Ze zijn een lust voor het oog: dijken vol bloeiende planten en zoemende insecten. Echter is slechts zo’n 5 procent van de 17.000 kilometer dijken in Nederland bloemrijk. Ecologen willen dat graag veranderen.
Dijken spelen een belangrijke rol in de natuur. Zo herbergen ze bijna de helft van de 367 bijensoorten in Nederland. Waaronder de zeldzame knautiabij, die graag vertoeft op beemdkroon (Knautia arvensis), een plant met paarse bloemen. De aarden dammen zijn ook goed voor de uitwisseling van genetisch materiaal van insecten, want als busbanen verbinden ze ‘insectendorpjes’ aan elkaar.
De komende dertig jaar moet 1500 kilometer aan dijken worden versterkt om te voldoen aan de nieuwe veiligheidsnormen. Ecologen zien hun kans schoon: dit biedt mogelijkheden om tegelijk de biodiversiteit op te krikken door bloemrijke dijken te ontwikkelen.
Voorwaarde is wel dat de bloemdijken sterk genoeg zijn. Onderzoekers binnen het project Future Dikes hebben onlangs bewezen dat dit het geval is. Kruiden wortelen dieper dan grassen, en de combinatie van diepe en ondiepe wortels zorgt samen voor een stevige wortelmat. Ook lijken bloemrijke dijken beter bestand tegen lange perioden van droogte, zoals in 2018 en 2020.
Het onderzoek leverde ook kennis op over wat nodig is voor bloemdijken: een lichte toplaag –zavel in plaats van zware klei– en natuurvriendelijk maaibeheer. Verder kijken onderzoekers wat de beste inzaaimengsels zijn, zodat na dijkversterking een goede start kan worden gemaakt.
Het Hoogwaterbeschermingsprogramma, een alliantie van de waterschappen en Rijkswaterstaat die werkt aan dijkversterking, stelt inmiddels voor om kruidenrijke dijken niet meer als optie te hanteren, maar als norm.