Adoptie van kinderen uit het buitenland moet op termijn niet meer plaatsvinden, vindt de Tweede Kamer. Een voorstel van de SP hiertoe haalde dinsdag een meerderheid. De motie verzoekt het kabinet om met een nieuw plan te komen waarin de zogeheten interlandelijke adoptie „op zorgvuldige wijze” wordt afgebouwd.
Demissionair minister Franc Weerwind (Rechtsbescherming) had de motie eerder ontraden. Hij wil juist een nieuw stelsel voor adoptie oprichten waarin een centrale organisatie een grote rol zou krijgen bij de bemiddeling. Bovendien zouden de adopties nog maar vanuit een klein aantal landen mogelijk zijn.
De beperking in landen geldt al enkele jaren. Begin 2021 zette het toenmalige kabinet alle buitenlandse adopties stop. Aanleiding daarvoor was een uiterst kritisch rapport over misstanden bij adoptie sinds tientallen jaren. Zo werden kinderen illegaal naar Nederland gehaald of waren de gegevens over de kinderen onjuist of vervalst. De problemen zouden nog steeds voor kunnen komen, dus werden alle adopties meteen stopgezet.
Weerwind besloot eind 2022 om adopties uit het buitenland weer beperkt toe te staan, onder strikte voorwaarden en met controles. Het kon weer uit landen zoals de Filipijnen, Thailand en Zuid-Afrika. Adoptierelaties met landen zoals de Verenigde Staten, China en Peru werden juist beëindigd.
In het nieuwe stelsel wilde de minister als uitgangspunt dat het belang van het kind voorop zou staan. Zo mocht alleen worden geadopteerd als er echt geen passende opvang is in de herkomstlanden. Het idee daarachter is dat een kind het beste in zijn eigen omgeving kan worden opgevangen en opgroeien.
Voorstanders van het voorstel van SP’er Michiel van Nispen waren VVD, PVV, BBB, CU, PvdD, FVD en JA21.