Netanyahu bij VN tegen Iran: Als jullie ons aanvallen, vallen wij jullie aan
De Israëlische premier Benjamin Netanyahu heeft tegenover de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties herhaald dat Israëls oorlog in Gaza uit zelfverdediging is. De premier wees op de aanval van 7 oktober vorig jaar op Israël door de Palestijnse beweging Hamas en haar bondgenoten, die hij typeerde als „barbaarse vijanden”.
Even daarvoor had Netanyahu zijn toespraak geopend met de stelling dat Israël „niets dan vrede” wil, maar dat het land tegen zijn zin „in oorlog is, vechtend voor zijn leven”. Die opening werd niet door alle vertegenwoordigers van de lidstaten bijgewoond: verschillende mensen, onder wie de Turkse delegatie, verlieten de zaal toen de premier achter het spreekgestoelte plaatsnam. Ook klonk regelmatig boegeroep.
Israëls grootste vijand is Iran, dat „met geweld en terreur onze manier van leven wil vernietigen”. Netanyahu richtte zich direct tot Teheran: „Als jullie ons aanvallen, vallen wij jullie aan.” En dreigend: „Er is geen plek in Iran of elders in het Midden-Oosten die buiten Israëls bereik is.”
Hamas dient „verwijderd” te worden, zei Netanyahu. „Als Hamas aan de macht blijft in Gaza, zullen ze zich hergroeperen, herbewapenen en Israël opnieuw aanvallen.” De oorlog in Gaza kan dan ook pas eindigen als „Hamas zich overgeeft, de wapens neerlegt en de gijzelaars teruggeeft”, redeneerde de premier.
Israël vecht in Gaza tot een „totale overwinning”, bezwoer Netanyahu. „En we zijn aan het winnen. Het moedige Israëlische leger heeft meer dan de helft van de 40.000 Hamasstrijders gedood of gevangengenomen, en meer dan 90 procent van Hamas’ raketten vernietigd.” Daarbij doet het leger „alles om burgerslachtoffers te voorkomen, ook al gebruiken de terroristen burgers als menselijk schild”.
Ook tegen de Libanese beweging Hezbollah, die Israël „volledig niet uitgelokt” aanvalt, dient Israël zich te verdedigen, vervolgde Netanyahu. „Wij zullen geen terrorisme aan onze noordgrens accepteren.”
Netanyahu eindigde zijn toespraak met een aanval op internationale instituties. De VN noemde hij „een grap”, omdat ze onevenredig veel resoluties tegen Israël aanneemt. De aanklager van het Internationale Strafhof (ICC), die een arrestatiebevel tegen hem uitvaardigde, beschuldigde Netanyahu van „puur antisemitisme”.
Israël zal zich er niet door laten ontmoedigen en blijven doorvechten, besloot Netanyahu, „omdat het geen andere keuze heeft”.