Gloria was een draagmoeder: Ik voelde me gebruikt als een slaaf
Gloria Ruiz was drie keer eerder zwanger, maar niets kon haar voorbereiden op haar vierde zwangerschap. Zeven traumatische maanden eindigden voor de draagmoeder in het ziekenhuis. „Ik verloor bijna mijn leven én het kind.”
Het was niet haar eigen kind, dat Ruiz bijna verloor. De in Californië woonachtige Amerikaanse zou het kind na de geboorte afstaan. „Het klonk zo mooi: ik kon iemand helpen zijn droom te verwezenlijken”, zegt Ruiz in een videogesprek.
Ieder jaar baren duizenden vrouwen in Californië kinderen voor mensen die daarvoor betalen. Landen als Oekraïne en Georgië zijn een goedkoper alternatief, maar de Verenigde Staten bieden wensouders een juridisch goed geregeld traject. Die goede regels zijn echter niet per se een verbetering voor draagmoeders.
Leger
Ruiz werkt nu op een school, maar had in 2019 moeite met het vinden van een passende baan. „Mijn man werkt in het leger, dus verhuizen we regelmatig”, zegt ze. „We hebben daarnaast een zoon met autisme, voor wie ik in de buurt moet blijven.”
Daarom leek Ruiz draagmoederschap een goede optie. Ze kwam op dat idee via sociale media. „Ik val in de doelgroep van adverteerders: een thuisblijfmoeder met een stabiele gezinssituatie”, zegt ze. „Het idee bleef bij me haken: je helpt een stel om zijn droom te realiseren en je verdient er nog mee ook.”
In Californië verdient een draagmoeder voor haar eerste traject omgerekend tussen de 40.000 en 55.000 euro. Als ze daarna besluit nog een traject te doen, gaat haar beloning omhoog. Mochten er tijdens de zwangerschap complicaties, zoals beschadigde organen, ontstaan, dan biedt een contract hier compensatie voor. Ruiz’ contract, gedeeld met CNE.news, laat dit zien.
Actief
Kallie Fell is directeur van het Centrum voor Bio-ethiek en Cultuur Netwerk (CBC), een non-profitorganisatie in de Verenigde Staten. Het CBC is gekant tegen draagmoederschap en wil mensen hierover voorlichten. Volgens Fell is het lastig in te schatten hoeveel draagmoeders er actief zijn in Californië. „Draagmoederschap is niet landelijk gereguleerd en niemand volgt deze vrouwen.”
Dat gebrek aan monitoring is problematisch volgens Fell, die ook perinataal verpleegkundige is. „Als je tijdens je zwangerschap een hoge bloeddruk hebt, is de kans groter dat je dit later in je leven ook krijgt”, zegt ze. „Maar omdat we vrouwen niet volgen, zien we geen langetermijngegevens over de impact van draagmoederschap op hun lichaam.”
Volgens Fell heerst er in Californië geen taboe op draagmoederschap. Integendeel: het wordt gewaardeerd. „Mensen denken dat het geven van een baby aan een gezin een geweldige manier is om te helpen.”
Voormalig draagmoeder Ruiz merkt dat draagmoederschap steeds vaker voorkomt in Californië. „Niet elke vrouw zegt dat ze draagmoeder is, maar ik deed dat wel. Anders krijg je achteraf vragen over waar je baby is gebleven.”
Enthousiast
De man van Ruiz is niet zo enthousiast over draagmoederschap als zij. Maar hij steunt haar in haar zoektocht naar een geschikte baan, zegt ze. „Ik dacht: als het niets voor mij is, kan ik altijd stoppen met het proces.”
Wanneer je solliciteert voor draagmoederschap zijn er bepaalde voorwaarden waaraan je moet voldoen, zegt Ruiz. „Je moet eerder bevallen zijn, financieel stabiel zijn en een psychologische screening ondergaan.”
Er is niet veel onderzoek naar draagmoeders uitgevoerd. Het CBC deed een studie naar de risico’s van een draagmoederschap in vergelijking met een eigen zwangerschap. Uit de resultaten blijkt dat draagmoeders meer kans hebben op een hoogrisicozwangerschap. „Een draagmoederschap eindigt drie keer zo vaak in een keizersnede en vijf keer zo vaak in een vroeggeboorte.”
„Draagmoederschap eindigt drie keer zo vaak in een keizersnede en vijf keer zo vaak in een vroeggeboorte” - Kallie Fell, directeur CBC Network
De studie ontdekte ook dat „de economische situatie van vrouwen een belangrijke factor is in de beslissing om draagmoeder te worden.” Hoewel de meeste vrouwen niet per se arm waren, bevonden ze zich in de lagere economische klasse, zegt Fell van het CBC. „Verreweg de meeste vrouwen gaven aan dat ze de betaling gebruikten om uit de schulden te komen of rekeningen te betalen.”
Fell merkt op dat de meeste draagmoeders die haar team interviewde, draagmoederschap wilden om andere gezinnen te helpen. „Dat was hun persoonlijke motivatie”, zegt ze. „Maar toen hun werd gevraagd wat volgens hen de motivatie van andere draagmoeders was, zeiden de meeste vrouwen dat ze verwachtten dat geld de belangrijkste factor zou zijn.”
Gloria Ruiz kwam probleemloos door de screening. Kort daarna koppelde het in Californië gevestigde draagmoederschapsbureau waarmee ze werkte, het International Surrogacy Center (ISC), haar aan een homopaar uit Spanje, waar draagmoederschap illegaal is. De zwangerschap verliep goed en in februari 2020 beviel ze van een jongen. „Ik was hier heel open over tegen mijn kinderen. Ik wilde niet dat ze dachten dat het mijn baby was.”
Vier jaar later heeft Ruiz nog steeds contact met het homokoppel. „Ik voel me geen moeder van dit kind, maar meer een tante. Ik weet dat hij veel liefde krijgt van het gezin, wat belangrijk voor me is; ik moet weten dat dit kind niet alleen gekocht is, maar ook geliefd.”
Schuldgevoel
Drie maanden na de bevalling nam het ISC opnieuw contact met haar op, zegt Ruiz. „Ze weten dat je emotioneel bent en de baby mist”, zegt ze. „Ze proberen je een schuldgevoel aan te praten, om het opnieuw te doen: Voelde het niet geweldig om een familie zo te helpen?”
Via sociale media adviseert het ISC vrouwen na de bevalling ten minste zes maanden te wachten voordat zij een nieuw traject ingaan. Het in Californië gevestigde draagmoederschapsbureau weigert vragen van CNE.news te beantwoorden.
Gloria Ruiz besluit toe te geven. Maar ze stelt wel voorwaarden: „Al mijn afspraken moesten in Temecula plaatsvinden en ik wilde bevallen in het ziekenhuis van mijn keuze.” ISC gaat mondeling akkoord.
In juli 2021 wordt de dan 30-jarige gekoppeld aan een stel dat in de VS woont. De beoogde vader is opnieuw Spaans.
Na Chinezen en Fransen maken Spanjaarden het meest gebruik van draagmoeders in de VS, blijkt uit onderzoek . Het percentage internationale wensouders groeit elk jaar gestaag. Hoewel de meeste Europese landen, waaronder Nederland, commercieel draagmoederschap verbieden, kan een staat weinig doen als wensouders met een kind thuiskomen. De praktijk wijst uit dat een rechter vaak in het voordeel van de wensouders oordeelt, omdat hij denkt dat dit in het belang van het kind is.
Tussen Ruiz en de nieuwe wensouders lijkt alles goed te gaan. Het ondertekenen van de contracten is een formaliteit. De voorwaarden die Ruiz aanvankelijk stelde komen echter niet zwart-op-wit te staan. „Achteraf gezien was het extreem naïef van me om dat contract te ondertekenen”, zegt ze. „Ik dacht niet dat het zo slecht zou kunnen gaan, gezien mijn eerste ervaring met draagmoederschap.”
Schunnig
Na het ondertekenen van de contracten verslechtert de relatie tussen beide partijen snel. „Op de dag van de embryo-overdracht maakte de vader schunnige opmerkingen. De wensouders leken niet te geven om mij.”
Wanneer de wensouders zeggen alleen geïnteresseerd te zijn in een meisje, maakt Ruiz, moeder van twee jongens, zich zorgen over de toekomst van het kind. „Het voelde zo verkeerd en gaf me het gevoel dat de wensouders dit traject niet serieus namen.”
Ruiz deelt haar zorgen met een maatschappelijk werker van het draagmoederschapsbureau. Maar deze wuift de bezwaren weg en waarschuwt Ruiz voor de risico’s van contractbreuk.
Terugtrekken uit de overeenkomst is geen optie, zegt Ruiz. „In het begin gaf het bureau me de indruk dat ik keuzes had. Maar die kun je niet maken zonder juridische en financiële gevolgen. En advocaten willen hun vingers niet branden aan dit soort zaken. Je staat er alleen voor.”
„Advocaten willen hun vingers niet branden aan draagmoeders; je staat er alleen voor” - Gloria Ruiz, voormalig draagmoeder
Kallie Fell van het CBC ziet ook dat draagmoeders zich in een juridisch kwetsbare situatie bevinden. „Het is veel werk voor een advocaat, met weinig opbrengst”, zegt ze. „Ik zeg niet dat de advocaten het niet moeten doen, maar het in je eentje opnemen tegen de fertiliteitsindustrie is als een gevecht tussen David en Goliath.”
Bergafwaarts
Haar tweede zwangerschap wordt een nachtmerrie voor Ruiz. Ze krijgt te maken met een heftige vorm van zwangerschapsbraken. „Omdat het zo snel bergafwaarts ging, verborg ik de zwangerschap voor mijn kinderen. Maar ik was niet langer de moeder die ze gewend waren”, zegt ze. „Ik gaf de hele tijd over en lag continu in bed.”
Na 28 weken, twaalf weken te vroeg, begint de vroeggeboorte. „Ik moest injecties krijgen om de longen van de baby te laten ontwikkelen.” Ruiz haalt de 32 weken, maar krijgt dan te maken met hevige bloedingen. Ze wordt met spoed naar het ziekenhuis gebracht waar ze wil bevallen. Daar weigert de medische staf haar. „Ze zeiden: Je bent niet onze patiënt. We hebben je deze hele zwangerschap niet gezien. We hebben geen idee wat je voorgeschiedenis is.”
Ruiz wordt vervolgens met spoed naar het ziekenhuis gebracht waar de wensouders willen dat ze bevalt. De artsen weten niet wat de bloeding veroorzaakt. Ruiz moet voor onbepaalde tijd in het ziekenhuis blijven. Na overleg met haar advocaat besluit ze het ziekenhuis te verlaten. „Mijn placenta scheurde, wat betekent dat als er iets misging, zowel het kind als ik binnen enkele seconden kon sterven.”
De kritieke situatie maakt het mogelijk voor Ruiz om terug te keren naar het ziekenhuis waar ze aanvankelijk wilde bevallen. Daar bevalt ze van een jongen.
Maar de wensouders zijn nergens te bekennen.
„Als draagmoeder is het jouw verantwoordelijkheid om de wensouders te informeren dat je op punt staat te bevallen”, zegt Ruiz. „Maar nadat ik ze een berichtje had gestuurd, hoorde ik niets meer van hen.”
De medische staf besluit het kind op de kraamafdeling te plaatsen tot de wensouders arriveren. Enige tijd na de bevalling komt er een verpleegster wat schuchter haar kamer binnen, zegt Gloria. „Ze had een post-it voor me. Er stond op: „Dankjewel”. Dat is alles wat ik van de wensouders hoorde.”
Therapie
Twee jaar later hebben Ruiz en haar familie nog dagelijks te maken met de gevolgen van haar draagmoederschap. „Mijn huwelijk scheerde langs de afgrond, mijn kinderen volgen therapie en ik slik antidepressiva”, zegt ze. „Ik ben doodsbang om weer zwanger te worden.”
Ruiz wil andere vrouwen waarschuwen voor deze legale vorm van draagmoederschap. „Uiteindelijk ben je niet veel meer dan een slaaf van deze bureaus”, zegt ze. „Vrouwen die zich uitspreken tegen deze praktijk worden lastiggevallen door bureaus en de publieke opinie.”
„Ik ben doodsbang om weer zwanger te worden” - Gloria Ruiz, voormalig draagmoeder
Ook Ruiz kreeg met kritiek te maken. „Mensen zeggen dat ik mijn kinderen niet zou moeten verkopen of dat ik het contract niet had moeten ondertekenen.”
Waar Ruiz voorheen sympathiek stond tegenover draagmoederschap, hebben haar ervaringen haar visie volledig veranderd. „Mijn twijfels begonnen na het begin van de tweede zwangerschap”, zegt ze. „Hoe meer ik erover las, hoe meer ik inzag dat deze bureaus in feite mensen verhandelen. Je hebt geen rechten als draagmoeder. En voor mij staat dat gelijk aan slavernij.”