Regen, regen en nog eens regen; waarom is dit voorjaar zo nat?
Na jaren met droge lentes en zomers is het dit voorjaar erg nat. Waar komt dat vandaan? En betekent dit dat het wel meevalt met klimaatverandering? Een uitleg.
Is dit voorjaar nu extreem nat?
Klagen over het weer doet de gemiddelde Nederlander graag. Het is te droog óf te nat. Te koud óf te warm. Toch blijken veel mensen zulke zaken helemaal niet goed te kunnen inschatten. Als vanzelf vergelijk je de huidige situatie vooral met de meest recente herinneringen. Deze denkfout zorgt ervoor dat je langetermijntrends over het hoofd ziet. Je herinnert je vooral de afgelopen jaren die droog waren, dus is het voor je gevoel automatisch nat.
„In Buitenpost viel vorige week een hoeveelheid regen die maar één keer in de 500 tot 1000 jaar voorkomt”
Nu was het deze keer ook echt nat, maar het is goed deze vooringenomenheid te beseffen. Zo denken velen bijvoorbeeld dat april erg koel was. Maar die maand bleek met 10,8 graden in De Bilt juist een van de warmste aprils ooit.
Wat zegt de data over de hoeveelheid neerslag?
Dit voorjaar was zeer nat. April staat met ruim 98 millimeter neerslag in De Bilt op de tweede plek van natste aprils. Alleen 1965 was natter. En ook mei –tot nu toe 107 millimeter– gaat in de top tien komen van maandextremen qua neerslagsom. Het neerslagtekort is dan ook zo goed als nul (zie grafiek). In vijf van de afgelopen zeven jaar was het rond deze tijd al zeer droog. Vorig jaar begon het voorjaar nat, maar kwam de droogte later.
Waarom viel er zo veel regen in de afgelopen maanden?
Daar is niet één simpele oorzaak voor aan te wijzen. Het natte weer hangt af van meerdere factoren. De eerste belangrijke reden was dat de straalstroom –een krachtige wind op grote hoogte in de atmosfeer– langdurig boven ons land lag. Deze straalstroom voert depressies aan. En depressies betekenen vaak veel regen.
Een tweede reden is dat de Noord-Atlantische Oceaan afgelopen jaar recordwarm was. Een warme zee zorgt voor extra verdamping, waardoor er meer neerslag valt boven land.
Tot slot speelt El Niño nog mee. Hoewel dit weerfenomeen vooral effect heeft op andere werelddelen op aarde, zorgt het voor natte lentes in Europa.
Betekent de vele neerslag dat het wel meevalt met klimaatverandering?
Nee, dat is een misvatting. Veel mensen denken bij klimaatverandering vooral aan hetere en drogere zomers. De aarde warmt immers op. En hitte en droogte gaan vaak hand in hand.
Die analyse klopt ook, maar vertelt niet het hele verhaal. Een warmere planeet betekent ook meer verdamping. Dus lokaal kan het juist natter worden. Vorig najaar publiceerde het KNMI de nieuwe klimaatscenario’s voor Nederland. Daaruit bleek dat Nederland ligt tussen gebieden die door klimaatverandering vernatten (Noord-Europa) en gebieden die verdrogen (Zuid-Europa). De modellen zijn dus niet eenduidig voor het totaalplaatje. Wel zullen de winters natter worden en de zomers droger.
Pas tot slot op voor overhaaste conclusies. Dat het opwarmt betekent niet dat er geen koude periode meer kan zijn. Maak altijd onderscheid tussen het weer en het klimaat (het gemiddelde weer over dertig jaar). Als het klimaat in een gebied verandert en het bijvoorbeeld droger wordt, betekent dat dus niet dat er geen nat jaar tussen kan zitten. Andersom idem dito.
Hoe zit het met de wolkbreuken, zoals in Buitenpost in Friesland?
In het Friese dorp viel vorige week ongeveer 100 millimeter regen in een uur. In een ogenblik stond er op sommige plekken een halve meter aan water en hagel in de straten. Zo veel neerslag is meer dan twee keer de gemiddelde maandneerslag in mei. Zulke hoeveelheden regen zouden volgens statistieken maar één keer in de 500 tot 1000 jaar voorkomen.
Het KNMI waarschuwt al jaren dat piekbuien zwaarder worden en vaker gaan voorkomen door klimaatverandering. Lucht kan per graad opwarming 7 procent meer vocht bevatten. Uit recent onderzoek bleek dat de toename van extreme regenval wordt onderschat in veel klimaatmodellen.
De afgelopen weken was er ook veel onweer. Staat dat nog in verband met klimaatverandering?
Het KNMI gaf inderdaad regelmatig code geel af in verband met zware onweersbuien. Er hoeft geen verband met klimaatverandering te zijn. Het kan een uitschieter in het weer zijn. Het KNMI geeft aan geen zekerheid te hebben over de toename van hagel en onweer. Onderzoeken en gegevens ontbreken nog.
Toch stelt het weerbureau tegelijk dat het –natuurkundig gezien– de verwachting is dat beide weersextremen vaker gaan voorkomen. Dat heeft te maken met hoe onweersbuien ontstaan: dankzij opstijgende warme luchtstromen. In een warmer klimaat nemen die luchtstromen toe, waardoor er sneller en grotere onweerswolken worden gevormd. In grotere wolken zullen hagelstenen sneller aangroeien. Hagel van het formaatje pingpongbal? Die gaat dus vaker vallen.