Dat wordt 4,35 procent (was 4,40 procent). Van het diaconaal quotum gaat 5 eurocent af in 2011. Dan moet per belijdend lid 1,40 worden afgedragen.
De Dienstenorganisatie van de PKN boekte over het jaar 2009 een positief resultaat van 1.093.000 euro, zo werd deze zomer bekend.
Het overschot van ruim 1 miljoen euro werd toegevoegd aan de algemene reserves.
De algemene risicoreserve van de Protestantse Kerk was, na de toevoeging van het resultaat over 2009, gestegen tot 9,8 miljoen euro.
Het financiële resultaat was vooral te danken aan lagere personele kosten over 2009.
