Het weer is ook in Suriname vaak het onderwerp van gesprek. Wat dat betreft verschillen Surinamers niet van andere volken. Het is vaak te nat of te droog met alle gevolgen van dien. Maar de zon en regen verbinden de inwoners wel.
„Pff, het is warm” of „de zon is fel vandaag” zijn klachten die ik vaak hoor van mijn vrouw. Zij is een echte Surinaamse, die al vrijwel haar hele leven in de voormalige kolonie woont. Je zou dus denken dat ze gewend is aan de warmte, maar dat is kennelijk niet zo. Het is hier 356 dagen per jaar 30 graden of warmer, dus dat eist van ieder mens zijn tol.
Zelf mopper ik zelden over de warmte. „Als ik het koud wil hebben, ga ik wel weer in Nederland wonen”, roep ik altijd stoer. Maar uiteraard heb ik het ook warm. Zoals nu, terwijl ik deze column schrijf, loopt het zweet in straaltjes over mijn rug. En dat terwijl ik in mijn korte broek en ontbloot bovenlijf achter mijn laptop zit. Ik mag van mijzelf echter niet klagen, er zijn altijd mensen die het erger hebben.
Waar ik wel een hekel aan heb, is de overvloedige regenval die het land geregeld teistert. Ik weet dat Suriname mede daardoor zo vruchtbaar en groen is en het is van tijd tot tijd best verfrissend, maar ik vind het meestal maar niks. Vooral omdat de infrastructuur al jaren te wensen overlaat, waardoor van een vlotte waterafvoer in de meeste buurten geen sprake is.
Onze straat en ons erf staan ook geregeld onder water, zoals grote delen van de stad. Gelukkig is de fundering van ons huis hoog genoeg gebouwd, dus het water komt niet binnen, zoals bij mijn Javaanse schoonfamilie. Die woont in een nabijgelegen typisch Surinaams-Javaanse wijk, met verschillende woningen op het erf – zoals in de kampongs in Indonesië.
Hun huis loopt een paar keer per jaar onder. Ze zijn daar echter op voorbereid: het bankstel, de ijskast en ander kostbaar huisraad staan standaard op pallets om droog te blijven. Buiten Paramaribo zijn er woongebieden waar zelfs pallets geen uitkomst meer bieden. Daar heeft het water vrij spel. Iedereen moppert erover, maar als na het na een paar dagen weer droog is, gaat men over tot de orde van de dag. Tot de volgende ‘overstroming’.
Toch verbindt het weer de Surinamers ook. Of je nu Hindoestaan, Afro-Surinamer, Javaan, blanke, rijk of arm, christen of moslim bent, als je huis onder water loopt, zit je allemaal in hetzelfde schuitje. Dan komen mensen samen, delen hun lot en ruimen vaak gezamenlijk de rotzooi op. Op zulke momenten verdwijnen zelfs familievetes naar de achtergrond. Het klimaat verbroedert dus ook, al is de aanleiding vaak verre van prettig.