Uiteindelijk moet het mogelijk worden dat homo’s en lesbiennes ook op de eilanden Bonaire, St. Eustatius en Saba in het huwelijk treden.
Als Curaçao, Aruba en St. Maarten het huwelijk niet willen openstellen voor personen van hetzelfde geslacht, is dat hun goed recht, schrijft Bijleveld. Het gaat hier om een autonome bevoegdheid van landen binnen het Koninkrijk. Die bevoegdheid wordt ook door internationale verdragen niet ingeperkt.
Anders ligt het echter met de zogeheten BES-eilanden. Bonaire, St. Eustatius en Saba hebben aangegeven een Nederlandse gemeente te willen worden. Dat betekent dat de wetgeving op deze eilanden „geleidelijk zal worden vervangen door Nederlandse wetgeving”, stelt de staatssecretaris.
Daarbij zal er wel ruimte zijn om op bepaalde punten voorzieningen te treffen die van de Nederlandse wetgeving afwijken. Maar het is „de inzet” van Nederland om geen uitzonderingen te maken op het terrein van de huwelijkswetgeving.
Een heel ander punt is of de Antillen verplicht zijn aan een in Nederland gesloten homohuwelijk ook alle mogelijke rechtsgevolgen te verbinden. In juni sprak het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba uit dat dit niet hoeft. Aanleiding was de kwestie waarin een lesbische vrouw haar echtgenote wilde laten meeverzekeren bij het Bureau Ziektekostenverzekeringen op Curaçao, wat door het bureau geweigerd werd.
Bijleveld geeft aan dat zo’n weigering haars inziens niet kan, noch op de BES-eilanden, noch op de overige drie eilanden. Voor wat de BES betreft, gaat zij de wetgeving aanpassen. Met Curaçao, Aruba en St. Maarten is zij over de kwestie in gesprek.