Zuid-Holland haalt gevraagde aantal asielopvangplaatsen niet
Gemeenten in Zuid-Holland kunnen op 1 juli volgend jaar 13.205 asielzoekers opvang bieden. Op 1 februari 2026 zouden er 15.180 opvangplekken kunnen zijn. Dat is minder dan de bijna 20.000 opvangplaatsen die Zuid-Holland zou moeten leveren volgens de spreidingswet. Die wet is bedoeld om asielzoekers evenredig te verdelen over het land, maar minister Marjolein Faber (Asiel) heeft aangekondigd dat ze de spreidingswet zo snel mogelijk wil intrekken.
Wouter Kolff, de Zuid-Hollandse commissaris van de Koning, vindt dat de wet effect heeft. „De gemeentelijke plannen laten zien dat de komende twee jaren meer gemeenten dan voorheen asielopvang bieden en we zien ook een beweging van noodopvang naar duurzame opvang.”
Toch is het Zuid-Holland, de dichtstbevolkte provincie van het land, niet gelukt om de gevraagde 19.776 opvangplekken te realiseren. Dat aantal is heel veel, aldus Kolff. Hij wijst erop dat steden vaak wijken hebben met sociaaleconomische problemen. „We zijn een heel aardig eind gekomen. De druk is groot in Zuid-Holland, ook op de beschikbare ruimte. Hierdoor moeten gemeenten scherpe keuzes maken en dit maakt het uitdagend om een geschikte locatie voor asielopvang te vinden.”
Kolff is „heel erg trots” op bijna alle gemeenten die „onvermoeibaar aan de opvang werken”. „Veel gemeenten nemen hun verantwoordelijkheid, 49 van 50 gemeenten doen mee. Twee jaar geleden waren er 1800 opvangplaatsen. In een paar jaar tijd zijn daar 13.000 bij gekomen.”