Groen & duurzaamheidDagvlinders
Ecoloog Kars Veling hoopt op lichtpuntjes bij tuinvlindertelling

Met de insectenstand gaat het bergafwaarts in West-Europa. Toch hoopt Kars Veling, ecoloog bij De Vlinderstichting, dat de tuinvlindertelling van dit weekend lichtpuntjes laat zien. „Bosvlinders doen het goed.”

Inheemse planten in de tuin kunnen dagvlinders een handje helpen. Zo lusten rupsen van dit boomblauwtje graag klimop, sporkehout en hulst. beeld ANP, Koen van Weel
Inheemse planten in de tuin kunnen dagvlinders een handje helpen. Zo lusten rupsen van dit boomblauwtje graag klimop, sporkehout en hulst. beeld ANP, Koen van Weel

„Mensen zullen wel klagen over de timing van de telling”, verzucht Veling, terwijl hij naar een bijna uitgebloeide vlinderstruik wijst. Even daarvoor heeft hij een bont zandoogje ingevoerd in de app van Telmee. Het diertje zat te zonnen op een braamstruik.

Kars Veling bij een bijna uitgebloeide vlinderstruik. beeld RD

Van vrijdag tot en met zondag vindt de jaarlijkse tuinvlindertelling plaats. Dit jaar voor de zestiende keer. Mensen die willen meedoen, dienen op een zonnig en warm moment van de dag een kwartier lang alle vlinders in hun tuin te tellen. Via de website van tuintelling.nl kunnen ze de soorten en aantallen vervolgens doorgeven.

In 2023 namen ruim 9100 mensen deel aan de telling. De vaakst waargenomen soorten waren het klein koolwitje, de atalanta en de citroenvlinder. Veling verwacht dat dit jaar de atalanta, de dagpauwoog en het groot koolwitje in de top drie eindigen, gevolgd door het bont zandoogje.

Klimaatverandering

De wetenschappelijke waarde van de tuinvlindertelling is volgens Veling beperkt, al levert het wel informatie op over tuinen. „Het doel van de actie is daarnaast om mensen attent te maken op vlinders. En om hen het besef bij te brengen dat het er niet zo goed mee gaat.” De achterliggende jaren zag de kenner de aantallen vlinders bij elke telling afnemen. Toch blijft hij optimistisch: „Ik hoop dat we er dit jaar weer meer gaan zien.”

Een typische tuinvlinder die het dramatisch slecht doet, is de kleine vos. „De afgelopen vijf jaar is hij enorm hard achteruitgegaan”, weet Veling. „In Drenthe was vorig jaar in een gebied van 200 vierkante kilometer geen enkele waarneming van deze soort. Daarover maken we ons grote zorgen.” Hij vermoedt dat klimaatverandering de belangrijkste boosdoener is. „De kleine vos is een soort die houdt van koele omstandigheden. In Zuid-Europa zie je hem daarom alleen in de bergen. Tot de hete zomers van de afgelopen jaren voelde de vlinder zich altijd thuis in Nederland.”

„We maken ons grote zorgen over de kleine vos” - Kars Veling, ecoloog bij De Vlinderstichting

Kleine ijsvogelvlinder

Het is niet alleen maar kommer en kwel als het gaat om de vlinderstand in Nederland. „Bosvlinders doen het goed”, stelt Veling. Daartoe behoren fotogenieke soorten als de kleine ijsvogelvlinder, de grote weerschijnvlinder en de grote vos.

Deze bosvlinders profiteren juist van klimaatverandering, denkt Veling. „Onze bossen waren net iets te koud voor deze soorten. Maar als het er een of twee graden warmer wordt, kan dat net het verschil maken.” Ook ander bosbeheer pakt gunstig uit voor deze vlinders. Zo worden bossen opener gehouden, zodat de zon meer ruimte krijgt en vlinders zich kunnen warmen. Daarnaast speelt mee dat bossen minder gevoelig zijn voor stikstofneerslag dan duinen en heides.

Terwijl de kleine ijsvogelvlinder en de grote weerschijnvlinder zich schuilhouden in bosrijke natuurgebieden, kan de grote vos ook in de tuin worden gespot. Net als de keizersmantel, een opvallende vlinder die tot een paar jaar geleden niet voorkwam in Nederland, maar nu geregeld wordt gezien.

Sleedoornpage op guldenroede. beeld Marijke Kemps

Inheemse planten

Veling hoopt dat de tuinvlindertelling mensen motiveert om hun tuin vlindervriendelijk te maken. Hoe je dat doet? „Zorg ervoor dat je vanaf februari, als de citroenvlinder vliegt, tot in november, als het bont zandoogje nog actief is, bloeiende planten in de tuin hebt.”

Een populaire tuinplant met welige bloemtrossen is de vlinderstruik. Die trekt vooral de „kroeglopers” zoals de atalanta, dagpauwoog en distelvlinder. Deze vlinders kunnen nectar uit de bloemen drinken en zo energie opdoen.

„Zet ook inheemse planten in je tuin”, raadt Veling aan. „Het leukst is het als vlinders er zich kunnen voortplanten. Dan krijg je een echte vlindertuin.” Eten zij niet je planten op? „Nee. Van de rupsen van bijvoorbeeld het boomblauwtje, die graag van de bloemknoppen van de klimop eet, zie je geen schade.”

„Het leukst is het als vlinders zich in je tuin kunnen voortplanten” - Kars Veling, ecoloog bij De Vlinderstichting

De Vlinderstichting heeft op haar website een overzicht  staan van waardplanten, waar rupsen van dagvlinders graag van eten. Zo houdt de rups van de koninginnepage van venkel en het oranjetipje van judaspenning. Een plant die bij minstens vijf soorten rupsen in de smaak valt, is de grote brandnetel. Deze venijnige plant is bij mensen echter niet zo geliefd. „Zet brandnetels in een pot”, adviseert Veling. „Dan heb je ze in de hand en voorkom je dat hij zich ondergronds uitbreidt met wortelstokken.”

Voor het pand van De Vlinderstichting in Wageningen staat een sleedoorn. „Vorige week zat hier nog een sleedoornpage”, vertelt Veling trots. „Iedereen rende toen naar buiten om hem te zien.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl
Meer over
Mijn tuin

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer