Het was andere EU-landen al veel langer duidelijk dat Nederland bepaald geen fan was van de natuurherstelwet, zegt demissionair minister Christianne van der Wal tegen de Tweede Kamer. Het demissionaire kabinet kondigde recent aan na een oproep van de Kamer tegen de wet te stemmen, terwijl het eerst nog van plan was de verordening te steunen. Dat voornemen was mede ingegeven door strategische overwegingen, aldus de bewindsvrouw.
Het was een ongekende gang van zaken, erkent de demissionaire natuurminister in debat met de Kamer. De afgelopen maanden hoorde je geen lidstaat over de natuurherstelwet (oorspronkelijk van oud-Eurocommissaris Frans Timmermans). Nederland leek de enige die zich steeds kritisch uitte. Omdat Brussel, ondanks dat een Nederlandse voorstem niet nodig leek, het kabinet toch flink tegemoetkwam, wilde Van der Wal met stemverklaring voorstemmen. „Zodat we ons een betrouwbare partner zouden tonen, ook voor onderhandelingen in de toekomst”, verklaart zij in de Kamer.
Maar een oproep van de Kamer, initiatief van NSC en BBB, leidde ertoe dat het kabinet zich toch tegen de wet keerde. Sterker, om aan de opdracht van de Kamer te voldoen is Van der Wal „direct aan de gang gegaan met het zoeken naar een blokkerende minderheid”. Inmiddels zijn er inderdaad genoeg landen tegen dat de wet niet kan worden goedgekeurd door de lidstaten.
Toen dat duidelijk werd, is de stemming voorlopig van de agenda gehaald. Ook dat is ongebruikelijk, vertelt Van der Wal. Ze weet niet of en zo ja wanneer er alsnog een stemming wordt ingepland. Haar uiterst voorzichtige inschatting is dat dit niet voor de Europese Parlementsverkiezingen begin juni zal zijn.
Als de wet in stemming wordt gebracht, zal Nederland tegen stemmen. Ook de tegenstem zal overigens gepaard gaan met een stemverklaring.