Provincies: Stikstofeffect valt mee, Rijnbrug Rhenen nu snel verbreden
De provincies Utrecht en Gelderland pakken de voorbereidingen voor de verbreding van de Rijnbrug tussen Rhenen en Kesteren weer „voortvarend en in de volle breedte” op. Nieuwe berekeningen zijn volgens hen „hoopgevend”: de toename van stikstof als gevolg van de verbreding is beperkt en lijkt oplosbaar.
De Rijnbrug, op de grens van beide provincies, is een belangrijke oeververbinding over de Nederrijn. Verbreding van de brug van tweemaal één naar tweemaal twee rijstroken moet de bereikbaarheid en de leefbaarheid in de regio verbeteren. In de spitsuren staan er vaak files voor de brug en in het centrum van Rhenen.
Voor de verbreding werd tot begin vorig jaar gewerkt met een verkeersmodel uit 2017. Een verkeersmodel berekent de verwachte verkeersgroei van een weg en wat voor effect dit heeft op de omgeving. Het model is nu geactualiseerd met de nieuwste gegevens en prognoses tot 2040. Daarbij zijn de plannen en verwachtingen voor woningbouw, bedrijventerreinen en toekomstige verkeersontwikkelingen meegenomen.
Nut en noodzaak
De verkeersgroei valt voor de Rijnbrug iets lager uit dan in het eerdere model. Dat heeft onder andere te maken met verandering van de omvang van de beroepsbevolking. Hoewel er een groei in aantal huishoudens is, blijkt uit de toegepaste data dat de vergrijzing in het gebied rondom de Rijnbrug zal toenemen, waardoor de beroepsbevolking waarschijnlijk gelijk blijft of deels afneemt. Ondanks de iets lagere berekende verkeersdrukte blijft het volgens de provincies wel noodzakelijk om de brug te verbreden. „Nut en noodzaak van het project staan niet ter discussie.”
Met het geactualiseerde verkeersmodel is opnieuw berekend tot welke stikstofuitstoot de verbreding van de Rijnbrug leidt. „Op basis van de berekeningen kan voorzichtig worden geconcludeerd dat de toename van stikstof in beschermde natuurgebieden nabij de Rijnbrug beperkt is en met aanvullende maatregelen oplosbaar lijkt. Dit biedt voldoende perspectief om het project verder uit te werken en de benodigde vergunningen voor de uitvoering aan te vragen”, aldus de provincies.
Bezwaar
Nog voor het zomerreces wordt een nieuwe planning opgesteld. Het streven van beide provincies is het project zo snel mogelijk te realiseren. Mogelijke procedures zoals bezwaar en beroep kunnen echter vertraging geven.
Het Rijk is eigenaar van de brug, de wegverharding op de brug is deels in beheer bij Utrecht en deels bij Gelderland. De kosten van de verbreding en de aanpak van de aansluitende wegvakken, zowel voorbereiding als uitvoering, worden geraamd op 141 miljoen euro. Dit bedrag is beschikbaar gesteld door het Rijk (40 miljoen), de provincie Utrecht (48,2 miljoen) en de provincie Gelderland (52,8 miljoen).