Do 24 dec: „In het achterhok gaan dieren dood”
„Woensdag was een rampendag voor ons. Zeer emotioneel, met een teleurstellende afloop. Bij het scannen bleken ruim honderd van onze beste geiten schijndrachtig. Afgelopen weekend is besloten dat schijndracht voor dracht telt. Dus die gaan ook. Uiteindelijk moeten 457 dieren geruimd worden. We houden 380 geiten over.
Onze dierenarts belde om te vragen of wij wilden dat hij erbij is als ze komen ruimen. Dat willen we wel. Gert blijft er ook bij die dag. Iemand moet die jongens toch koffie geven.Weet je hoe geiten zijn? Intelligent. Nieuwsgierig. En zo speels als maar kan. Voor het melken gaan ze in een carrousel. Bij de ingang is het vaak dringen, daar zijn brokjes. Een van de geiten weet hoe ze nog een rondje kan meelopen: voor een extra portie brokken. Als we oogcontact met haar hebben, doet ze het niet. We hadden er ooit een die achter ons aan naar buiten liep en later op de tafel chips stond te eten. Zo ver kan ’t gaan.
Ze zijn helemaal gewend aan onze drie kinderen. De jongste, die 4 jaar is, zit rustig boven op het poortje naar de carrousel –de ingang– met haar beentjes te bungelen.
De kinderen blijven niet thuis als ze komen ruimen.
Morgen Kerst. Dat is dubbel. We vieren dat er Iemand geboren is. In het achterhok gaan dieren dood.”
Dit is het derde deel in een serie dagboekdelen.