Staat moet omwonenden veehouderijen betalen om stankoverlast
Twee omwonenden van veehouderijen hebben vanwege stankoverlast uit stallen recht op een schadevergoeding. Het gerechtshof in Den Haag noemt dinsdag in het vonnis de woonsituatie van de twee „extreem slecht” en geeft aan dat de Staat verplicht is daar direct wat aan te doen. Een van de betrokkenen is inmiddels, met hulp van overheidsmaatregelen, verhuisd.
Zestien inwoners uit Noord-Brabant, Gelderland, Limburg en Overijssel stapten eerder naar de rechter omdat de stank van veehouderijen in de omgeving hun gezondheid en woongenot zou aantasten. Twee omwonenden met een volgens het hof heel slechte woonsituatie zijn in het gelijk gesteld. De Staat had in deze situatie niet mogen wachten met het nemen van maatregelen, aldus het hof, dat dit voor de overige omwonenden niet kon vaststellen.
De Staat heeft volgens het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens de plicht om inwoners te beschermen tegen een bepaalde geurbelasting. In twee gevallen zijn de normen zodanig overschreden, dat de Staat maatregelen had moeten nemen, aldus het gerechtshof.