Groot deel gymdocenten heeft gehoorschade; „Schoolbestuur moet zorgplicht serieuzer nemen”
Een groot deel van de docenten in het bewegingsonderwijs kampt met lawaaidoofheid: een verminderd gehoor als gevolg van blootstelling aan te veel geluid tijdens de gymles.
Dat blijkt uit de voorlopige resultaten van een onderzoek van Fontys Hogeschool in Eindhoven, in samenwerking met onder meer de Koninklijke Vereniging voor Lichamelijke Opvoeding. Van de zeventig docenten bij wie gehoortesten afgenomen zijn, heeft ongeveer 35 procent last van lawaaidoofheid, vertelt Saskia Tuinder, projectleider van het onderzoek. „Hun gehoor is 15 decibel slechter dan het normaal gesproken op hun leeftijd zou moeten zijn.”
Het onderzoek richt zich op leraren in het primair onderwijs, omdat leerlingen daar sinds 1 augustus 2023 verplicht twee uur per week gymles moeten krijgen. Deze docenten zijn met een gemiddelde leeftijd van 35 jaar een stuk jonger dan in het voortgezet onderwijs, zegt Tuinder. „Naarmate docenten ouder worden en het vak langer geven, neemt hun gehoorverlies nog verder toe.” Op het voortgezet onderwijs, waar over het algemeen oudere docenten werken, is het percentage leerkrachten dat last heeft van doofheid dus mogelijk nog hoger.
Naast dat een derde van de gymdocenten kampt met lawaaislechthorendheid, zegt ongeveer twee derde van de onderzochte groep last te hebben van hoofdpijn en concentratieproblemen na de les. Tuinder: „Een docent vertelde ons dat hij het krijgen van kinderen uitstelt, omdat hij eerst een uur rustig aan moet doen als hij thuiskomt, voordat hij weer sociaal kan doen.”
De onderzoekers hebben ook uitgebreide metingen gedaan in tien verschillende sportaccommodaties. „Sinds 2005 moeten sporthallen aan de norm voor bouwakoestiek voldoen. Die norm geeft onder meer aan hoeveel galm er mag zijn in een ruimte.” Tijdens het onderzoek zijn zowel in nieuwe als oude zalen geluidsmetingen gedaan. Het resultaat was volgens Tuinder schokkend. „In alle zalen, dus ook die aan de voorschriften voor bouwakoestiek moeten voldoen, bleek het geluid boven de arbo-technische norm van 85 decibel uit te komen.”
Het gevaar voor lawaaislechthorendheid begint vanaf 80 decibel. Boven deze waarde zijn werkgevers volgens de Arbowet verplicht hun werknemers gehoorbescherming aan te bieden. „Uit de interviews met de sportdocenten bleek echter dat lang niet alle leerkrachten weten dat ze daarop recht hebben”, zegt Tuinder. De meningen over het gebruik van de oordopjes lopen ook uiteen. „De ene docent kan niet zonder, terwijl een ander het niks vindt. Bijvoorbeeld omdat ook de stemmen van kinderen gedempt worden of de huid in het oor gaat irriteren.”
Bekleding
Een oplossing van het probleem lijkt nog niet zo snel voorhanden. Een nationaal tekort aan gymzalen zorgt ervoor dat scholen en verenigingen vaak al blij zijn als er überhaupt ruimte is om te sporten. Daarnaast kosten geluidsdempende maatregelen, zoals bekleding op de wanden of panelen aan het plafond, vaak duizenden euro’s.
De vraag wie moet opdraaien voor die kosten is voor scholen die een gymzaal huren een heikel punt. „Gemeentes, die veel sporthallen in beheer hebben zeggen dan: het zijn de werknemers van de school, dus die moet zorgen voor een goede akoestiek. Maar schoolbesturen zijn het daar vaak niet mee eens. De gemeente is immers eigenaar van de zaal.”
Tuinder vindt het kwalijk dat de verantwoordelijkheid van de akoestische problemen in veel gevallen bij de werknemer gelegd wordt. „Een sportdocent moet zelf aankaarten dat hij last heeft van de hoge geluidsniveaus tijdens de les. Soms wordt er wat gedaan met die klacht, maar soms ook niet.” Ze vindt dat werkgevers en schoolbesturen hun zorgplicht serieuzer moeten nemen. „Dat is ook wat we met dit onderzoek willen bereiken.”