Overijssel ziet uitspraak over PAS-melders als ‘steun in de rug’
De provincie Overijssel ziet de uitspraak van de Raad van State als „een steun in de rug voor PAS-melders” en ook voor de eigen aanpak. „Deze uitspraak bevestigt dat we een goede keuze hebben gemaakt”, aldus gedeputeerde Gert Harm ten Bolscher. „En het laat zien dat de belangen van de ondernemer ook gewoon meegewogen mogen worden. Moéten worden zelfs.”
De hoogste bestuursrechter geeft provincies tot medio 2025 de tijd om af te zien van handhaving tegen PAS-melders, mits ze kunnen uitleggen dat er „een redelijk evenwicht is” tussen de belangen van enerzijds de PAS-melders en anderzijds natuurbelangen. Overijssel moet dit wel beter motiveren in twee specifieke zaken waar de Raad van State woensdag uitspraak over deed, van een melkveehouderij in Kampen en een biomassacentrale in Balkbrug. De provincie heeft daar zestien weken de tijd voor.
Milieuactiegroep MOB wil dat Overijssel handhavend optreedt bij PAS-melders, waarvan er in de provincie zo’n 350 zijn. Het gaat om ondernemers, veelal boeren, die aanvankelijk geen vergunning hoefden te hebben om relatief kleine hoeveelheden stikstof uit te stoten. Een melding volstond, maar dat veranderde na een uitspraak van de Raad van State in 2019. De PAS-melders moeten sindsdien wel over een vergunning beschikken, maar die worden door de stikstofproblematiek amper meer uitgegeven.
Omdat de ondernemers buiten hun schuld om in de problemen zijn gekomen, probeert Overijssel op diverse manieren te kunnen afzien van handhaving. Zoals via een bemestingsverbod op provinciale pachtgronden, wat tot een tijdelijke stikstofreductie leidt. Dit verbod is voor het tweede jaar op rij van kracht in Overijssel. De Raad van State noemt het een voorbeeld van een goede afweging van de belangen van zowel de PAS-melders als de natuur.