Minister Veldkamp wil ‘binnenkort’ naar Syrië reizen
Minister Caspar Veldkamp (Buitenlandse Zaken) wil „binnenkort” een bezoek brengen aan Syrië, zei hij in een debat in de Tweede Kamer over het Midden-Oosten. Het is meer dan dertien jaar geleden dat een Nederlandse bewindsman het Arabische land aandeed.
Nederland sloot zijn ambassade in Damascus in 2012. Toen was de burgeroorlog in het land al een jaar bezig. Pas begin december werd dictator Bashar al-Assad door de streng islamitische groep Hayat Tahrir al-Sham (HTS) verdreven.
Begin deze maand bracht de Nederlandse speciale gezant Gijs Gerlag een bezoek aan Damascus voor overleg met de nieuwe machthebbers. Het kabinet dringt bij HTS aan op een inclusieve regering waarbij ook plaats is voor minderheden. De veiligheidssituatie is volgens de speciaal gezant nog steeds heel instabiel. Verscheidene gewapende groepen zoals de jihadistische IS zijn nog actief in het land.
„Er lijkt geen sprake van grote repressie”, zei de minister. De houding tegenover vrouwen en minderheden is volgens hem een „lakmoesproef” voor het nieuwe regime.
Veldkamp zal in de EU pleiten voor het voorwaardelijk opheffen van sectorale sancties tegen Syrië. Zaken als wapens en gevoelige technologie zullen uitgezonderd blijven. Ook sancties tegen personen en organisaties blijven van kracht, aldus de bewindsman. Hij wil de mogelijkheid behouden om snel weer sancties in te kunnen stellen als HTS zijn beloftes niet nakomt.