Jongere worstelt vaak in het donker met verslaving
Over verslaving gaat het vaak in de gesprekken die jongerenwerker Matthijs Voskuil heeft. Daarom vraagt hij via jongerencommunity BasiC deze week aandacht voor verslavingsproblematiek onder kerkelijke jongeren.
Ze kunnen niet zonder sociale media, alcohol, drugs, porno of games, maar ervaren een „enorme drempel” om over hun probleem te praten. „De worsteling van jongeren met verslaving vindt veelal in het donker plaats”, zegt Voskuil. „Ze dragen de zware last alleen.”
Ook ouders worstelen ermee. Wat als je dochter elke avond uren op sociale media zit? Of je drugsresten vindt in de tas van je zoon? Het team van BasiC –onderdeel van het Interkerkelijk Kenniscentrum (IKC)– krijgt geregeld dat soort vragen van opvoeders.
Een landelijke Week van de verslaving bestond nog niet, en daarom riep BasiC die in het leven. Hulpverleningsorganisaties De Vluchtheuvel en Stichting Chris & Voorkom sloten zich bij het initiatief aan.
Vertrouwen
Veel jongeren schamen zich voor hun verslaving, weet Voskuil. „Het is vaak een eenzame strijd.” Op haar onlinekanalen plaatst BasiC deze week interviews met jongeren over hun verslaving. „Zo willen we laten zien dat ze niet de enigen zijn.”
Voskuil gaat geregeld het land in om in kerken, op scholen, bij de catechese of jeugdvereniging met jongeren in gesprek te gaan over de kern van het leven. Op dat soort momenten komen zij meestal niet met hun verslaving voor de dag. Wel gebeurt dat geregeld achteraf via mail of sociale media. „Pas was ik in een kerkelijke gemeente en een halfuurtje na afloop van de avond stuurde een van de jongeren al een berichtje via Insta. Hij vertelde over zijn verslaving. Dat was niet eens het onderwerp van de avond, maar blijkbaar voelde hij vertrouwen.”
Op ooghoogte
Vertrouwen is dus cruciaal en ontstaat door openheid, zegt Voskuil. „Jongeren moeten aanvoelen dat er ruimte is om hun verhaal te doen, zonder dat ze meteen worden veroordeeld.”
Zijn advies aan ouders: niet hard confronteren, maar liefdevol informeren. „Ga door je knieën; kom op ooghoogte van de tiener. Zeg bijvoorbeeld: Ik vind het ook lastig om niet te veel op mijn telefoon te zitten, hoe ervaar jij dat? Of: Ik las in de krant dat veel jongeren het moeilijk vinden om met porno om te gaan, hoe is dat voor jou?”
Jongeren leven op een andere planeet dan volwassenen. „Wie meteen roept dat daar slechte en gevaarlijke dingen gebeuren, doet de deur dicht. Vraag nieuwsgierig wat er op hun planeet gebeurt: „Hoe gaat het eraan toe in zo’n keet?” Vertel over je eigen jeugd, dat je ook weleens teveel gedronken hebt op je zestiende. Dat geeft jongeren ruimte om hun verhaal te delen.”
Gelukshormonen
Ouders hebben soms het idee dat openheid botst met het aangeven van grenzen. Volgens Voskuil gaan die twee juist hand in hand. Hij noemt het voorbeeld van Jezus die tegen de overspelige vrouw zegt: Ga heen en zondig niet meer. „Maar Hij zegt eerst tegen de omstanders: Wie zonder zonde is, werpe de eerste steen.”
De jongerenwerker, ook jeugdouderling in de christelijke gereformeerde kerk van Heerde, wijst erop dat een psychisch probleem vaak de oorzaak vormt van een verslaving. Wie zich bijvoorbeeld niet gezien voelt, eenzaam is, heeft een tekort aan gelukshormonen. „De kans op verslaving is dan vele malen groter.”
Een open gesprek brengt de verslaving aan het licht. „Dat lucht enorm op, omdat er dan perspectief is. Samen kun je op zoek naar wat een jongere nodig heeft, bijvoorbeeld professionele hulp.”