Het is niet duidelijk of afgewezen Afghaanse asielzoekers na terugkeer gevaar lopen onder het Talibanregime omdat ze in een westers land zijn geweest. Hun verblijf in Nederland is dus geen automatische grond voor asiel. Dat oordeelt de Raad van State woensdag.
De zaak was aangespannen door drie Afghanen. Zij vluchtten jaren geleden naar Nederland. Terwijl ze hier waren, grepen de fundamentalistische Taliban de macht in Afghanistan. De asielzoekers zeiden dat ze niet terug kunnen naar hun land van herkomst. Doordat ze in Nederland zijn geweest, zouden ze het risico lopen dat ze onmenselijk behandeld worden.
Volgens de Raad van State is er geen duidelijke informatie over Afghanistan. De Taliban kunnen de vluchtelingen zien als verraders, omdat zij in een land zonder islamitische wetten hebben geleefd, maar kunnen ook coulant zijn. Het is daardoor niet duidelijk of alle Afghanen automatisch risico lopen door hun verblijf in Nederland. Maar de Raad van State sluit ook niet uit dat individuele asielzoekers gevaar lopen. Daarom moet de overheid bij elke asielaanvraag afzonderlijk de risico’s beoordelen.
Een van de klagende asielzoekers had in Afghanistan een bouwbedrijf dat jarenlang voor de Verenigde Staten heeft gewerkt. De Taliban zouden daarom eerder zijn zoon hebben ontvoerd. De overheid heeft daar niet genoeg rekening mee gehouden bij het afwijzen van zijn asielaanvraag. De afwijzing wordt daarom teruggedraaid, de aanvraag moet opnieuw worden beoordeeld.
Ook bij een andere Afghaan moet de overheid de asielaanvraag opnieuw beoordelen. De vader van deze vluchteling verkocht brandstof aan de overheid voor de machtsgreep van de Taliban. Zijn broer was de lijfwacht van een belangrijk parlementslid en hij behoort tot een etnische minderheid. Volgens de Raad van State heeft de overheid niet duidelijk gemaakt waarom hij desondanks niet in aanmerking komt voor asiel.