Buitenland

„Kyoto goed voor wederopbouw”

MONTREAL - De wereldtop vergadert deze week in het Canadese Montreal op de elfde klimaatconferentie van de Verenigde Naties. Als adviseur van de Iraakse minister van Buitenlandse Zaken houdt Ra’ad Mohammed S. Bajillan het proces nauwlettend in de gaten.

Anca Boon
9 December 2005 09:23
BAJILLAN …liever Kyoto dan olie…
BAJILLAN …liever Kyoto dan olie…

Bajillan is onmiddellijk in voor een gesprek over Kyoto, maar wil ook graag vertellen over de situatie in zijn thuisland. Hij is niet optimistisch. „Ik moet met een machinegeweer in de aanslag en een bewaker in mijn auto naar mijn werk. Voor iedereen die iets met de regering te maken heeft, dreigt continu gevaar. Ik zou graag weer in een stabiele situatie leven en weer veilig over straat kunnen. Dat heb ik veel liever dan een goed salaris en de noodzaak om mezelf te verdedigen.”Ook voor de veiligheid van zijn vier kinderen vreest Bajillan dagelijks: „Kidnapping is in Bagdad aan de orde van de dag. Soms vragen ze bedragen van 70.000 dollar als losgeld.”

Irak is volop bezig met de wederopbouw, zegt Bajillan. „Een belangrijk aspect daarvan is dat de politieke leiders een standpunt gaan bepalen over allerlei internationale vraagstukken. Daar hoort het klimaatverdrag van Kyoto ook bij.”

De gang van zaken op de conferentie volgt hij dan ook met grote interesse. „Met de ideeën en voorstellen die we hier horen, kunnen we de parlementsleden in Irak adviseren. Die zijn dan in staat om gefundeerde beslissingen te nemen.”

De olie-exporterende landen -verenigd in de OPEC- staan over het algemeen negatief tegenover het Kyotoprotocol. Wanneer de westerse landen overgaan op duurzame energiebronnen om hun uitstoot van broeikasgassen te beperken, voorzien zij een drastische daling van de verkoop van olie en dus van hun inkomsten. Ook in Montreal heeft deze partij haar bezwaren weer duidelijk laten horen.

De houding van Bajillan ten opzichte van het klimaatverdrag is echter zeker niet negatief. „Ons land heeft het protocol niet ondertekend, maar inmiddels hebben we met een totaal andere politieke situatie te maken dan in 1997. Voor ons vormt het verdrag geen bedreiging. Het kan juist een belangrijke bijdrage leveren aan de wederopbouw van het land. Industrielanden kunnen bijvoorbeeld de overgang financieren van olie naar andere, minder vervuilende energiebronnen als gas.”

Ook van de noodzaak om de uitstoot van broeikasgassen te beperken is hij doordrongen. „We zien de temperatuur stijgen in Irak. In voorgaande jaren vroor het rond deze tijd van het jaar een graad of 4; tot nu toe is de temperatuur steeds een paar graden boven het vriespunt gebleven. De neerslag is ook minder geworden. Ik kan geen concrete getallen noemen, maar vooral in het zuiden van het land valt nog maar weinig regen.”

Vooral het vaker voorkomen van zandstormen baart hem zorgen. „Die komen nu vier keer zo veel voor als voorheen. In zo’n storm kan je geen hand voor ogen zien. Mensen hebben moeite met ademhalen, het levert grote problemen op voor luchthavens en is schadelijk voor de landbouw. Als ik moet kiezen tussen een goed draaiende economie door de verkoop van olie of tussen een gezond leven voor mijn landgenoten, dan kies ik voor het laatste.”

Dit is de vierde aflevering in een vijfdelige serie met mensen die de VN-klimaattop in Montreal bijwonen en betrokken zijn bij het Kyotoproces.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer