Richard Wurmbrand haatte het communisme als een antichristelijk en satanisch systeem dat alles wat God schiep wilde verwoesten, maar communisten had hij lief. Die wilde hij voor Christus winnen.
Maandag promoveerde de Roemeense theoloog Mihai-Francisc Nemeti aan de Vrije Universiteit Amsterdam op zijn proefschrift ”De politieke theologie van Richard Wurmbrand. Een studie over de spanning tussen christendom en communisme in Wurmbrands leven en denken”.
Wie was deze in Boekarest geboren Richard Wurmbrand? Martelaar? Jood? Christen? Lutheraan? Mysticus?
Nemeti: „Wurmbrand was een uitermate complexe persoonlijkheid, veelzijdig, een vat vol tegenstrijdigheden, een ”beroerder Israëls”, immer controversieel en niet in een hokje te stoppen”, zegt Nemeti.
In zijn proefschrift schetst Nemeti een beeld van het leven en denken van Richard Wurmbrand (1909-2001). Wurmbrand was aanvankelijk een atheïstische communist, maar werd na zijn bekering predikant in de Lutherse kerk. De vurige prediker werd in communistische gevangenissen en strafkampen gemarteld. Na zijn vrijlating in 1964 –voor een losprijs van 10.000 dollar– had hij nog één doel: het vrije westen de ogen openen voor de verschrikkingen van het communisme. Wurmbrand werd in West-Europa en de Verenigde Staten beroemd door zijn boeken en toespraken.
De in 1968 geboren Roemeense baptistenvoorganger Nemeti heeft Wurmbrand nooit persoonlijk ontmoet, maar weet wel wat communisme is: zijn kerk in Bistriţa werd twee keer verwoest. Nemeti raakte in 2006 geïnteresseerd in politieke theologie door kennisname van Dietrich Bonhoeffer en Stanley Hauerwas tijdens zijn theologiestudie aan het Emanuel Seminarie in Oradea. Als vanzelf kwam hij bij Richard Wurmbrand terecht.
„Omdat Wurmbrands leven en denken nog niet vanuit een wetenschappelijke invalshoek waren beschreven”, zo vertelt Nemeti, „koos ik hem als onderwerp voor mijn proefschrift. Wurmbrand was geen systematische theoloog, meer een verhalenverteller en een activist. Hij bestreed het communisme, waarvan hij de kwalijke gevolgen aan den lijve had ondervonden, als een kwade macht.”
Wurmbrand wilde geen biografie. U ging tegen zijn uitdrukkelijke wil in?
„Ja, dat is wel grappig, want Wurmbrand zelf schreef: „Geloof biografieën niet, want die zijn óf door medestanders geschreven en daarom te mooi, óf door tegenstanders geschreven om de lelijke kanten uit te vergroten. Wetenschappelijke, ‘objectieve’ biografieën hebben geen nut en zijn te saai om te lezen.”
Die afkeer van biografieën kwam doordat Richard Wurmbrand zich terdege bewust was van eigen zonden en afwijkingen, ook in de leer, waarover vriend en vijand hem verwijten maakte. Daarnaast was hij bang dat de haatcampagne van de Securitate –de Roemeense geheime politie– hem parten zou spelen.
De wil van Wurmbrand trotserend heb ik een ‘objectieve’ –en dus ‘saaie’– biografie geschreven, omdat ik zijn politieke theologie niet zonder zijn leven kon beschrijven en omdat ik zijn genadeloze ontmaskering van het communisme belangrijk acht voor toekomstige generaties.”
U geeft veel aandacht aan Wurmbrands stelling dat het communisme satanisch is. Waarom?
„Dit aspect was belangrijk voor Wurmbrand. Hij publiceerde brochures en boeken met titels als: ”Marx en Satan”, ”Marx: een profeet van de duisternis” en ”Was Karl Marx een satanist?”. Wurmbrand kon niet bewijzen dat Marx lid was van een satanistische sekte, maar hij had wel iets met het satanisme, zoals ook door gerenommeerde biografen is gesignaleerd. Terecht had Wurmbrand ingezien dat het militante, anti-theïstische communisme een boze en duivelse oorsprong heeft.”
Wurmbrand schreef het boek ”Jezus, de vriend van terroristen”. Actueel?
„Ja, opvallend actueel en met een profetische blik, kunnen wij nu zeggen. Toen het communisme na 1981 in verval raakte, profeteerde Wurmbrand dat de ”eeuw van het terrorisme” zou volgen op de ”eeuw van het communisme”. Richard was ervaringsdeskundige, want hij was zelf in zijn jeugd een illegale communist die niet terugdeinsde voor geweld.”