Het is tijd dat de politiek keuzes maakt om het belastingstelsel een opknapbeurt te geven. Te veel mensen houden te weinig over van een salarisverhoging en de arbeidskorting is zo hoog opgelopen dat deze juridisch onder druk komt te staan.
Dat staat in een maandag gepresenteerd rapport over de toekomst van het belastingstelsel. Een onafhankelijke commissie, gevormd door ambtenaren, heeft de fiscale wetgeving doorgelicht. De resultaten van het onderzoek kunnen gebruikt worden aan de formatietafel of door de Tweede Kamer zelf.
„Er worden nog elke dag belastingen opgehaald. Dat is een hele prestatie”, zegt Ernst van Koesveld, voorzitter van de werkgroep. „Tegelijkertijd, je kunt er een vraagteken bij zetten hoe goed mensen het huidige stelsel nog begrijpen. Op dit moment laten burgers belastingvoordelen liggen. Daarom is het belangrijk om het stelsel een slag eenvoudiger te maken, al zal het nooit eenvoudig worden. De fiscale regelgeving is nu te ingewikkeld voor mensen. Maar ook voor de Belastingdienst. Dat is niet goed voor onze welvaart.”
Een van de problemen die in het rapport aan bod komen, is dat een deel van de werkenden weinig overhoudt van een salarisverhoging. Hetzelfde geldt voor het besluit om een dag meer te gaan werken. In vaktaal wordt dit probleem een hoge marginale druk genoemd.
Portemonnee
In het rapport staat dat 20 procent van alle werkenden een marginale druk heeft van 60 procent of hoger. Volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek telt Nederland ongeveer 9,7 miljoen werkenden. Dat betekent dat zo’n 2 miljoen werkenden niet meer dan 40 procent overhouden van een salarisverhoging. Ongeveer 500.000 werkenden zien niet meer dan 30 procent terug in hun eigen portemonnee. Uit een evaluatie blijkt dan ook dat mensen weinig optimistisch zijn over de mate waarin meer werken loont. Een op de drie Nederlanders is er niet van overtuigd dat ze meer geld overhouden als ze meer gaan werken.
Bij dit probleem moet gezegd worden dat huishoudens die weinig overhouden van een salarisverhoging, per saldo vaak weinig belasting betalen. Dat komt omdat ze in hun situatie vaak recht hebben op meerdere toeslagen en belastingkortingen.
Een ander probleem dat de ambtenaren in hun rapport benoemen is dat de arbeidskorting –een fiscale korting voor werkenden– juridisch onder druk komt te staan. Dat komt omdat het financieel belang van de arbeidskorting door de jaren heen steeds groter is geworden.
De juridische kwestie gaat om iemand die gedeeltelijk arbeidsongeschikt is verklaard en daarnaast werkt. Als hij naast zijn loon een WGA-uitkering via het UWV ontvangt, heeft hij geen recht op arbeidskorting. Als hij dezelfde uitkering via zijn werkgever krijgt uitbetaald, zou hij wel recht hebben op arbeidskorting. Het gerechtshof Den Haag heeft dit jaar bepaald dat dit in strijd is met het gelijkheidsbeginsel.
„De bredere achterliggende vraag”, schrijven de ambtenaren, „is of het grote verschil in belastingdruk gerechtvaardigd is tussen mensen die werken aan de ene kant en aan de andere kant mensen die wel (meer) willen werken, maar dat niet kunnen vanwege bijvoorbeeld arbeidsongeschiktheid.”