De regels gaan over alle bekers en bakjes voor eenmalig gebruik waar plastic in zit. Koffiezaken die bijvoorbeeld papieren bekers met een laagje plastic meegeven voor onderweg, moeten een extra bedrag vragen. Ze mogen zelf bepalen hoe hoog dat bedrag is, en ze mogen het zelf houden.

Na een soortgelijk verzoek in 2023 vroeg het toenmalige kabinet de Inspectie Leefomgeving en Transport al om niet te handhaven op deze regel. Een definitieve keuze mocht het nieuwe kabinet maken. Jansen kondigde afgelopen najaar aan de meerprijs iets aan te passen, maar schrapt die nu helemaal na een nieuwe motie van onder anderen VVD-Kamerlid Martijn Buijsse.

Aan een ander verzoek van Buijsse geeft Jansen nog geen gehoor. Een Kamermeerderheid steunde in maart een verzoek om bekers met een plastic laagje onder voorwaarden ook weer toe te staan als mensen hun drinken ter plekke opdrinken. Dat is niet handhaafbaar, reageert Jansen. Hij denkt na hoe hij met de motie moet omgaan.

De Kamer vroeg Jansen ook om af te zien van een verbod op vochtige doekjes waar plastic in zit. Van een landelijk verbod was hoe dan ook geen sprake. Op Europees niveau zet Jansen nu in op „aanvullende maatregelen” in plaats van een verbod.

De staatssecretaris herhaalt dat opstoppingen door vochtige doekjes jaarlijks 22 tot 26 miljoen euro zouden kosten. „Ook is het technisch goed mogelijk om vochtige doekjes zonder plastic te produceren.”