Volodymyr Fomin aan het front in Oekraïne: „Mijn geloof helpt me tegen angst”
Twee jaar lang vecht Volodymyr Fomin (24) al aan het front in Oekraïne tegen de Russen. „De grootste atheïst roept tot God om hulp als Russische granaten naast hem inslaan.”
Oekraïne verzet zich dit weekend twee jaar lang tegen de Russische invasie. Deze week is het ook tien jaar geleden dat groene mannetjes –zonder emblemen of herkenningstekens– de Krim innamen. Oekraïne slaagt er al 24 maanden in stand te houden tegen de overmacht aan Russen. Het Russische leger boekt echter weer terreinwinst. De stad Avdiivka in Oost-Oekraïne is deze week na zware strijd in Russische handen gevallen.
Eerste luitenant Volodymyr Fomin, commandant van een artillerie-eenheid van het Oekraïense leger, heeft gevochten in belangrijke Oekraïense plaatsen die afgelopen maanden onder vuur lagen. De oud-student rechten kreeg na de Russische invasie een oproep gekregen om te dienen in het leger. „Ik ben opgeleid voor Oekraïense artillerie”, vertelt de jonge Oekraïense militair via Teams. Ira van de Breevaart van stichting ”Actie voor Oekraïne” vertaalt het gesprek vanuit haar camper in Duitsland.
De jonge militair zucht. Het leven aan het front is zwaar. „We moeten 24 uur per dag paraat staan en waakzaam zijn. Er zijn dagen dat de Russen ons van ’s ochtends 6.00 tot ’s avonds 21.00 uur onder vuur nemen. Overdag is er geen moment rust.” De impact van de bombardementen is groot. „De grootste atheïst roept tot God om hulp als een granaat bij hem inslaat.”
Erg gevaarlijk voor de Oekraïners zijn de Russische drones. „De Russen zijn met spionagedrones voortdurend bezig Oekraïense troepen te lokaliseren en uit te schakelen. De vraag is steeds: hebben ze ons gezien? Gevechtsdrones nemen ons continu onder vuur.” Een keer heeft een Russische aanval de artillerie van Volodymyrs eenheid zwaar beschadigd.
Hoe is het leven onder voortdurende dreiging? „Het is eng. Ik maak me altijd het meest zorgen om mijn manschappen”, legt de commandant uit. „Ik ben zuinig op mijn mensen. Het eerste wat ik doe bij een Russische aanval is mijn mannen in veiligheid brengen. Daarna zoek in zelf dekking. In het begin van de oorlog was ik bang, altijd bang. Ik sliep slecht en at niet. De angst om dierbaren te verliezen was permanent aanwezig. Maar een mens is een bijzonder schepsel: het leven onder voortdurende dreiging went ook.”
Sneuvelen
Regelmatig ziet Volodymyr collega’s sneuvelen. Wat doet dat met hem? De hoofd-luitenant kijkt moeilijk en plukt aan zijn baardje. Pijn is af te lezen van zijn gezicht. „Een heel moeilijke vraag. Er sneuvelen inderdaad collega’s. Oorlog brengt pijn, vernietiging en verwoesting met zich mee. Iedereen die één week aan het front heeft gediend, kan niet meer hetzelfde leven leiden. Het verliezen van kameraden geeft dezelfde pijn als het verliezen van dierbaren, van familieleden.” Volodymyr voelt behalve pijn en verdriet ook boosheid. „Ik ben zo boos, dat ik zonder dat mijn geweten spreekt Russen kan vernietigen. Dat is rechtvaardigheid.”
In twee jaar tijd heeft Volodymyr hoge militaire onderscheidingen gekregen van de recent vervangen Oekraïense generaal Zaloezjny. President Zelensky heeft de luitenant in een videoboodschap bedankt. Volodymyr wil niet uitweiden over zijn verdiensten.
De oorlog kost in twee jaar tijd ruim 650.000 dode en gewonde Russische en Oekraïense militairen. Is dat het waard? „Die vraag kun je beter aan de vijand stellen”, reageert de luitenant resoluut. „Geen enkele oorlog is het verlies van zoveel mensenlevens waard. Oekraïne heeft deze oorlog echter niet gewild. Wij verdedigen ons land én heel Europa tegen de Russen. Dat blijven we doen zolang het nodig is. Het is onze plicht de Russen te stoppen. Anders stoppen ze nooit.”
Volodymyr loopt echter dagelijks aan tegen tekorten. „We doen steeds aanvragen voor meer munitie, maar we krijgen net genoeg om ons te verdedigen. Voor een aanval ontbreekt voldoende munitie. Met meer granaten kunnen we veel effectiever optreden.”
Geloof
De jonge luitenant –„ik ben gedoopt”– zegt in deze moeilijke tijden steun te ervaren uit zijn geloof. „Mijn geloof helpt me tegen angst.” Ziet Volodymyr op tegen de mogelijkheid zelf te sneuvelen? Even valt een stilte. „Nee”, zegt hij dan. „Ik ben bang dat mijn mensen sneuvelen. Zelf ben ik niet bang. Als ik sterf, zal het voor mij volledig openbaar zijn wáárvoor ik ben gestorven. Dingen die ik nu niet weet.” Sneuvelen voor zijn land wil Volodymyr niet. „Voor mijn volk wel.”
De vraag waarom God zo onvoorstelbaar veel leed toelaat in de oorlog, vindt Volodymyr moeilijk te beantwoorden. „Het Oekraïense volk wordt beproefd. We zullen die beproeving moeten doorstaan. Maar we zullen er gelouterd uitkomen. God geeft ons het recht om ons land weer vrij te maken van het geweld van de Russen. God geeft ons de kans om de Russen voor altijd te verslaan.”