Kerk & religieMeditatie
Meditatie: Volharding
Johannes Calvijn

„Doe uw mond wijd open, en Ik zal hem vervullen.”

Psalm 81:11b

Hier noemt de apostel twee dingen. Hij zegt wel, dat Gods belofte niet zal uitblijven. Dat wil zeggen, dat ze haar uitvoering heel zeker krijgt en dat op Gods tijd. Maar, met het oog op ons en ons gevoel zegt hij dat ze vertraagd wordt en we moeten volharden. Daar moet ons geloof door op de proef worden gesteld. Want als we hopen dat God tegenover ons trouw zal blijken te zijn en we daar vastbesloten en verzekerd van zullen blijven, moeten we voortdurend worden geoefend in bidden en smeken. Want het geloof moet niet werkloos zijn. Om het kort samen te vatten: als wij dan hier beneden moeten leven als arme, ellendige mensen, som­migen geplaagd door ziekten, anderen door armoede en iedereen veel verdriet en moeite heeft te verduren, laten we dan toch volharden! We moeten beseffen dat als God beloofd heeft onze Vader te zijn, dat nog niet betekent dat we het altijd bij de eerste oogopslag te zien krijgen. Hij zal ons wel een voorsmaak van Zijn goedheid geven, naarmate dat nodig is. We zullen zelfs genoeg krijgen om verzadigd te worden. Maar ons geloof moet er altijd mee verbonden zijn en wel zo, dat we voelen dat wat Hij gesproken heeft, niet bedoeld is om ons te bedriegen. „Open uw mond en Ik zal haar vullen” (Psalm 81:11).

Johannes Calvijn,
predikant te Genève

(”Dertien preken over de verkiezing van Jakob en de verwerping van Ezau”, 1562)

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer