OM op Curaçao eist hoge straffen voor moord op marechaussee Brood
Het Openbaar Ministerie (OM) op Curaçao heeft vrijdagmiddag (lokale tijd) hoge gevangenisstraffen geëist tegen vier mannen voor de moord op de Nederlandse marechaussee Toon Brood op 31 mei van dit jaar. Tegen Amon F. (20) is 28 jaar geëist, tegen Aivano M. (23) vraagt het OM twintig jaar en tegen Claverzjion N. (26) achttien jaar gevangenisstraf. Tegen de chauffeur Glennson Z. (27) is vijf jaar geëist.
Tegen F. is een hoge straf geëist omdat ook zijn rol is meegenomen bij de moord op de 25-jarige Tahir Jansen in september 2023. Dat gebeurde na een ruzie over een gestolen partij vapes. F. heeft volgens het OM Jansen doodgeschoten. Die zaak werd donderdag behandeld, de officier van justitie heeft in zijn strafeis beide zaken gecombineerd.
De officier van justitie De Graaf spreekt van „twee verschrikkelijke feiten van de buitencategorie”. Hij noemde Toon Brood „een verbinder die het beste voor had met het eiland” en vraagt om een forse straf als vergelding en ook om de samenleving te beschermen.
Volgens de aanklager waren vier jonge mannen uit op snel geld. „Drie van hen renden volstrekt roekeloos het huis van Toon, Sonja en Bart binnen met wapens”, verwijzend naar de vrouw en zoon van het slachtoffer. Hij noemde de lef die ze toonden „schokkend” en benadrukte dat Brood „een toekomst voor zich had, waar de jongemannen op brute wijze een einde aan hebben gemaakt”.
De vier verschillende advocaten van de verdachten vinden op hun beurt de strafeisen veel te hoog en benadrukten dat de verdachten elkaar de schuld in de schoenen proberen te schuiven. In een reactie op de beschuldigingen stelden alle vier dat ze nooit de intentie hebben gehad om iemand dood te maken.
Sonja Brood sprak tijdens de zitting de verdachten toe in een emotionele boodschap. Daarop reageerde Aivano M., die volgens het OM het dodelijke schot heeft afgevuurd: „Ik kan om vergiffenis vragen, maar de familie zal dat misschien niet geven.” Hij gaf aan: „Het is ook zwaar voor mij, maar ik had nooit de intentie om te doden.”
De rechter doet op 29 januari uitspraak.