Het varen zit Kees van der Meijden (16) in het bloed. Met zijn vervolgopleiding aan de Zeevaartschool in IJmuiden treedt hij in de voetsporen van zijn vader. „Het is gewoon écht een mooi vak!”
De familie van Kees is geen onbekende in de zeevaartwereld. Zowel zijn vader als verschillende familieleden zijn of waren actief op zee. Kees: „Toen ik afgelopen zomer een maand met kennissen meevoer, wist ik zeker: dit wil ik ook.”
Wie de zee op wil, kan in Nederland terecht bij diverse zeevaartscholen. „Ik ben op verschillende locaties wezen kijken, onder meer in Rotterdam. Uiteindelijk heb ik gekozen voor de zeevaartschool in IJmuiden. Ik vond de sfeer daar het leukst. De klassen zijn klein, maximaal twintig man, en er is ook studentenhuisvesting voor mensen die een langere reistijd hebben. Ik woon zelf in Lienden, in de Betuwe, dus dat is wel zo handig.”
Om toegelaten te worden tot de opleiding van maritiem officier, moest Kees eerst een medische zeevaartkeuring doen. „Daar kijken ze of je bijvoorbeeld goed kunt horen. Als je daar afgekeurd wordt, is het gelijk voorbij.”
De opleiding duurt in totaal vier jaar. „De eerste twee jaar zijn voor iedere zeevaartstudent hetzelfde”, vertelt Kees. „Aan het begin van je derde jaar ga je eerst zes maanden op stage. Daarna kies je de richting waarin je je wilt specialiseren: technisch of nautisch. Ga je voor technisch, dan word je machinist. Kies je nautisch, dan word je stuurman. Vervolgens krijg je een jaar les in de richting die je gekozen hebt. Daarna loop je opnieuw een halfjaar stage.”
Zelf wil Kees het liefst de nautische kant op. „Als machinist zit je de hele dag in een donkere machinekamer. Ik sta liever op de brug – dan kun je tenminste naar buiten kijken. Als stuurman moet je ’s nachts wachtlopen, de reisplanning opstellen, laadplannen maken… Dat lijkt me veel leuker.”
Dat zijn studiekeuze vrij uniek is, merkt Kees aan zijn omgeving. „Ik ben ermee opgegroeid, maar de meeste mensen weten weinig van de zeevaart af.” Hij is dan ook de enige in zijn jaar die na zijn examens naar IJmuiden vertrekt. „We zitten hier in de Betuwe – wie kent die zeevaartwereld nou?”
Wat hem het mooiste aan de opleiding lijkt? „De zeevaartschool is iets wat ik heel graag wil doen. Ik wil niet zeggen dat ik het hier op school niet naar m’n zin heb, maar op de zeevaartschool ga ik iets doen wat ik écht interessant vind.”
Dit is het eerste deel in een serie over scholieren en hun studiekeuze.