„Wethouder Rhenen inconsequent”
Het besluit van het college Rhenen om levensbeschouwelijke organisaties zoals de plaatselijke NPV-afdeling op voorhand uit te sluiten van subsidies is inconsequent.
Dat stelt CDA-raadslid F. M. Bongers. „Ik vind dat wethouder Guichelaar met twee maten meet”, aldus de CDA’er donderdag.
Bongers: „De wethouder zegt: Ik ben voor de scheiding van kerk en staat. Maar als het met de jeugd in Rhenen en omgeving uit de hand dreigt te lopen, doet hij graag een beroep op predikanten om de zaak in goede banen te leiden. Alleen als het hem goed uitkomt, wil hij een beroep doen op de kerk.”
Het is een sport om christelijke organisaties in een hoek te duwen, zegt Bongers in reactie op het collegebesluit om het subsidieverzoek van de plaatselijke NPV-afdeling af te wijzen. „Alles moet algemeen zijn, het etiket christelijk mag nergens meer op staan.”
De bepaling uit de algemene subsidieverordening waarmee de gemeente Rhenen activiteiten van levensbeschouwelijk aard aanmerkt als niet-subsidiabel vind ik richting discriminatie gaan, zegt Bongers. „Ik denk dat zo’n bepaling nadere invulling behoeft om te voorkomen dat hij zomaar wordt toegepast.”
VVD-raadslid A. A. Bonnema noemt het collegestandpunt dat het werk van de NPV Thuishulp in Rhenen levensbeschouwelijk is en dus beperkend van karakter „wat zuur en vergezocht. Ik heb er geen behoefte aan de commissie bezwaarschriften aan te vallen.
Wel maakt dit standpunt mij nieuwsgierig naar de vraag hoe we in Rhenen levensbeschouwing definiëren. We steunen per slot van rekening tal van organisaties die weliswaar niet christelijk zijn, maar zich desondanks duidelijk onderscheiden door hun signatuur”, zegt Bonnema, die benadrukt dat hij op persoonlijke titel spreekt.
„Ik kan me voorstellen dat we als raad nog eens naar de subsidieverordening kijken”, aldus de VVD’er.
„Het kan niet zo zijn dat we tal van nuttige subsidies moeten afbouwen, omdat we ergens het woord levensbeschouwing zien staan.”
SGP-Tweede Kamerlid Van der Staaij wil van minister Ter Horst (Binnenlandse Zaken) weten of er meer gemeenten zijn met een verordening die subsidieverzoeken voor levensbeschouwelijke activiteiten afwijst. De verordening waarop de gemeente zich beroept, is volgens de SGP in strijd met de wet.
De SGP-fractie in Rhenen vraagt zich net als de SGP-Tweede Kamerfractie af of subsidieverordeningen zoals die in Rhenen passen binnen het ”Tweeluik religie en publiek domein” dat de Vereniging van Nederlandse Gemeenten alle gemeenten onlangs als handvat toestuurde. „Bovendien zijn wij erg benieuwd naar de antwoorden op de vragen die de Tweede Kamerfractie aan minister Ter Horst heeft gesteld”, aldus gemeenteraadslid W. Hulsman.
„Het is onterecht dat vrijwilligers die zich breed inzetten voor de Rhenense samenleving alleen om het feit dat zij een christelijke achtergrond hebben geen subsidie ontvangen”, zegt Hulsman. „Als dit de lijn wordt in Nederland, vervalt voor heel veel christelijke organisatie de mogelijkheid om subsidie te krijgen. Daarom zien wij met belangstelling, maar ook met vertrouwen de rechtszaak tegemoet.”
Voorzitter H. Roza van de NPV Rhenen wijst erop dat deze afdeling de subsidie juist had willen gebruiken om vrijwilligers te trainen om in de laatste levensfase respectvol om te gaan met andersdenkenden. „Dat is het wrange in deze zaak.”