Kleding repareren, tweedehandskleding kopen en een eigen kledingstijl ontwikkelen. Tips om te verduurzamen zijn er genoeg, bleek tijdens het event Fashion victim of verleidingen de baas? , dat woensdag in Amsterdam werd georganiseerd door Pakhuis de Zwijger in samenwerking met Milieu Centraal.

Ontvolgen

Ook duurzamekledingmodel Kiki Boreel kwam met een paar simpele tips om minder fast fashion te kopen. Zoals het jezelf uitschrijven voor nieuwsbrieven van modebedrijven, het ontvolgen van influencers en het vermijden van winkelstraten.

Gedragspsycholoog Reint Jan Renes doet een boekje open over de klimaatspagaat die mensen kunnen ervaren. Ze willen wel duurzaam doen, maar het lukt niet. „Mensen onderschatten de invloed van reclame”, vertelt hij. „Ze hebben de illusie dat ze in staat zijn op eigen wilskracht duurzame keuzes te maken. Maar uit onderzoek blijkt dat het uitspreken van een algemene intentie geen zin heeft.”

Bewuste keuzes volgen pas als je nieuwe gewoontes aanleert, vertelt Renes. Hij verwijst naar het als-danplan uit de gratis cursus ” Mijn Stijl iD ” van Milieu Centraal, die de aanleiding vormde voor het event. „Als je bijvoorbeeld per maand maximaal twee kledingstukken wilt kopen, spreek dan ook af dat je deze aan het einde van de maand laat zien aan je vriendin.” Zoiets werkt als een soort controle.

Lees ook

„Ontwikkel eigen kledingstijl in strijd tegen trends en influencers"

Zichtbare manier

Als kleding kapot is belandt het vaak in de prullenbak. En dat is jammer, want reparatie is ook een optie. Alleen, weinig mensen weten nog hoe ze simpele herstelklusjes moeten doen, zegt Isabel van der Meijde, mede-eigenaar van de Naaierij, tijdens de repairworkshop. Bijna alle twintig stoelen zijn bezet. Vriendinnen Katja Verheul en Anna Weerstra schuiven ook aan. Ze zijn wel geïnteresseerd in hoe ze „groener kunnen doen”. Beiden hebben iets ter reparatie mee: Katja een jurkje, Anna een pyjamabroek. Anna: „Er zat een scheur in. Die heb ik zelf al gerepareerd, maar ik wil het graag op een mooiere manier kunnen fiksen.”

„Mensen onderschatten de invloed van reclame” - Reint Jan Renes, gedragspsycholoog

Van der Meijde laat de groep zien hoe je op een mooie manier een gat repareert en hoe je een knoop aannaait. Een spijkerbroekje krijgt aan de binnenzijde een lapje met een lichtblauw streepjespatroon. Van der Meijde: „Ik voer reparaties graag uit op een zichtbare manier. Je laat zien dat er een verhaal aan het kledingstuk zit. Zo inspireer je anderen om ook te kiezen voor reparatie.”

Puzzelstukjes

De kledingruil vindt plaats op een andere verdieping. Aan diverse rekken hangt de kleding netjes gesorteerd op kleur. Achter een paar gordijnen kunnen bezoekers hun favorieten passen. Een twintiger bekijkt voor de passpiegel hoe een bloemetjesjurk staat. Twee andere dames poseren even voor een foto met hun nieuwe aanwinsten. „Even de buit laten zien.”

„Even de buit laten zien” - Deelnemer kledingruil

Bij de ‘kassa’ rekenen Lucas Vermeer en zijn vriendin af met vier puzzelstukjes. Die stukjes kreeg hij eerder op de avond voor elk meegebracht kledingstuk. Nu kan hij die weer verzilveren. „Het was een succes”, grijnst hij. „We hebben vier dingen ingeleverd en vier kledingstukken kunnen vinden.”

„We zien bijna alleen maar enthousiaste mensen”, zegt Inge van der Bijl, die de kassa bemenst. De vrijwilliger bij The Clothing Loop zag deze avond tegen de honderd kledingruilacties. „Slechts heel soms leveren mensen meer puzzelstukjes in dan wat ze aan nieuwe kleding konden scoren.” The Clothing Loop organiseert overal in het land kledingruilacties, onder meer met kledingtassen die rondgaan.

Cool girl

In een andere workshop leren deelnemers meer over kleurenanalyse. De gedachte is: als je weet welke kleur kleding bij je past, kun je een eigen tijdloze stijl ontwikkelen. Zo ga je minder snel mee met de wispelturige trends van de mode-industrie en word je minder snel verleid tot aankopen.

Stijlcoach Bekah Kraakman van Clothes & Confidence bepaalt het kleurtype van een deelnemer. Ze houdt grote lappen stof onder het gezicht van de proefpersoon. Warme tinten blijken haar huid fletser en bleker te maken. Koele tonen laten haar juist stralen. Ze moet dus gaan voor kleuren met een koele ondertoon. Enthousiast: „You are a cool girl!”