Brussel gaat Europese defensie-industrie klaarstomen voor oorlog
Brussel komt dinsdag met de Europese defensie-industriestrategie. EU-landen moet „meer, beter en Europees investeren in defensie”. Wie de plannen gaat betalen, is nog onduidelijk.
„Europa is een economische reus, een politieke dwerg en een militaire worm”, zei de Belgische buitenlandminister Mark Eyskens in 1991. Dat gaat nu veranderen, klinkt het in Brussel. Gezien de Russische dreiging en de uitlatingen van de Amerikaanse oud-president Donald Trump dat hij Rusland „aanmoedigt te doen wat het wil” tegen een NAVO-land „dat niet betaalt” is het tijd dat „Europa onafhankelijk wordt, ook de defensie-industrie”, sprak de voorzitter van de Europese Commissie, Ursula von der Leyen, woensdag tegen het Europees Parlement.
Sinds de oorlog in Oekraïne twee jaar geleden uitbrak, geven EU-landen steeds meer uit aan hun defensie. In 2022 ging het om 240 miljard euro; dit jaar stijgt dat bedrag naar 350 miljard. Maar voor de aankoop van wapentuig blijft Europa afhankelijk van de Verenigde Staten. De afgelopen twee jaar kochten EU-landen 70 procent van hun militair materieel in de VS.
Na de Koude Oorlog bleef de Europese defensie-industrie weliswaar behouden. Maar producenten gaan gefragmenteerd te werk, zijn klein en niet innovatief genoeg. Tot massale investeringen is de Europese defensie-industrie helemaal niet in staat, zolang er geen zekerheid is van een afzetmarkt. Dus moet Europa „meer, beter en Europees investeren in defensie”, sprak Von der Leyen woensdag.
Pandemie
Dinsdag presenteert de Commissie haar plan om de wapenproductie op Europees grondgebied te stimuleren. „We moeten overschakelen naar een oorlogseconomie”, sprak Eurocommissaris Thierry Breton (Interne Markt) afgelopen week.
Brussel wil dat de EU-landen beter gaan samenwerken bij de aankoop van wapentuig. Nu koopt Duitsland pantservoertuigen in bij het Duitse Rheinmetall, Frankrijk bij het Franse Nexter Systems en Italië bij het Italiaanse consortium Iveco Oto Melara. Dat moet anders.
Een gezamenlijke wapenaankoopprogramma, vergelijkbaar met het programma dat tijdens de pandemie is ontworpen voor de aankoop van Covid-19-vaccins, moet de vraag vanuit Europese legers stimuleren. Lidstaten die samen wapens aankopen, worden door Brussel gefaciliteerd met gestroomlijnde procedures en zullen profiteren van btw-vrijstellingen.
Oekraïne
In tegenstelling tot eerdere EU-defensieprogramma’s, doet nu ook Oekraïne mee. Kyiv zal samenwerken met aanbestedingen alsof het een EU-lid is. In de Oekraïense hoofdstad wil de Commissie een bureau voor defensie-innovatie openen. Dat moet onderzoek en innovatie in de sector stimuleren.
Om de export van Europees wapentuig naar derde landen te stimuleren, pleit de Commissie voor een militair verkoopmechanisme naar Amerikaans model. Washington onderhoudt directe lijntjes met hoofdsteden en brengt als tussenpersoon aankopende landen in contact met de Amerikaanse producenten. Brussel belooft net zo’n functie voor de Europese defensie-industrie te gaan vervullen.
Spil-in-het-web van de Europese defensie-industriestrategie wordt de te benoemen Eurocommissaris voor Defensie, een functie die Von der Leyen –mocht ze dit najaar opnieuw Commissievoorzitter worden– in het leven zal roepen. Hij zal de coördinatie van het EU-defensiebeleid en de ondersteuning van de militaire industrie voor zijn rekening nemen. Op dit moment is het EU-defensiebeleid nog een gedeelde verantwoordelijkheid van onder meer EU-buitenlandchef Josep Borrell, het Europees Defensie Agentschap en het directoraat-generaal Defensie en Ruimte van de Europese Commissie. Voor de functie klinkt de naam van de Poolse buitenlandminister Radosław Sikorski – in 2014 genoemd als vervanger voor NAVO-chef Anders Fogh Rasmussen. Ook de Estse premier Kaja Kallas maakt een kans.
Geld
De defensie-industriestrategie zal banen opleveren, is de verwachting. Maar het kost ook geld. Dus lanceert Eurocommissaris Breton dinsdag ook het Europees Defensie Investeringsplan, een investeringsprogramma om de Europese defensie-industrie op weg te helpen. De Commissie pompt al 1,5 miljard euro in het programma. Maar Breton denkt de komende vijf jaar minstens 100 miljard euro nodig te hebben. Wie de portemonnee gaat trekken, is nog steeds onduidelijk.
Alle ogen zijn gericht op de Europese Investeringsbank (EIB), die EU-doelen financieel ondersteunt. Maar de EIB is terughoudend met investeringen in de defensie-industrie. Grote investeerders zoals pensioenfondsen vinden dat te risicovol. De bank, die als betrouwbaar te boek staat, wil haar triple A-status niet verliezen.
Nadia Calviño, de president van de EIB, wist het Europees Parlement in februari wel te vertellen dat de investeringsbank voor de periode 2022 tot 2027 8 miljard euro apart heeft gezet voor de financiering van defensieprojecten. Daarvan is inmiddels een kwart vergeven – onder meer aan cybersecurity. Het Europees Parlement riep de EIB vorige week op om ook munitie en militaire uitrusting te gaan financieren. Binnenkort praten de EU-ministers van Financiën met de EIB-top over extra investeringen in de defensie-industrie.
Intussen kijkt de Commissie naar andere mogelijkheden om de plannen te financieren. De Estse premier Kallas lanceerde al het idee om speciale obligaties uit te geven, zoals ook het coronaherstelfonds is gefinancierd. Ook Frankrijk is daar voor. Nederland staat echter niet te trappelen om samen geld lenen.
Niet alleen de financiering is een hobbel voor de Europese defensie-industriestrategie, ook de sterke commerciële banden tussen nationale regeringen en binnenlandse defensiebedrijven. Parijs ziet in de Europese defensie-industriestrategie een kans om de afzetmarkt voor de eigen defensie-industrie te vergroten, Berlijn ziet dit als gevaar voor Duitse defensiebedrijven, terwijl Rome vooral graag Italiaans wapentuig aan de man wil brengen.
„EU-landen moeten bereid zijn nationale belangen te overstijgen, terwijl Brussel verantwoordelijk is om gezamenlijke inkopen verspreid over de lidstaten te doen”, zegt CDA-Europarlementariër Tom Berendsen. „We hebben samen belang bij een veilig Europa.” VVD-collega Malik Azmani vult aan: „Hoe minder we nu in defensie-industrie investeren, hoe meer het ons in een later stadium kost. We moeten ons preventief bewapenen om Moskou af te schrikken.”
Hoewel het mandaat van de Commissie dit najaar afloopt, zijn diplomaten er vrijwel zeker van dat de nieuwe Commissie –waarschijnlijk opnieuw met Von der Leyen aan het roer– de plannen voortzet.