Nunspeet botst met ministerie LNV over uitkoop piekbelasters
Veehouders in de gemeente Nunspeet die mee willen doen aan de uitkoopregeling voor piekbelasters (Lbv-plus) krijgen van de gemeente geen toestemming om op hun perceel woningen te bouwen of de ‘sloopmeters’ te verkopen aan derden. Dit tot ongenoegen van minister Christianne van der Wal (Stikstof).
Nunspeet wijkt met die blokkade af van het beleid van gemeenten in de omgeving, zoals Ermelo, Apeldoorn, Barneveld en Ede. Boeren daar kunnen wél kiezen voor ‘stapeling’. Dat wil zeggen dat ze van twee regelingen profiteren – de piekbelastersregeling van de overheid en functieverandering van de gemeente.
Boeren krijgen met die laatste de kans een kleinschalige onderneming op hun erf te starten of ze mogen, in ruil voor sloop van stallen, een of meer woningen bouwen. Ook is het vaak mogelijk de ‘sloopmeters’ te verkopen aan bijvoorbeeld een projectontwikkelaar, die dan op een andere plek in de gemeente de woningen bouwt.
De combinatie van de regelingen van Rijk en gemeente kan sommigen net het duwtje geven om te stoppen met hun veehouderij. Zo iemand is kalverhouder Gert van Essen (59) uit Elspeet. Zijn stal uit 2009 biedt plaats aan 400 dieren. Het bedrijf grenst aan stikstofgevoelige heide en bos. Het was voor Van Essen dan ook geen verrassing dat hij in aanmerking komt voor de Lbv-plus. Via uitkoop op vrijwillige basis wil het kabinet de stikstofneerslag op kwetsbare natuur snel omlaag brengen.
Van Essen overweegt zich aan te melden. „Ik voorzie dat ik investeringen moet doen als ik doorga, want de overheid wil dat de stikstofuitstoot hoe dan ook omlaag gaat. Dat zie ik gezien mijn leeftijd niet meer zitten.”
Overbruggen
Intussen moet de boer nog wel de periode tot zijn pensionering overbruggen. Daarom hoopt hij ook te kunnen profiteren van functieverandering, ook wel rood-voor-rood of ruimte-voor-ruimte genoemd.
De meeste gemeenten gaan soepel om met zo’n combinatie. Ook de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO), de uitvoeringsorganisatie voor de Lbv-plus, ziet geen problemen. „U loopt geen risico op een terugvordering van de Lbv-plus-subsidie vanwege ongeoorloofde staatssteun”, schrijft de RVO op haar website. Maar de gemeente Nunspeet, waar Elspeet onder valt, staat het niet toe.
Van Essen: „Hier is het: óf kiezen voor de Lbv-plus óf voor functieverandering. Het is de gemeente om mijn stikstofruimte te doen. Die wil ze gebruiken voor eigen projecten. Dat kan alleen als ik niet aan de Lbv-plus meedoe.”
Omdat Van Essen zijn sloopmeters niet kan verkopen, loopt hij „enkele tonnen” aan inkomsten mis. Hij vindt dat sprake is van ongelijke behandeling. „Een collega 500 meter verderop, die onder de gemeente Ermelo valt, kan er wel van profiteren. Nunspeet maakt het gewoon minder aantrekkelijk om aan de Lbv-plus mee te doen. Volgens mij kan mevrouw Van der Wal (minister voor Natuur en Stikstof, die verantwoordelijk is voor de Lbv-plus, TR) daar niet blij mee zijn.”
Volgens mij kan mevrouw Van der Wal daar niet blij mee zijn
Van Essens adviseur Evert Top van Midden Nederland Makelaars noemt Nunspeet „een eenling”. De gemeenten van de FoodValley (Gelderse vallei, TR) en ook Ermelo, Putten en Apeldoorn staan stapeling volgens hem toe. „Wij hebben veel klanten in Barneveld en Ede, daar kan het gewoon. Er is op provinciaal niveau wel even discussie geweest over het toestaan van de verkoop van sloopmeters, maar ook dat is geen probleem.”
Steven van Westreenen van het gelijknamige adviesbureau in Lunteren bevestigt wat Top zegt. „Ik ben voor een klant in de gemeente Ermelo juist bezig de combinatie Lbv-plus en functieverandering voor te bereiden.”
Verrast
Verantwoordelijk wethouder Jaap Groothuis (SGP) van Nunspeet is verrast door de kritiek. „In het kader van de gebiedsaanpak GEUS (Garderen, Elspeet, Uddel, Speuld; dorpen in de gemeenten Barneveld, Nunspeet, Apeldoorn en Ermelo, TR) stemmen wij zulke zaken af met de buurgemeenten. Er is nog geen gezamenlijk beleid hierover, dus het verwondert mij dat buurgemeenten zo’n stapeling wel zouden toestaan.”
Volgens de bepalingen van de Lbv-plus mogen boeren die kiezen voor uitkoop, na de beëindiging van hun veehouderij met een andere activiteit nog maximaal 15 procent van de vergunde stikstofruimte uitstoten.
Groothuis vindt het echter onduidelijk of en onder welke voorwaarden er bij deelname aan de Lbv-plus stikstofruimte op het perceel kan blijven. „Als dat niet kan, is functieverandering niet eens mogelijk, want om huizen te bouwen heb je die ruimte nodig. Er moet in ieder geval toestemming zijn van de provincie.”
De Gelderse gedeputeerde voor Landbouw Harold Zoet (BBB) zegt desgevraagd dat de provincie „sowieso” groen licht geeft. „We merken dat het beleid van Nunspeet ondernemers beperkt in de mogelijkheden voor deelname aan de Lbv-plus. We zijn in gesprek met de gemeente om dit op te lossen.”
Huizenbouw
Het huidige functieveranderingsbeleid van Nunspeet, dat in 2020 een update kreeg, houdt volgens wethouder Groothuis in dat de stikstofruimte naar de gemeente gaat. „Dat vinden we belangrijk om huizenbouw en economische ontwikkeling mogelijk te blijven maken.”
Groothuis zegt dat zijn gemeente al jaren vooroploopt met een gunstig functieveranderingsbeleid. „Dat is juist bedoeld om boeren die willen stoppen, daarvoor de financiële ruimte te geven. Zo hebben we een aantal jaren geleden het aantal huizen dat je op je perceel mag bouwen vergroot van twee naar drie. Ik durf de vergelijking wel aan, wat aantrekkelijker is: uitkoop via de Lbv-plus of functieverandering in onze gemeente.”
Bovendien kan het volgens Groothuis niet de bedoeling zijn dat stoppers twee keer geld vangen. „Dat zou niet eerlijk zijn tegenover mensen die eerder zijn gestopt, voordat de Lbv-plus er was.”
Steven van Westreenen vindt dat een drogreden. „Je praat nu over een heel andere situatie. Destijds kon iemand ervoor kiezen zijn bedrijf voor de marktwaarde aan een andere boer te verkopen. Voor piekbelasters is dat geen optie meer.”
Minister Van der Wal laat via haar woordvoerder weten dat zij het beleid van Nunspeet ongewenst vindt. De gemeente gaat volgens de bewindsvrouw uit van „verkeerde veronderstellingen”. Veehouders die vrijwillig stoppen moeten „maximale ondersteuning” krijgen in dat proces en bij het realiseren van plannen voor de toekomst. „Daar is tot 15 procent stikstofruimte van het oorspronkelijke bedrijf voor te gebruiken.”
De gesprekken tussen de provincie en Nunspeet over deze kwestie volgt het ministerie „nauwlettend”. Waar mogelijk helpt LNV om ondernemers „zo goed mogelijk te ondersteunen”.