In de nieuwe wetgevingsprogramma’s wordt een zwaarder accent gelegd op de eigen verantwoordelijkheid. „Voor de SGP betekent dit een stap vooruit”, aldus ir. B. J. van der Vlies, fractievoorzitter van deze partij in de Tweede Kamer.
Van der Vlies was een van de sprekers op de voorjaarsvergadering van Solidamentum, een vereniging voor studerenden op gereformeerde grondslag, die zaterdag in Barneveld werd gehouden. Na het huishoudelijk gedeelte van de vergadering dachten de ruim zestig aanwezigen na over het thema ”Terra Incognita, de samenleving in toekomstperspectief”.
Van der Vlies maakte duidelijk waarom de SGP altijd tegen de socialezekerheidswetgeving heeft gestemd. „Allereerst om principiële redenen, ten tweede omdat zij veel geld kost en als laatste omdat zij te ingewikkeld is. De mensen zouden hun verantwoordelijkheid verliezen. Vooral dat laatste is uitgekomen, zoals uit onderzoek blijkt. In de politiek wordt dit nu breder onderkend, zoals ook zichtbaar wordt in de nieuwe wetgevingsprogramma’s. De SGP treedt deze ontwikkeling tegemoet vanuit haar beginselen en heeft om die reden ingestemd met het nieuwe zorgstelsel”, aldus het Tweede-Kamerlid.
Door inspanningen van de partij wordt in de nieuwe basisverzekering rekening gehouden met gemoedsbezwaarden. „Ds. G. H. Kersten heeft zich altijd verzet tegen de verzekeringsgedachte: „We moeten niet vooruitlopen op wat ons kan overkomen.” Maar over een omslagstelsel dacht hij ruimer. Een voorbeeld van het omslagstelsel is de AOW. De jongere generatie betaalt voor de ouderen. Zo is ook de kinderbijslagwet niet te beschouwen als een verzekering. Je krijgt het geld als je kinderen hebt.”
In de gereformeerde gezindte wordt verschillend gedacht over de juiste wijze om de beginselen in de huidige wetgeving in te brengen, zei Van der Vlies. „De SGP heeft begrip voor deze nuances.”
„Moeder kerk heeft haar plaats gegeven aan vadertje staat.” Met deze woorden opende ds. Tj. de Jong zijn lezing. De predikant uit Staphorst hield een pleidooi voor diaconale opdracht van de gemeente. „Het diaconaat is van wezensbelang voor de kerk en is niet alleen een zakelijke administratie, het is een liefdedienst. Het Woord des Heeren stelt hoge eisen aan diakenen. Het is beslist geen tweederangs figuur in de kerkenraad. En ook geen voorbereiding op het ambt van ouderling. Dat is een ongeestelijke gedachte”, aldus ds. De Jong.
„Een diaken is iemand die service verleent in de goede zin van het woord, hij staat in dienst van de ander. Allereerst binnenkerkelijk, maar ook daarbuiten. Een ander misverstand is dat men denkt dat de diaconie er is voor het betalen van de rekeningen. Het komt in de praktijk echt voor dat zonder vraag vooraf rekeningen worden ingediend, zelfs nog sneller dan dat die is ontvangen van de zorgverlenende instantie. Dan verwordt de diaconie tot een verzekeraar, en dat nog wel zonder premiebetaling”, zo liet de predikant weten.
„Als er nood is, zal men volgens de bijbelse lijn allereerst de tering naar de nering moeten zetten. Vervolgens is het de taak van het gezin en de gezinsleden elkaar in nood te helpen, zoals ook in het huwelijksformulier staat: „en ook daarboven iets hebt om aan de nooddruftigen mede te delen.” Dat geldt eveneens voor de bloedverwanten. De bloedbanden moeten ook in deze zaken meespreken. Denk aan de envelop met inhoud die zonder afzender in de brievenbus glijdt. Als laatste mag dan een beroep gedaan worden op de kerk en in bijzonder de diaconie.”
Ds. De Jong riep ertoe op om terug te keren naar het Woord. „Laten we ons afvragen hoe de kerk moet functioneren nu zij naar de marge van de samenleving is gedreven.”