Noord-Ierland krijgt in april de zeggenschap over politie en justitie. Daar is een akkoord over bereikt waarmee vrijdag een punt is gezet achter de slepende politieke crisis rond het zelfbestuur van het Britse deel van Ulster.
De Britse premier Gordon Brown en zijn Ierse collega Brian Cowen presenteerden vrijdag het akkoord dat een avond eerder was bereikt.
De overdracht van deze cruciale bevoegdheden van Londen naar Belfast is een belangrijke mijlpaal op de weg die Noord-Ierland in 1998 is ingeslagen naar vrede en autonomie. Dat was na eeuwen van verbitterde conflicten tussen de protestantse en de rooms-katholieke bevolkingsgroepen.
Na tien dagen van moeizame onderhandelingen zijn de Noord-Ierse regeringspartijen, de republikeinse Sinn Fein en de pro-Britse Democratische Unionistische Partij (DUP), het eens geworden over het tijdstip van overdracht. Volgens het plan moeten politie en justitie vanaf 12 april in Noord-Ierse handen overgaan.
Er komt een werkgroep die zich moet buigen over eigen regelgeving voor parades. Traditionele Oranjeparades vormen een jaarlijks terugkerend politiek kruitvat in dit Britse deel van Ierland. Verder moet de nieuwe minister van Justitie via wetgeving worden ingepast in het huidige stelsel van zelfbestuur. Daarnaast zullen ongerijmdheden in het huidige bestuursstelsel in overleg worden verwijderd.
Het nieuwe akkoord tussen de Noord-Ierse regeringspartijen, de pro-Ierse Sinn Fein en de pro-Britse Democratische Unionistische Partij, is vrijdag positief ontvangen. De Britse premier Brown sprak over een nieuw hoofdstuk voor de jarenlang onrustige provincie. „Na tientallen jaren van geweld, jaren van onderhandelingen en weken van patstellingen is dit de dag dat we de toekomst hebben veiliggesteld.”
De Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken, Hillary Clinton, sprak van een „nieuwe belangrijke stap in de richting van volledige en blijvende vrede.”