Mens & samenlevingHet Gesprek
Auteur Gerhard Hormann schrijft als verwerking van vroegtijdig verlies van zijn vader

In de thrillers die Gerhard Hormann schrijft, draait het altijd om het verlies van een dierbare. Zijn eigen vader stierf toen hij acht was. In diens prekenboek trof hem de zin: „Als het nodig is, kan God het laten stormen; in de wereld of in het hart van een enkel mens.” Zijn vader ging voor in kerkdiensten, maar zelf raakte hij God kwijt.

beeld Cees van der Wal
beeld Cees van der Wal

Lezers van het Reformatorisch Dagblad zullen hem vooral kennen van de columns die hij tot voor kort schreef voor de economiepagina. Gerhard Hormann drong daarin aan op soberheid en een eenvoudig leven. Samengevat: los je hypotheek af en ga het op tijd rustiger aan doen.

Dat advies brengt de 62-jarige publicist zelf in praktijk. Zeven jaar geleden zette hij een punt achter zijn loopbaan als journalist en ging hij met pensioen. Het werken voor een baas mist hij geen moment. Boeken schrijft hij nog wel: „Dankzij mijn pen heb ik het verlies van mijn vader kunnen verwerken.”

beeld Cees van der Wal

Hormann woont met zijn vrouw Jeanette in een rustiek landarbeidershuisje in Ridderkerk. Achter de woning ligt een weiland van zo’n 600 vierkante meter, en daarachter een natuurgebied. De omgeving ademt rust en ruimte.

Binnen ligt de schrijver op de bank een boek te lezen. Als de bel gaat, veert hij op om de deur te openen. Even later zet hij twee dampende mokken koffie op de salontafel, naast een stapel kranten. Hormann mag zich dan hebben teruggetrokken uit het werkende leven, de actualiteit volgt hij nog altijd nauwlettend.

U bent al een aantal jaar met pensioen. Heeft dat gebracht wat u ervan gehoopt had?

„Mijn pensioen ervaar ik als een bevrijding. Toen ik nog werkte, stond ik vaak in de file en moest ik veel vergaderen. Dat hoeft nu niet meer. Het is zelfs niet meer nodig dat ik mijn wekker zet. Niet dat ik weinig omhanden heb, integendeel, maar mijn werkagenda bepaalt niet meer wat ik op een dag ga doen. In plaats daarvan laat ik me leiden door het weer. Als de zon schijnt, ga ik het gras maaien of fietsen. Regent het, dan lees ik binnen bijvoorbeeld een boek.”

De AOW-leeftijd stijgt. Langer doorwerken is het devies. Hoe is het u gelukt om eerder met pensioen te gaan?

beeld Cees van der Wal

„In 2008, toen het financiële systeem op zijn grondvesten schudde door de kredietcrisis, besloten mijn vrouw en ik om onze hypotheek zo snel mogelijk af te lossen. In financieel onzekere tijden kun je maar beter zo min mogelijk schulden hebben. We gingen daarom zuiniger en soberder leven. De geplande uitbouw van onze keuken ging niet door en we gingen niet meer op vakantie.

In 2012 ging het tijdschrift waar ik als journalist werkte failliet. Ik kreeg een ontslagvergoeding mee. Ik besloot die vanaf mijn zestigste uit te laten keren als een soort lijfrente en tot die tijd van ons spaargeld te leven. Dat is goed gelukt. In 2020 hebben we onze hypotheek volledig afgelost en sindsdien ontvang ik mijn uitkering van mijn laatste werkgever.”

U bent vader van twee zoons, wat vonden zij ervan dat jullie zuiniger gingen leven?

beeld Cees van der Wal

„In 2008 was mijn oudste zoon zeventien jaar, mijn jongste acht. Ineens gingen we niet meer op vakantie en kochten we nauwelijks nieuwe spullen. Vooral voor mijn oudste zoon was dat nog weleens slikken. Hij zei toen eens tegen mij: „We lijken wel arm.” Ik antwoordde: „Nee, andere mensen lijken juist rijk.” Hoeveel huishoudens kopen geen nieuwe auto met geleend geld of hebben hun woning ingericht met een doorlopend krediet? De buitenkant is mooi, maar intussen hebben ze schulden. Het is dus gebakken lucht. Dan kun je beter wat soberder overkomen, maar wel financieel je zaakjes goed op orde hebben. Daar word je gelukkiger van.”

U schrijft nog steeds boeken. Aanvankelijk vooral thrillers, de laatste jaren met name non-fictie. Wat vindt u daar zo leuk aan?

„Ik zeg weleens: Je wordt geen schrijver, maar je wordt als schrijver geboren. Schrijven is een wonderlijke ervaring. De woorden komen niet zozeer uit mezelf, maar als het ware van buitenaf. Ik zie mezelf dan ook niet als schrijver, maar als de eerste lezer van de tekst. Ik weet alleen hoe ik een boek begin, maar daarna gaat het verhaal zijn eigen leven leiden.

Je moet de pen niet oppakken om er rijk van te worden. Per verkocht exemplaar krijg ik 1,50 euro. Mijn boek ”Hypotheekvrij!” uit 2012 is het eerste boek in zestien jaar waar ik goed aan heb verdiend; zo’n 20.000 euro. Maar in de regel geldt: je verdient meer met een krantenwijk dan met het schrijven van een boek.”

En daar komt dan nog bij dat het schrijven van een boek een tijdrovend proces is.

beeld Cees van der Wal

„Dat is het zeker. Ik schrijf al sinds 1991. Toen ik fulltime als journalist werkte, schreef ik van maandag tot en met donderdag iedere avond twee pagina’s. Na negen maanden heb je een boek. Gelet op de tijdspanne kun je dat een hele bevalling noemen.”

Dus u bent blij als een boek afgerond is?

„Vooral bij romans was dat niet zo. Het klinkt gek, maar je bouwt een band op met de personages over wie je schrijft. In mijn hoofd bracht ik vaak meer tijd met hen door dan met mijn gezin. Als je verhaal af is, zijn ze ineens allemaal weg. Dat valt zwaar, als je je zo in die personages inleeft. Zelfs als dat personage een zware crimineel is.”

Dat inleven ging u zo goed af dat de Utrechtse recherche u eens vroeg om DNA af te staan.

„Ik had in 1999 een thriller geschreven over een serieverkrachter die steeds in Utrecht toesloeg. Voordat ik aan het boek begon, had ik me uitvoerig verdiept in de geest van zo’n man. Hoe gaat hij te werk? Hoe zoekt hij zijn slachtoffers uit? Hoe wist hij zijn sporen uit? In mijn boek had ik vrijwel alles tot in detail uitgewerkt.

beeld Cees van der Wal

Ik vermoed dat ik toevallig dingen had geschreven die alleen de dader kon weten. Dat heeft bij de politie argwaan gewekt. Op een dag vroeg een rechercheur mij om langs te komen op het bureau. Ik had die man al eens eerder gesproken, hij zei toen: „Als ik met pensioen ga, mag jij mijn memoires schrijven.” Ik dacht die dag: het is zover, hij gaat mij nu hiervoor vragen.

Tot mijn verrassing vroeg hij mij echter of ik wilde meewerken aan een DNA-onderzoek. Een agent vond de mond van de dader op de compositiefoto op die van mij lijken. Ik stemde in met het verzoek. Uiteraard kwam er geen match uit. De uiteindelijke dader lijkt totaal niet op mij, maar hij heeft wel bijna dezelfde voornaam als ik: Gerard.”

Romanschrijvers hebben vaak een motief dat in ieder boek terugkomt. Is dat bij u ook zo?

„In mijn thrillers draait het altijd om het verlies van een dierbare, bijvoorbeeld een spoorloos verdwenen kind of een vader die zijn dochter dreigt kwijt te raken. Dat motief is bij mij te herleiden tot het verlies van mijn vader toen ik nog maar acht jaar was. Ik heb het verlies van een dierbare dus van dichtbij meegemaakt.”

Dat is nogal wat. Hoe is dat gegaan?

beeld Cees van der Wal

„Mijn vader was godsdienstdocent op een middelbare school en mocht ook voorgaan in kerkdiensten in de Nederlandse Hervormde Kerk. Op een zomerse zondag in 1969, hij was toen 33 jaar, kwam hij na de kerkdienst thuis. Hij had gepreekt in Abbenbroek, een klein dorp. Het ging niet goed met hem. Kerkgangers zagen dat mijn vader op de kansel al een aantal keer naar zijn nek had gegrepen.

Toen hij thuiskwam, deed hij zijn jasje uit. Ik zag dat heel zijn rug nat was. „Ik voel me niet goed”, zei hij tegen mijn moeder, „ik ga even op bed liggen.” Hij is nooit meer wakker geworden. Later bleek dat hij een herseninfarct had gehad.”

Hoe reageerde u daarop, als achtjarige?

„Ik weet nog dat mijn moeder met mijn vader meeging in de ambulance naar het ziekenhuis.

De dominee en zijn vrouw vingen mijn zesjarige broertje en mij liefdevol op in de pastorie. Ze woonden bij ons om de hoek. We kregen beiden een knuffel die we mochten houden.

Mijn broertje kreeg het allemaal wat minder mee. Hij is ’s avonds gaan slapen. Ik heb er de hele nacht van wakker gelegen. De volgende ochtend kwam mijn moeder ons vertellen dat onze vader was overleden. Mijn broertje en ik waren totaal in shock. We konden alleen maar huilen.”

Wat was uw vader voor man?

beeld Cees van der Wal

„Van meerdere mensen heb ik gehoord, onder meer van zijn oud-leerlingen, dat hij een aardige en humoristische man was. Dat kan ik me ook nog wel herinneren. Tijdens een vakantie stak ik eens mijn hand in de bek van een stenen krokodil die naast een vijver stond. „Hap”, riep mijn vader plots. Ik schrok me een ongeluk natuurlijk, maar daarna lachten we er samen om.

Maar mijn vader had soms ook een kort lontje. Zo heb ik een keer een schop onder m’n achterwerk van hem gehad. Ik herinner me ook dat hij in de auto weleens zat te foeteren op medeweggebruikers. Maar goed, dat doen wel meer automobilisten.

Ik herinner me vooral dat mijn vader veel omhanden had. Als hij niet aan het werk was, zat hij vaak te studeren in zijn studeerkamer. Hij werkte hard aan zijn proefschrift. Als hij dat zou hebben afgerond, wilde hij met ons gezin naar Suriname om daar als zendeling te werken. De deur van zijn studeerkamer was meestal dicht. Als kind ging ik dan met een boek tegen die deur aan zitten om zo toch dicht bij mijn vader te zijn.”

Miste u bij hem een gevoel van geborgenheid?

beeld Cees van der Wal

„Er waren wel degelijk momenten van genegenheid. Ik heb bijvoorbeeld foto’s dat ik als kind op zijn rug zit. Maar hij was nu eenmaal een druk man, veel aan het lezen en leren.

Mijn vader maakte ook plakboeken van vakanties. Een keer kwam hij mensen tegen die vertelden dat hun kinderen het huis uit waren. Hij had dat in zijn plakboek genoteerd met daarbij de opmerking dat er een moment komt dat ook zijn kinderen gaan uitvliegen. Hoewel zijn zoons toen nog jong waren, zag hij al tegen dat legenestgevoel op. Daaruit blijkt zijn liefde voor ons. Uiteindelijk is het allemaal anders gelopen. Hij heeft dat moment nooit meegemaakt.”

Uw vader heeft meer pennenvruchten nagelaten, waaronder een prekenboek.

„In 2004 kwam mijn eerste religieuze thriller ”De duistering” uit. In het voorwoord vertel ik over de dood van mijn vader. Als aanvulling daarop zocht ik een mooi citaat van hem. Toen sloeg ik zijn prekenboek open. Daar trof ik deze zin aan: „Als het nodig is, kan God het laten stormen; in de wereld of in het hart van een enkel mens.”

beeld Cees van der Wal

Die uitspraak was een treffende samenvatting van mijn boek. Deze zin heb ik daarom in het voorwoord opgenomen, als eerbetoon aan mijn vader. Hij zal nooit hebben kunnen bevroeden dat deze woorden decennia later op zo’n toepasselijke manier in een boek van een van zijn kinderen zouden opduiken. Ik vind het nog steeds bijzonder als ik er zo aan denk.”

Zou uw vader trots op u zijn geweest?

„Dat denk ik wel. Hij zou al mijn boeken in zijn kast hebben staan. Heel mijn leven ben ik bezig geweest om dingen te doen waarop mijn vader trots zou zijn geweest, zoals het schrijven van boeken. Dat verklaart ook de grote rol die het geloof speelt in mijn thrillers. Ik ben eigenlijk altijd het jongetje gebleven dat met zijn mooie rapport naar huis holt om dat trots aan zijn vader te laten zien. Dat zoeken naar goedkeuring van mijn ouders, en dan vooral van mijn overleden vader, is lang mijn drijfveer geweest.”

Heeft u vanwege het verlies van uw vader dingen bewust anders gedaan in de opvoeding van uw kinderen?

„Ondanks een drukke baan en het schrijven van boeken heb ik zo veel mogelijk tijd met onze twee zoons geprobeerd door te brengen. Als mijn vrouw werkte, ging ik bijvoorbeeld met ze op stap naar de kinderboerderij of naar het bos. Juist omdat ik weet dat het leven zo ineens voorbij kan zijn, maakte ik daar bewust tijd voor vrij.

Als ik dan zo met ze door het bos wandelde, voelde ik mezelf ook net een kind dat met zijn vader op pad was. Het lijkt wel of ik die momenten creëerde met terugwerkende kracht. Dat was voor mij dan dus dubbel genieten. Die momenten koester ik nog altijd.”

Herkent u zichzelf in uw vader?

beeld Cees van der Wal

„Ik kan soms –zeker van mijn zaak– wat streng en autoritair uit de hoek komen. Tegelijk houd ik van een lach. Die combinatie zag je ook bij mijn vader terug: zwaarwichtig, maar vaak ook lichtvoetig. Dat geldt eveneens voor mijn boeken: de thematiek is serieus, maar er zitten altijd ook de nodige kwinkslagen in. Als mensen mijn boek met een glimlach lezen, is dat voor mij het grootste compliment.”

Hoe is uw moeder met het verlies van uw vader omgegaan?

„Ze heeft geprobeerd om het gewone leven zo goed als mogelijk door te laten gaan. Ze kreeg een nabestaandenpensioen en nam meteen rijlessen. Zo konden we voortaan toch nog met de auto op vakantie. In haar eentje een gezin draaiende houden viel haar soms zwaar, maar ze heeft zich er manmoedig doorheen geslagen.

Na het overlijden van mijn vader brak mijn moeder met het geloof en de kerk. Misschien had ze daarvoor al haar twijfels, daar heb ik het nooit met haar over gehad. In ieder geval kon ze de zin van het verlies van mijn vader niet inzien. Ik denk dat ze dat in haar hoofd niet kon rijmen met het bestaan van een goede God.”

Hoe is uw band met uw moeder?

beeld Cees van der Wal

„Mijn band met haar is altijd goed geweest en is dat nog steeds. Ze is nu 88, maar blijft de zorgzame moeder. Als ik kom, heeft ze altijd datgene in huis wat ik lekker vind. Dat tekent haar.”

Ik zie dat u op de kast een Bijbel hebt staan. Wat betekent het geloof nog voor uzelf?

„Die Bijbel is van de ouders van mijn vrouw geweest. Zelf ben ik het geloof ook kwijtgeraakt. Ik ging nog wel naar een christelijke school. We leerden daar psalmen en gezangen en de leerkrachten vertelden verhalen uit de Bijbel. Vooral de gelijkenissen van Jezus spraken mij aan. In mijn boeken gebruik ik vaak metaforen. Ik denk dat dit daarvandaan komt. Als kind had ik al belangstelling voor de moraal in verhalen.”

Op welk moreel kompas vaart u?

„Mijn belangrijkste principe is: behandel anderen zoals je zelf behandeld wilt worden. Verder bekijk ik alles door een rationele bril. Ik laat me breed informeren en trek dan mijn eigen conclusies. Ik roei daardoor vaak tegen de stroom in.”

Op X kraakt u weleens een kritische noot over de duurzaamheidsambities van de overheid. Waarom doet u dat?

beeld Cees van der Wal

„Laat helder zijn dat ik mensen juist aanraad om te consuminderen. Toen we in 2008 het roer omgooiden, kochten we een kleine, zuinige auto, boekten geen verre vakanties meer en schaften zo min mogelijk nieuwe spullen aan. Van minder word je juist gelukkiger, weet ik uit ervaring.

Maar op collectief niveau moet de overheid zich wel realiseren dat de opwarming van de aarde niet stopt als alle Nederlandse huishoudens een warmtepomp hebben. Want ondertussen opent China nieuwe kolencentrales. Op wereldschaal stellen de inspanningen van Nederland dus weinig voor. Alsof je met een dubbeltje per maand een hypotheek van een miljoen wilt aflossen: onbegonnen werk.”

U toont zich ook een sympathisant van Israël.

„Toen ik werd geboren, was de Tweede Wereldoorlog pas vijftien jaar voorbij. Ik ben opgegroeid met de verschrikkelijke verhalen over de Jodenvervolging. Daarom –zo voelde de samenleving dat toen ook terecht– hebben we een ereschuld naar de Joden en naar Israël toe.

Zoiets als toen mag nooit meer gebeuren, daarom ben ik allergisch voor antisemitisme. Een oud-collega is getrouwd met een Joodse vrouw en woont in Israël. Zijn zoon dient daar in het leger. In die zin heb ik ook een persoonlijke connectie met dat land.”

Maakt u zich zorgen over het groeiende antisemitisme in het Westen?

beeld Cees van der Wal

„Ik ben bang dat het niet bij antisemitisme ophoudt. Regelmatig zie ik de opmerking voorbijkomen dat eerst de zaterdagsmensen aan de beurt zijn, daarna de zondagsmensen. We zullen steeds meer te maken gaan krijgen met botsende beschavingen. Gechargeerd gezegd: het Westen tegen de barbarij. Ik heb hier meerdere boeken over gelezen en die stemmen mij niet hoopvol. Ik stel mensen weleens de vraag: Waar denk je dat het in 2050 beter toeven is, in Bordeaux of Boedapest? Aan de reacties merk ik dat ik niet de enige ben die er niet gerust op is.”

Bent u zelf van plan om u in het christendom te verdiepen? U heeft daar nu de tijd voor.

„Daar heb ik nog niet aan gedacht, maar dat moment zou zeker nog eens kunnen komen. Sinds mijn pensionering heb ik passies ontdekt waarvan ik eerder nooit gedacht had dat ik me daar nog eens mee zou bezighouden, zoals jazz. Naar dat muziekgenre luister ik sinds een paar jaar. Daar gaat mijn volgende boek over.”

U zou zo in ieder geval meer te weten kunnen komen over de God van uw vader.

„Het grootste deel van mijn leven ben ik bezig geweest met het verwerken van het overlijden van mijn vader. Lange tijd is er geen week voorbijgegaan dat ik niet aan hem dacht, maar inmiddels ben ik zover dat er maanden voorbijgaan zonder dat hij in mijn gedachten voorbijkomt. In die zin is het voor mij een afgesloten hoofdstuk.

Toch komt hij ook weer voor in mijn nieuwe boek, dat in augustus verschijnt. Ik denk dus heus nog weleens aan hem, maar het verlies heb ik na al die jaren wel verwerkt, dankzij het schrijven. Dus als ik mij in het geloof ga verdiepen, zal ik dat niet vanwege mijn vader doen.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer