Carl Trueman bepleit vasthouden aan belijdenis
HEIDELBERG – Het formuleren van een belijdenis is een Bijbelse opdracht voor de kerk. Dat betoogde prof. dr. Carl Trueman gisteren op de openingsdag van de Heidelberg Conference on Reformed Theology.
De driedaagse conferentie, georganiseerd door de Selbständige Evangelisch-Reformierte Kirche Heidelberg (SERK), heeft als thema ”The Church: Reformed & Always Reforming”. De SERK is gesticht met steun van de Amerikaanse presbyteriaanse organisatie Reformation 2 Germany. Deze heeft als doel om in Duitsland voorgangers op te leiden, lectuur uit te geven en gemeenten te stichten die de gereformeerde belijdenis onderschrijven.
Belijdenissen zijn niet populair in de huidige tijd, ook niet onder evangelicale christenen, constateerde de hoogleraar kerkgeschiedenis aan Westminster Theological Seminary in Philadelphia (VS) in zijn lezing over de waarde van de belijdenis voor de kerk. Als reden daarvoor noemde hij onder meer „dat het multiculturalisme ons er bewust van gemaakt heeft hoezeer we door onze eigen cultuur bepaald zijn. Daaraan zitten positieve kanten, maar het heeft er ook toe geleid dat men vindt dat de ene groep niet meer tegen de andere groep mag zeggen de waarheid te hebben. Taal wordt gezien als manipulerend.”
De Brits-Amerikaanse hoogleraar wees ook op de diep ingesleten gedachte dat de toekomst beter is dan het verleden. „Het denkbeeld dat het verleden het heden iets te bieden heeft, is vreemd aan onze cultuur.”
Gezonde woorden
Trueman bracht hiertegenin dat taal volgens de Bijbel een adequaat middel is om de waarheid uit te drukken. „Het eerste wat we van God in Genesis lezen, is dat Hij een sprekende God is. God is daar waar Hij spreekt. God doet veel verschillende dingen, maar ze worden altijd geïnterpreteerd door woorden.”
De Bijbel geeft ook een heel andere waardering van het verleden. „Wij hebben de neiging te denken dat onze tijd uniek is. Belijdenissen herinneren ons eraan dat dit niet klopt. We zijn opgenomen in iets groters dan de dag van vandaag.”
De Bijbelse leer is daarom iets wat van generatie op generatie overgedragen moet worden. De hoogleraar citeerde hierbij de woorden van Paulus aan Timotheüs: „Houd het voorbeeld der gezonde woorden die gij van mij gehoord hebt” (2 Tim. 1:13).
Deze tekst geeft aan dat het opstellen van een belijdenis een Bijbelse opdracht is. De for mulering ”gezonde woorden” wijst erop dat de Bijbelse leer voor Paulus een vaste inhoud had. „Als je de Bijbel serieus neemt, heb je een belijdenis.”
Iedereen heeft een belijdenis, voerde de hoogleraar aan. „Er zijn twee soorten christenen: zij die ervoor uitkomen dat ze vasthouden aan een belijdenis en daarop aangesproken willen worden, en christenen die hun belijdenis verzwijgen en kritiek daarop niet accepteren. Daarmee stellen ze hun eigen belijdenis gelijk aan de Bijbel.”
Sommige zaken, zoals de dood en de opstanding van Christus, zijn zo belangrijk dat ze de moeite waard zijn om erover van mening te verschillen, aldus Trueman. En soms is het belangrijker om over een bepaald onderwerp een verkeerde opvatting te hebben dan je niet bewust te zijn van het belang ervan, waarbij hij als voorbeeld de doop noemde.
De hoogleraar wees ook op de „droevige historische staat van dienst” van degenen die bezwaar maken tegen belijdenissen. „Dat waren doorgaans degenen die de orthodoxie tegenstonden of haar niet konden vasthouden. Bij de derde generatie is er vaak niet veel meer van over.”
Westminster Confessie
Prof. dr. Derek W. Thomas, hoogleraar dogmatiek aan het Reformed Theological Seminary in Jackson, Mississippi, en predikant van een presbyteriaanse gemeente in dezelfde plaats, sprak over de leer van de kerk aan de hand van artikel 25 van de Westminster Confessie. Het is onmogelijk om over Christus te denken los van Zijn kerk, aldus Thomas. „Je kunt dus geen christen zijn zonder verbondenheid met de kerk. Dat is van belang in een tijd dat de zichtbare en georganiseerde kerk niet zo belangrijk wordt gevonden.”
Thomas, evenals Trueman afkomstig uit Groot-Brittannië, benadrukte dat verbondenheid met de kerk niet alleen een opdracht is, maar ook een opgave. „In de kerk kom je de raarste mensen tegen. Ik heb er veel vrouwen ontmoet van wie ik blij ben dat ze niet mijn vrouw zijn, en kinderen die gelukkig niet mijn kinderen zijn. Toch houd ik nog steeds van de kerk, omdat Christus van Zijn kerk houdt. Hij stierf voor haar.”