De Tweede Kamer wil dat het kabinet de plannen om toezicht te houden op informeel onderwijs, waaronder islamitische weekendscholen en kerkelijk jeugdwerk, flink insnoert.
Dinsdag aanvaardde de Tweede Kamer een motie van SGP-fractievoorzitter Chris Stoffer en zijn CDA-collega Harmen Krul die vraagt om het toezicht op informeel onderwijs „enkel en alleen” te richten op „broedplaatsen van radicalisering en strijdigheid met de democratische rechtsorde”.
Oud-minister Dennis Wiersma stuurde vorig voorjaar een brief naar de Tweede Kamer waarin hij voorstelde om de onderwijsinspectie een centrale rol te geven bij het toezicht op al het informeel onderwijs. De inspectie, de landsadvocaat en de ambtenaren op het departement adviseerden de bewindsman om daarvan af te zien. Tegen een wet met een dergelijke strekking bestaan volgens de tegenstanders fundamentele bezwaren. De overheid gaat daarmee ver over de grenzen van haar bevoegdheid. De voorgenomen wet zou volgens Wiersma in beginsel voor alle maatschappelijke sectoren, waaronder dus ook kerkelijk jeugdwerk, gaan gelden.
De Tweede Kamer sprak eerder al via een motie uit dat het toezicht op niet-bekostigd onderwijs alleen gericht mag zijn op bedreigingen die de democratische rechtsorde raken. En dat daarbij niet de onderwijsinspectie, maar de veiligheidsdiensten een centrale rol dienen te vervullen.
Tijdens de begrotingsbehandeling van het ministerie van Onderwijs voor 2024, vorige week, dienden SGP en CDA een nieuwe motie in om het toezicht op het informeel onderwijs alleen te richten op plaatsen waar sprake is van radicalisering. De wet moet dus niet gaan gelden voor alle sectoren.
Minister Mariëlle Paul voor Primair en Voortgezet Onderwijs, die vorige zomer Wiersma opvolgde, wees vorige week aanvaarding van de SGP/CDA-motie af. Ze kondigde aan dat het omstreden wetsvoorstel in het derde kwartaal van volgend jaar naar de Tweede Kamer gaat.
Dinsdagmiddag tijdens de stemming bleek dat PVV, GroenLinks/PvdA, BBB, PvdD, FVD, ChristenUnie en JA21 de motie steunden. SGP’er Stoffer vindt dat het kabinet nu een streep moet halen door de voorbereiding van het omstreden wetsvoorstel. Hij vroeg direct na de stemming om een brief waarin de regering aangeeft hoe zij de motie uit gaat voeren.