PVV-ministers hebben vrijdag tegenstrijdige verklaringen gegeven over waarom de export van chipmachines door ASML verder aan banden moet.
De PVV-ministers Reinette Klever (Buitenlandse Handel) en Dirk Beljaarts (Economische Zaken) spreken niet met één mond over het kabinetsbesluit om de export van chiptechnologie op aandringen van de Verenigde Staten verder aan banden te leggen. Waar Klever zegt dat dit puur uit veiligheidsoverwegingen gebeurt, vermoedt Beljaarts dat er ook „andere belangen” spelen.
Beljaarts noemt het „natuurlijk nooit prettig” als bedrijven –in dit geval ASML– in hun bewegingsvrijheid worden beperkt. „Want we willen dat het bedrijfsleven zo goed mogelijk en zo vrij mogelijk kan functioneren.” Hij erkent dat in een tijd van geopolitieke spanningen voorzichtigheid geboden is, maar suggereert dat de Amerikanen wellicht ook uit economisch eigenbelang handelen.
„Wat zijn economische belangen, wat zijn veiligheidsbelangen?” - Dirk Beljaarts, minister van Economische Zaken
„Ik vind het vooral belangrijk dat we zuiver blijven kijken”, zegt Beljaarts. „Wat zijn economische belangen, wat zijn veiligheidsbelangen?” Hij zegt daar veel overleg over te hebben met zijn collega en partijgenoot die over buitenlandse handel gaat. Maar hoewel het kabinet met één mond dient te spreken, lijkt hij niet vierkant achter dit besluit te staan. „Het is misschien niet mijn weg.”
Klever weerspreekt juist dat economische motieven een rol hebben gespeeld. „Dit gaat over nationale veiligheid, dat is de afweging die wij als kabinet maken”, zegt zij. Ook de suggestie dat Nederland zich in deze kwestie door de Amerikanen heeft laten souffleren, verwerpt de handelsminister. „Wij gaan daar zelf over.”
Sinds vorig jaar september gelden al Nederlandse restricties voor de export van chipmachines. Sindsdien geldt een nationale vergunningplicht voor bepaalde machines waaronder de meest geavanceerde deep ultraviolet (DUV) immersielithografie en depositie. Maar nu moet ook voor de uitvoer van oudere machines van ASML een vergunning worden aangevraagd.
Voor ASML verandert er niet zo veel. Voorheen moest de chipmachinemaker uit Veldhoven voor de export van deze minder moderne machines al een vergunning aanvragen bij de Amerikaanse regering. Dat moet vanaf nu bij de Nederlandse overheid, aldus een woordvoerder van Klever.
Onderhoud
Naar verluidt zouden de Amerikanen ook aandringen op beperking van het onderhoud van eerder geleverde chipmachines. Zover lijkt het kabinet niet te gaan. Bij het afgeven van een exportvergunning horen ook afspraken over onderhoud. Daarin verandert niets. Per keer zal volgens de woordvoerder worden afgewogen of er een vergunning wordt gegeven.
De nieuwe vereiste „harmoniseert de aanpak voor het verstrekken van exportvergunningen”, aldus de chipmachinemaker. Aangezien het een „technische wijziging” betreft, verwacht ASML niet dat het aangepaste beleid invloed heeft op de financiële vooruitzichten voor dit jaar of voor de langetermijnscenario’s.