Dr. John West: christelijke leiders versnellen secularisatie van kerk
Veel vooraanstaande christenen capituleren voor de huidige seculiere cultuur en wetenschap. Ze interpreteren delen van de Bijbel anders of beschouwen die als tijdgebonden. Zo jagen zij de secularisatie aan in kerk en maatschappij, constateert dr. John West.

Met grote zorg slaat John West de ontwikkelingen in de kerken gade. De oprichter van het Discovery Institute in Seattle (VS), dat zich inzet voor het gedachtegoed van intelligent design, wijt veel van de maatschappelijke problemen niet uitsluitend aan het optreden van atheïsten of seculiere medemensen. „De problemen zijn ook te wijten aan de acties van vooraanstaande christenen in de media, de academische wereld, de politiek en kerken”, laat hij desgevraagd weten.
Deze vooraanstaande christenen hebben volgens hem in wezen het wereldbeeld van de atheïsten en secularisten omarmd. Ze faciliteren bewust of onbewust de doorwerking van het seculiere wereldbeeld in de maatschappij. „Als we de situatie willen veranderen, moeten wij christenen eerst ons eigen huis op orde brengen. Als we geen betere christelijke leiders voortbrengen, verandert er niets”, verwacht West, die voorheen universitair hoofddocent politieke wetenschappen was aan de Seattle Pacific University. Vanuit deze zorg schreef hij het recent verschenen boek ”Stockholm Syndrome Christianity” (2025).
Wat bedoelt u met ”Stockholm Syndrome Christianity” oftewel Stockholmsyndroom-christendom?
„Ik heb de naam ”Stockholm Syndrome Christianity” gekozen, omdat ik denk dat deze benaming het beste beschrijft wat ik heb gezien. Het Stockholmsyndroom beschrijft hoe mensen die in gijzeling zijn genomen, uiteindelijk de visie van hun gijzelnemers overnemen. Ik denk dat dit gebeurt met veel vooraanstaande christenen.
Christenen brengen een groot deel van hun leven door in de situatie dat ze zijn omringd door culturele gijzelnemers: elites en vriendenkringen die in principe vijandig staan tegenover het orthodoxe christendom. Na jaren van beïnvloeding door deze niet-christelijke elites, nemen de christenen uiteindelijk dat onchristelijke wereldbeeld over. Ze identificeren zich ten slotte meer met hun culturele gijzelnemers dan met hun eigen uitgesproken christelijke overtuigingen.”
Hoe komt het dat deze christenen ervoor kiezen om zich meer te identificeren met de opvattingen van seculiere elites dan met de Bijbel?
„Aan de ene kant is er de angst om op een zwarte lijst van de elites of vriendengroepen te komen of maatschappelijk afgestraft te worden. Aan de andere kant is er de wens om vooruit te komen door de goedkeuring van de seculiere cultuur te krijgen. Maar ik denk dat het probleem nog dieper zit. Als christenen bijvoorbeeld jarenlang op een universiteit hebben gestudeerd onder hoogleraren die denken dat de Bijbel een sprookje is, gaan ze uiteindelijk wellicht denken dat hun hoogleraren in veel opzichten gelijk hebben. Als ze die standpunten gaan imiteren, denk ik niet dat ze het uit angst doen of om in de gunst van hun hoogleraren te komen. Maar ze hebben zichzelf ervan overtuigd dat ze het doen omdat ze denken dat die standpunten waar zijn.”

Waar begint het proces van conformeren?
„Ik denk dat een manier waarop het voor veel mensen kan beginnen, is door te luisteren naar de verkeerde stemmen in de maatschappij. Waar haal je je informatie over de wereld vandaan? Komt het van mediabronnen die grotendeels vijandig staan tegenover het Bijbelse christendom? Als dat zo is, zou het je niet moeten verbazen als je richting het Stockholmsyndroom-christendom gaat neigen. Als je je tijd besteedt aan het luisteren naar de wereld, ben je uiteindelijk niet meer te onderscheiden van de wereld.”
U noemt de acceptatie van seculiere cultuur door christenen een hellend vlak. Waarom?
„Het Stockholmsyndroom-christendom is een hellend vlak omdat de seculiere cultuur een hellend vlak is. Een seculiere maatschappij zonder God valt uiteindelijk uiteen. Christenen die zich vastklampen aan de seculiere cultuur hebben dus geen vast ijkpunt meer. Terwijl de maatschappij in de goot glijdt, zullen de Stockholmsyndroom-christenen daarin meegaan. Als je in belangrijke opzichten het wereldbeeld van culturele elites die het christendom afwijzen, hebt omarmd, zul je met hen meegaan naarmate deze elites zich verder van het christendom verwijderen.”
Kunt u het grote gevaar van deze ontvankelijke houding ten aanzien van de huidige cultuur illustreren met een voorbeeld?
„Denk aan de vooraanstaande wetenschapper (en Nobelprijswinnaar, BvdD) Francis Collins, die de leiding had over het National Institutes of Health (NIH) in de Verenigde Staten. Collins staat bekend als een toegewijd evangelisch christen. Helaas zijn zijn beleidsopvattingen nauwelijks te onderscheiden van die van seculiere materialisten. Zo financierde de NIH onder zijn leiding het oogsten van lichaamsdelen van laat geaborteerde baby’s, tot 42 weken zwangerschap, voor medisch onderzoek. Zijn agentschap financierde ook artsen en ziekenhuizen die puberteitsremmers en geslachtsveranderende operaties voor kinderen promootten.”
In hoeverre is zo’n Stockholmsyndroom-christendom levensvatbaar?
„Zoals ik in mijn boek schrijf, is bijvoorbeeld het trackrecord van mensen die proberen ongeleide darwinistische evolutie te combineren met het christendom niet bepaald gunstig. Ze gooien vaak grote delen van het christendom overboord, zoals het geloof in Gods voorkennis of Zijn actieve leiding in de wereld.”
In uw boek beschrijft u hoe theïstische evolutionisten zich op de glibberige helling naar het atheïsme bevinden. Is dit van toepassing op specifieke individuen of is dit een algemene trend?
„Ik denk dat sommigen van hen inderdaad afglijden naar het atheïsme. Maar anderen hebben gewoon een bloedeloos of inconsistent geloof. Ze negeren wellicht de wonderen in de Bijbel, of ze negeren de Bijbelse moraal, of Gods soevereiniteit.”
U noemt mensen als bioloog Karl Giberson en natuurkundige Howard Van Till als voorbeelden van ”Stockholm Syndrome Christians”, mensen die zich meer identificeren met de antichristelijke opvattingen van seculiere elites dan met de opvattingen van hun geloofsgenoten of hun historische geloof. Welke antichristelijke opvattingen bedoelt u?
„In grote lijnen omvatten de antichristelijke opvattingen die ik in mijn boek bespreek: de verwerping van de Bijbel als gezaghebbend en waar en de verwerping of vermindering van het idee dat God het leven heeft geschapen, inclusief de schepping van de eerste mensen. Ook de verwerping van duidelijke Bijbelse leringen over seksualiteit en de verwerping van de Bijbelse leer dat mensen van elk ras en elke etniciteit broeders zijn, die allen een Zaligmaker nodig hebben. Verder het falen om hun geloofsgenoten te verdedigen die worden vervolgd vanwege hun geloof.
Wat betreft Giberson en Van Till, ik verwijs ernaar hoe hun omarming van het theïstische darwinisme hen op een pad zette dat hen uiteindelijk bracht tot de verwerping van het Bijbelse christendom. Giberson heeft het geloof laten varen dat God de mens oorspronkelijk als moreel onschuldig heeft geschapen, laat hij publiekelijk weten. Hij gebruikt als argument dat omdat evolutie wordt aangestuurd door egoïsme, mensen van meet af aan egoïstisch en slecht waren. Daarom was er volgens Giberson geen sprake van een zondeval. Daarmee verwerpt hij de historische christelijke leer. Van Till verliet uiteindelijk het theïsme helemaal en omarmde uiteindelijk wat hij noemde „een alomvattend naturalistisch wereldbeeld” dat het geloof omvatte „dat het fysieke universum de enige realiteit is, die bestaat.””

In uw boek noemt u de evolutiewetenschap „een god die steeds meer vraagt naarmate christenen eraan toegeven”. Wat bedoelt u daarmee?
„Als christenen alle beweringen die in naam van de wetenschap worden gedaan, blijven accepteren zonder ze aan kritisch onderzoek te onderwerpen, zullen ze merken dat ze steeds meer van hun geloof opgeven. In Amerika zijn onze meest elitaire wetenschappers vaak erg seculier en hun wetenschappelijke uitspraken worden soms beïnvloed door hun ideologie, vooral als het gaat om de Bijbelse moraal en de relatie tussen wetenschap en geloof. Christenen moeten dus kritisch blijven.
Wanneer verschillende wetenschappers beweren dat de wetenschap aantoont dat we het product zijn van een ongeleid proces, of dat de immateriële ziel niet bestaat, of dat de Bijbelse moraal in conflict is met onze biologie, moeten christenen de lastige vragen stellen en ervoor zorgen dat ze verifiëren wat het wetenschappelijke bewijs werkelijk aantoont. Christenen moeten ook de historische achtergronden van hun geloof kennen. Dat zal hen helpen om beweringen die worden gedaan te weerleggen.”
Volgens vrijzinnige predikers zou het Oude Testament (als een Joods geschrift) geen gezag meer hebben over mensen van nu. En de Tien Geboden ook niet. In hoeverre is het voor zulke christenen nog mogelijk om de Bijbelse leer serieus te nemen – het Oude Testament vormt immers de basis voor de leer van het Nieuwe Testament?
„Ik zie niet in hoe gelovige christenen afstand kunnen nemen van het Oude Testament. Dat deden Jezus en de apostelen zeker niet. Natuurlijk is het Oude Testament niet op exact dezelfde manier van toepassing als in de tijd toen Christus kwam. Jezus vervulde bijvoorbeeld de ceremoniële wet. Hij was het volmaakte Offer voor de zonden. Maar de morele leringen van de Tien Geboden, de profetieën over de komende Messias, Jezus, de leringen over God als Schepper en als Soeverein over de geschiedenis – deze dingen en nog veel meer zijn net zo relevant voor christenen als ze waren voor de joden in de tijd van het Oude Testament.”
Ziet u dat predikers ervoor kiezen om de Bijbel aan te passen aan hun veranderende opvattingen?
„Ja, dat doen ze zeker. Soms is het door herinterpretatie, maar soms is het door passages in de Bijbel te negeren waar ze zich voor schamen of die ze niet willen verdedigen.”
Beschouwt u het als een gevaarlijke route om de hermeneutiek van de Bijbel aan te passen aan de huidige cultuur?
„Als de Bijbel werkelijk Gods boodschap aan ons is, lopen we het risico Gods boodschap te missen als we proberen de Bijbel aan te passen aan de vooroordelen van onze eigen cultuur.”
In hoeverre vormt deze moderne vorm van het lezen van de Bijbel een breuk met het verleden van de christelijke kerk?
„Zoals ik in mijn boek probeer aan te tonen, hebben alle belangrijke takken van het christendom de Bijbel historisch gezien als absoluut waar en gezaghebbend beschouwd. Dus de moderne devaluatie van de Bijbel is een significante breuk met het verleden.”
Wat betekent deze moderne visie voor de orthodoxe leer van inspiratie van de Bijbel (2 Tim. 3:16)?
„De moderne visie ontkent de inspiratie van de Bijbel vrijwel volledig.”
Waarom beschouwen zulke moderne theologen dit niet als een probleem?
„Omdat ze de Bijbel voornamelijk zien als een menselijk document, niet als direct geïnspireerd door God. Dus voelen ze zich vrij om de betekenis en leringen ervan opnieuw vorm te geven op basis van de dictaten van de huidige cultuur.”
Toch willen zulke christenen koste wat kost vasthouden aan de opstanding van de Heere Jezus uit de doden (1 Kor. 15:17), terwijl ze andere Bijbelse feiten verwerpen vanwege hun historisch-kritische en geseculariseerde kijk op de Bijbel. Hoe consistent en levensvatbaar is zo’n houding eigenlijk?
„Die is behoorlijk inconsistent. De opstanding van de Heere Jezus is onderdeel van een groter verhaal dat begint met Gods schepping van het universum en het leven, inclusief mensen, Zijn uitverkiezing van de Joden om de Messias voort te brengen, het Pascha en de Exodus uit Egypte, en de vleeswording van Jezus. Hoe meer je afbreekt van sommige delen van de Bijbel, hoe meer je de resterende delen ondermijnt. Wat de evangeliën in het bijzonder betreft: stel dat evangelieschrijvers nieuwe verhalen en leringen over Jezus hebben bedacht, dan zou dit vragen oproepen over de betrouwbaarheid van hun verslagen van de opstanding.”
Dragen christenen met het Stockholmsyndroom bij aan een verdere secularisatie van de samenleving?
„Hier, in Amerika is de bijdrage aanzienlijk geweest. Zelfbenoemde christenen in Amerika hebben een sleutelrol gespeeld in de wettelijke herdefiniëring van het huwelijk, het oogsten van geaborteerde baby's voor onderzoek en de vervolging van christenen vanwege hun geloof.”
Wat zou uw remedie zijn voor het christendom met het Stockholmsyndroom? Wat zouden of kunnen de kerken doen om de trend te keren?
„In een van mijn hoofdstukken schets ik 21 dingen die mensen kunnen doen. Deze suggesties zijn samen te vatten met de zin: „doe geen kwaad”. Hoe gebruik je jouw tijd, talent en geld in de christelijke gemeenschap? Gebruik je jouw middelen om kerken, organisaties of scholen te ondersteunen die het Stockholmsyndroom- christendom promoten?
Een andere suggestie is om je te richten op wie jouw kinderen opvoedt. Voed je ze zelf op, of heb je hun opvoeding feitelijk uitbesteed aan de huidige cultuur, aan sociale media, openbare scholen of seculiere dagbladen? Ik denk dat christenen ook moeten kijken naar waar ze hun informatie over de wereld vandaan halen. Vertrouw je op bronnen die worden geproduceerd door mensen die vijandig staan tegenover het christendom? Als dat zo is, dan laat je je beïnvloeden in de richting van het Stockholmsyndroom-christendom zonder dat je het weet.”
„Wie bestuurslid of leider is in zijn kerk of christelijke organisatie, geef ik specifieke suggesties over hoe zij ervoor kunnen zorgen dat hun christelijke organisatie niet afdrijft naar een christendom met het Stockholmsyndroom. Zelfs één bestuurslid kan helpen de zaken op het goede spoor te houden door de juiste vragen te stellen voordat het te laat is.”
U roept op tot geloof in de Bijbel als het onfeilbare Woord van God. In hoeverre bent u ”een roepende in de woestijn”?
„Zoals ik bespreek in het laatste hoofdstuk van mijn boek, denk ik dat God ons oproept om trouw te zijn, niet om succesvol te zijn. Slagen of falen ligt in Zijn handen. Tegelijkertijd heeft God door de geschiedenis heen verrassende dingen gedaan om het christendom te behouden en nieuw leven in te blazen, juist op de momenten dat het leek te imploderen. En ik denk dat we een groeiend verlangen onder christenen naar authentiek christendom beginnen te zien. We zouden dus hoop moeten hebben voor de toekomst.”
Stockholm Syndrome Christianity, John G. West; uitg. Discovery Institute Press, Seattle, 356 blz., € 26,50