Binnenlandkoranverbranding

„Verbod Koranverbranding betekent dat bedreiging loont”

Of het nou om de Koran, de Bijbel of de Talmoed gaat, boekverbranding is een fenomeen van alle eeuwen. Maar waarom mag het eigenlijk in Nederland?

16 January 2024 10:33Gewijzigd op 16 January 2024 15:23
Pegida-voorman Edwin Wagensveld verscheurde in oktober 2023 een Koran voor het Palestijnse consulaat in Den Haag. Naar eigen zeggen bood hij op die manier een tegenreactie na de aanval van Hamas op Israël. beeld ANP, Robin van Lonkhuijsen
Pegida-voorman Edwin Wagensveld verscheurde in oktober 2023 een Koran voor het Palestijnse consulaat in Den Haag. Naar eigen zeggen bood hij op die manier een tegenreactie na de aanval van Hamas op Israël. beeld ANP, Robin van Lonkhuijsen

Paulus, Lodewijk IX, Maarten Luther en Joseph Goebbels; Edwin Wagensveld staat in een illuster rijtje. De Pegida-voorman, die zaterdag in Arnhem een Koran wilde verbranden, is door de eeuwen heen lang niet de enige die betrokken is bij een boekverbranding. Het lijdend voorwerp bij zo’n brand varieert: van toverboeken tot de Talmoed en van de Bijbel tot het pauselijk wetboek.

Tot een daadwerkelijke Koranverbranding kwam het zaterdag echter niet. Met niets minder dan een zwevende karatetrap hield een demonstrant Wagensveld zaterdag af van zijn daad. Kort daarna leidde de politie de voorman vanwege zijn eigen veiligheid weg van de uitzinnige menigte.

Maar waarom is zo’n Koranverbranding eigenlijk niet verboden? Het levert onnodige polarisatie op en het kost ook nog eens een hoop geld om het allemaal veilig te laten gebeuren. In Zweden en Denemarken liggen sinds kort wetsvoorstellen om het verbranden van heilige boeken aan banden te leggen.

Nazi’s

De vraag is vooral of het verbranden van een Koran valt onder groepsbelediging, legt Paul van Sasse van IJsselt, bijzonder hoogleraar recht en religie aan Rijksuniversiteit Groningen, uit. „Vrijheid van meningsuiting is fundamenteel in Nederland, maar is niet absoluut. Discriminatie of belediging vanwege iemands geloof is bijvoorbeeld strafbaar.” Zo werd Pegida-voorman Wagensveld vorig jaar veroordeeld tot 40 uur taakstraf omdat hij moslims nazi’s noemde. Dat werd door de rechter als groepsbelediging opgevat. Echter voor het verscheuren van de Koran kreeg hij geen straf opgelegd.

Maar is het vernielen van een Koran dan niet beledigend voor een groep gelovigen? „Het gaat er strafrechtelijk gezien niet om hoe gelovigen dat ervaren, hoe kwetsend het ook kan zijn. Het vernielen van een religieus symbool is nog geen uitlating over een groep mensen vanwege hun godsdienst. Puur het vernietigen van een symbool maakt dus nog niet dat mensen ook om hun godsdienst beledigd worden.”

Wil een land het verbranden van heilige boeken wel verbieden, dan is dat een politieke keuze en moet dat wettelijk vastgelegd worden, zegt Van Sasse van IJsselt. „Dat is in Denemarken en Zweden aan de hand. Door forse diplomatieke problemen en de frequentie en indringendheid van protesten hebben die landen kennelijk besloten het strafbaar te maken.” Juridisch is het volgens hem echter nog geen uitgemaakte zaak. „Strafbaarstelling schuurt snel aan tegen de vrijheid van meningsuiting. Het komt aan op een precieze uitwerking.”

De samenwerkende moskeekoepels, gebundeld in K7, willen in ieder geval zo snel mogelijk een verbod op het verbranden van heilige boeken. Ze menen op basis van rechtspraak van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens dat dergelijke manifestaties in strijd zijn met de godsdienstvrijheid.

Een verbod op Koranverbrandingen ziet Berend Roorda, universitair hoofddocent demonstratierecht aan de Rijksuniversiteit Groningen, echter niet zo snel gebeuren. „Er staan hier twee grondrechten op gespannen voet: het recht op demonstratie en de godsdienstvrijheid. Grondrechten zijn allereerst bedoeld om de burger te beschermen tegen de overheid. Maar de overheid perkt hier niet de godsdienstvrijheid van burgers in, dat doen medeburgers.”

De godsdienstvrijheid verplicht de overheid echter ook om actief de uitoefening van een grondrecht mogelijk te maken, zegt Roorda. Bijvoorbeeld bij een religieuze bijeenkomst die door anderen verstoord dreigt te worden. „Dan regelt een burgemeester beveiliging, zodat de bijeenkomst toch kan doorgaan.” De verplichting om de godsdienstvrijheid ook actief te beschermen tegen medeburgers gaat volgens Roorda echter niet zover dat de overheid verplicht is om Koranverbrandingen te verbieden.

Twee maten

De deskundige trekt de vergelijking met het demonstreren bij huizen van ministers, zoals dat in het verleden bij bijvoorbeeld stikstofminister Christianne van der Wal gebeurde. „Daar bijten twee grondrechten elkaar ook, namelijk het demonstratierecht en het recht op privacy.” Ook daar werden de protestacties niet bij voorbaat verboden, al heeft de overheid wel tot zekere hoogte de plicht heeft om het recht op privacy te beschermen.

Is het geen optie om vooraf aangekondigde Koranverbrandingen te verbieden? „Burgemeesters mogen demonstraties niet verbieden op basis van de inhoud”, zegt Roorda. „Ook niet als ze bang zijn voor hele heftige of zelfs gewelddadige tegenreacties.” En dat is volgens de docent maar goed ook. „Anders zou er censuur toegepast kunnen worden. En dan zou vijandig publiek beloond worden voor gewelddadig gedrag.”

Toch wordt er in Nederland weleens met twee maten gemeten als het op de vrijheid van meningsuiting aan komt, vindt de deskundige. „Extinction Rebellion bezette wekenlang de snelweg. Hoewel hun doel misschien nobel is, gaat het wel tegen de wet in. Stel, Pegida had precies hetzelfde gedaan, dan zou er waarschijnlijk anders gehandeld zijn. Ik kan me dan ook niet aan de indruk onttrekken dat de inhoud van de demonstratie er soms wel degelijk toe doet.”

En dat Geert Wilders in 2010 aanvankelijk de toegang tot het Engelse Hogerhuis ontzegd werd om zijn film Fitna te tonen, vonden veel Nederlanders destijds belachelijk, zegt Roorda. „Nederlandse politici spraken er schande van, want er was toch vrijheid van meningsuiting?” Maar toen de Britse complotdenker David Icke in 2022 naar Nederland wilde om een toespraak te houden, werd hem de toegang ontzegd. „Hij mocht zelfs het hele Schengengebied niet in.”

Dat Denemarken en Zweden Koranverbrandingen aan banden leggen, snapt Roorda, al vindt hij de achterliggende reden wel zorgelijk. „Ze verbieden de verbrandingen vanwege de heftige reacties die het ontlokt. Maar op die manier loont bedreiging dus. Degene die zich het felste uit, bepaalt daarmee wat er wel en niet mag worden geuit. En dat is volgens mij niet de bedoeling.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer