„Liefde werkt van twee kanten”
Softwarebedrijf Afas baarde opzien door alle medewerkers vanaf 2025 een gratis vrije dag te beloven. CEO Bas van der Veldt (47) predikt positiviteit en liefde. „Liefde is een woord dat over het algemeen niet echt matcht met werk.”
Ontspannen doet hij het liefst op zijn spijkerbed. „Dat werkt voor mij fantastisch. Als je gaat liggen moet je al je spieren volledig ontspannen, anders gaan die spijkers pijn doen in je lijf. De eerste twee minuten is het even wennen, maar heel vaak val ik daarna gewoon in slaap. Als ik dan wakker word, zitten die pinnen diep in mijn nek en in mijn schouders. Dan moet ik heel voorzichtig overeind komen. Maar als ik eraf ben… heerlijk! Het zorgt voor een supergoede doorbloeding van je lichaam. Dat geeft zó’n geweldig gevoel.”
Bas van der Veldt deelt deze ervaring in Leusden, waar het hoofdkantoor van techbedrijf Afas staat. Een gigantisch complex, waarin niet alleen de burelen van Afas zelf zijn gevestigd. Er is een zaal waarin grote bijeenkomsten gehouden kunnen worden, compleet met diner, en een theater. Van der Veldt is CEO van het succesvolle bedrijf, dat software ontwikkelt voor onder meer salarisadministratie, financiën en HRM.
De nodige ontspanning is aan het eind van een werkdag welkom voor Van der Veldt. Hij geeft leiding aan bijna zevenhonderd medewerkers die hij „het liefst allemaal blij en tevreden naar huis ziet gaan”. Mede daarom ontstond het idee om een vierdaagse werkweek in te voeren. Vanaf 1 januari 2025 heeft iedere medewerker in principe op vrijdag een vrije dag en die krijgen ze ‘gewoon’ doorbetaald. Ze moeten er alleen wel zelf voor zorgen dat het werk dat ze doen, in vier dagen gedaan kan worden. Het plan trok veel aandacht.
U kreeg veel lovende reacties, maar ook sceptische. Een ondernemer die iets gratis weggeeft; daar moet wel een adder onder het gras zitten…
„Vanuit de ondernemerswereld vielen de sceptische reacties reuze mee, hoor. Er is juist veel bewondering. De sceptische reacties komen vooral uit de buitenwereld en van de media. Ik snap wel waar dat vandaan komt, maar niet iedereen is even goed geïnformeerd.”
Jullie waren zelf ook sceptisch over het idee.
„Dat klopt. Het idee werd ons een keer aangereikt en aanvankelijk hadden wij er grote aversie tegen. Maar soms moet je je afvragen: waaróm heb ik hier zo’n grote aversie tegen? Arnold Mars (financieel directeur, red.) en ik zijn een keer met z’n tweeën gaan wandelen om het daarover te hebben. We kwamen erachter dat wij sceptisch waren, omdat wij de gedachte hadden dat de generatie van nu niet meer zo hard wil werken.
Een makkelijke studie, een tussenjaartje en dan op reis. En áls ze dan uiteindelijk gaan werken, dan alleen maar parttime… We realiseerden ons dat we die vooroordelen los moesten laten, om blanco naar het plan voor een vierdaagse werkweek te kunnen kijken. En aan het eind van die wandeling zeiden we tegen elkaar: „Da’s raar, nu we alles hebben doorgesproken, hebben we het idee dat we dit kunnen gaan doen en dat we tóch meer kunnen gaan verdienen.”
Wat was het keerpunt?
„Er was niet één ding, het waren er een paar. Tien jaar geleden introduceerden wij winstdeling voor de medewerkers. Afas is een gezond bedrijf (en maakte het afgelopen jaar nog ruim 100 miljoen euro winst, red.) en wij vonden dat iedereen in het bedrijf, ook de schoonmakers, moest profiteren van de winst.
Het effect was dat sommige mensen opeens parttime gingen werken, omdat ze wat meer geld overhielden. Daar hadden we niet over nagedacht… Maar iedereen die parttime ging werken, had een heel goede reden. De één ging voor zijn ouders zorgen op die vrije dag, de ander ging vrijwilligerswerk doen en weer anderen gebruikten de dag om de kinderen weg te kunnen brengen naar school. Toen dachten wij: waarom kunnen wij dit niet gaan faciliteren voor hen?
De basisgedachte is: hoe kunnen wij het onze medewerkers zo goed mogelijk naar de zin maken? Winst is bij ons ”een gevolg van”. Wij zeggen altijd: steek veel liefde en energie in je medewerkers, dan kunnen zij dat vertalen in liefde en energie voor de klant. Als een medewerker van ons zich geweldig op zijn plek voelt en zo betrokken is dat hij zijn denkkracht en capaciteit voor dit bedrijf aanwendt, dan verzint hij waarschijnlijk dingen waar we zelf nooit op waren gekomen. Zo werkt het. Dat krijg je als je mensen de mogelijkheid geeft de beste versie van zichzelf te zijn. Echt waar, prachtig vind ik dat.”
Ja, u wordt er volgens mij echt heel blij van.
„Ja… En ik heb ook reden om heel blij te zijn. Ik kwam onlangs terug van vakantie en was dus een tijdje niet op kantoor geweest en er waren allerlei dingen gedaan. Dingen waarvan ik niets wist. Initiatieven van medewerkers, zomaar, uit het niets. Die nuttig zijn voor het bedrijf, of voor collega’s. Dat is voor mij het allermooiste wat er is.
Laatst kreeg ik een appje van een medewerker die een groep klanten uit Curaçao en Aruba begeleidt, die bij ons een traineeship volgen. Zij had bedacht om naar Schiphol te gaan en die mensen daar op te vangen met een spandoek. Eigen initiatief. Ja, dat ontroert me. Dan zie ik in dat appje die foto van dat spandoek en dan denk ik: wát ben jij een geweldige kanjer dat je dit hebt bedacht en dit gewoon doet! Heel liefdevol. Die klanten krijgen op die manier een warm welkom, daar kan ik erg van genieten.”
Liefde en liefdevol, die woorden gebruikt u vaak. Het klinkt bijna religieus. Maar u bent niet echt religieus opgevoed, toch?
„Ik ben van huis uit katholiek, maar daar doe ik niets mee, nee. Katholiek is het dichtst bij niks, zeg ik altijd. ”Liefde” is een woord dat over het algemeen niet echt matcht met ”werk”. En juist dáárom gebruiken we dat woord graag. Liefde werkt twee kanten op. Wij willen die geven aan medewerkers. En van medewerkers verwachten we dat ze hart voor het bedrijf hebben. En dat hebben ze. Vraag maar rond hier op kantoor. Je zult er best een paar treffen die zeggen: „Nou, voor mij is het echt werk hoor”. Dat zal best, echt wel. Maar ik denk toch dat 98 procent van de mensen hier dat anders ziet.”
Waarom wilt u dat iedereen het zo naar zijn zin heeft?
„Iedereen wil dat toch?”
Nou, niet iedereen streeft dat na. En niet iedere CEO zit er op die manier in.
„Nee, die CEO’s denken dat het succes van een bedrijf alleen in een goed product zit. En dan hebben ze het dus mis. Zelfs als ons product niet meer het beste product op de markt zou zijn, dan zijn we nog wel dat leuke bedrijf met die lieve medewerkers die zich echt om je bekommeren. Dan blijf je als klant nog steeds voor ons gaan, denk ik.
Een andere gedachte is dat iedereen het liefst in de buurt is bij iemand van wie hij energie krijgt. We hebben positieve mensen om ons heen nodig die energie uitstralen. En zo proberen we ons bedrijf in te richten.
Je kunt zeggen dat het een heel gekke gedachte is voor een CEO, maar ik vind het juist vreemd dat niet meer mensen zo denken. Er zijn zoveel CEO’s die keuzes maken waarvan ik denk: ik snap dit echt niet. Dus ík ben niet gek, volgens mij is de rest gek.
Aardig zijn voor onze medewerkers wordt ons in feite afgeleerd tijdens studies economie. Er is weleens een onderzoek gedaan naar die opleidingen. Daarin moesten studenten voor de inschrijving én na de diploma-uitreiking dezelfde vragen beantwoorden. Wat bleek? Tijdens hun studie waren ze egoïstischer geworden. In opleidingen leren we mensen aan om egoïstisch te worden. Ja, waarom? Omdat we leren dat we geld moeten verdienen ten koste van anderen? Ja, ik denk het echt. En dat is heel treurig. Dat moet anders.”
Uw werkwijze vereist dat u voortdurend in nauw contact staat met uw medewerkers om te kijken of de liefde nog wel van twee kanten komt.
„Ja, en dat doen we ook. In bijeenkomsten, maar ook in appgroepen bijvoorbeeld. En als ik daarin de reacties zie op zo’n foto van dat spandoek, dan denk ik weer: ja, het zit wel goed hier. In het Cultuurcafé dat we iedere maand voor alle medewerkers in ons theater houden, presenteer ik, wat wij noemen, De Goed Nieuws Show. Dan licht ik allemaal van dat soort voorbeelden uit. Positief nieuws, daar worden mensen blij van. En we stippen natuurlijk ook dingen aan die volgens ons juist níét des Afas’ zijn. Uiteraard gaat niet alles altijd helemaal goed. Er moeten dingen worden bijgestuurd. Dat heb je in een bedrijf. Maar er is nu eenmaal heel veel positief nieuws over Afas, dus tja…”
U bent in uw bedrijf voortdurend op zoek naar nieuwe dingen. Het heeft bijna iets verslavends.
„Zo zou ik het niet willen zeggen. Maar ik zie heel veel dingen om me heen die ik heel frappant vind en die ik inderdaad graag anders zou zien. Als ik lees dat 20 procent van de werkende Nederlanders een burn-out heeft, dan denk ik: dat moet een halt toe worden geroepen, dat is niet goed! Ik zie veel ongelukkige mensen. Dat irriteert me, het is vaak niet nodig. En daar wil ik dan wat aan doen.
Veel van het ongeluk komt naar mijn mening door de manier waarop we werk organiseren - Bas van der Veldt, CEO Afas
Veel van het ongeluk komt naar mijn mening door de manier waarop we werk organiseren. Of juist niet organiseren. Door hoe werkgevers en medewerkers met elkaar omgaan. Ik heb in mijn positie de kans om iets te doen. Dan is de vraag hoe je daarmee omgaat. Ben je als ondernemer alleen maar bezig meer geld te verdienen? Ben je bezig om nóg meer geld te verdienen? Of ga je die macht, want zo mag je het noemen, gebruiken om de wereld een beetje beter te maken. Ik wil dat laatste, omdat ik het liefst iedereen om me heen gelukkig zie.”
En dan constateer ik nog maar eens: lang niet iedereen in uw positie staat er zo in.
„Nee. En dat is ontzettend jammer. Maar we moeten het niet te veel over mij hebben hoor. Ik ben niet Afas. Ik ben onderdeel van Afas. Iedereen die bij ons werkt, is Afas. Als jij een afspraak hebt met iemand van ons bedrijf en hij belt niet terug, dan heb je een rotervaring met Afas. Dat straalt dan op het hele bedrijf af. Zo staan we erin: we doen het met z’n allen en als iemand een klant zo’n negatieve ervaring laat hebben, hebben we er allemaal last van.
Wij willen heel graag dat de vierdaagse werkweek die we gaan invoeren, een succes wordt: dat mensen dus een ontwikkeldag krijgen, maar tegelijk dat de productiviteit omhoog gaat in plaats van omlaag. Maar onze 700 medewerkers moeten dat gaan doen. Ik weet: iedere afdeling is ermee bezig. Iedere afdeling is zelf aan het nadenken hoe ze met een dag minder werken, toch hetzelfde werk kan blijven doen, zonder klanten in de steek te laten. Ik ben ervan overtuigd dat het gaat werken, maar ik kan dat niet zelf. Dat moeten medewerkers zelf doen.”