Binnenlandprotest tegen wilders

Mat Herben: Volkomen onjuist als ambtenaren straat op gaan na winst PVV

Op de Dam in Amsterdam klinkt deze zaterdag protest tegen Geert Wilders. Eerder deze week gingen in de hoofdstad tientallen ambtenaren de straat op om hun zorgen te uiten over de PVV. Hoe wenselijk is het dat ambtenaren in het openbaar hun mening spuien?

2 December 2023 09:08Gewijzigd op 2 December 2023 13:10
Daags na de verkiezingswinst gingen demonstranten in Nijmegen de straat op. beeld ANP, Marcel Krijgsman
Daags na de verkiezingswinst gingen demonstranten in Nijmegen de straat op. beeld ANP, Marcel Krijgsman
19899148.JPG
Mat Herben. beeld Paul Mellaart

Mat Herben, voorheen rechterhand van Pim Fortuyn, kreeg zo’n 25 jaar geleden een tik op de vingers. Hij was toen als hoofdredacteur van de Defensiekrant ambtenaar bij het ministerie van Defensie. In een ingezonden brief in het Algemeen Dagblad spuwde Herben zijn gal over een NAVO-kwestie. Zijn hartenkreet in de landelijke krant ondertekende hij met zijn naam, inclusief vermelding van zijn job bij Defensie.

De inkt van de krant was nog niet droog of de directeur van het voorlichtingsteam van Defensie riep Herben op het matje. „Hij maakte me duidelijk dat ik als burger over van alles in het openbaar mijn mening mag uiten. Al gaat het bij wijze van spreken over de bijenteelt in Argentinië. Tegelijk drukte hij me echter op het hart dat ik juist níet als Defensie-ambtenaar in het openbaar mijn mening moet uiten over Defensiekwesties. Sinds dat akkefietje heb ik zoiets niet meer gedaan.”

Ambtseed

Bij het standbeeld van de Dokwerker in Amsterdam kwamen maandag enkele tientallen ambtenaren bijeen om hun zorgen te uiten over de verkiezingsuitslag, waarbij de PVV een monsterzege boekte. „De grootste partij heeft een agenda die ingaat tegen wat we in ons ambtseed hebben beloofd”, aldus de organisator in radioprogramma Nieuws en Co. „De PVV is de partij die er niet voor iedereen is.”

Enkele weken geleden lekten via Telegraaf en NRC brieven van enkele honderden rijksambtenaren uit. Zij betoogden dat de Nederlandse regering te veel de zijde van Israël kiest in de huidige oorlog in Gaza.

Rijksambtenaren zijn ‘in dienst’ van een minister, die verantwoordelijk is voor beleid. Wat als ambtenaren grote moeite hebben met dat beleid? In hoeverre kunnen ze hun eigen opvattingen in het openbaar ventileren?

Mat Herben maakt korte metten met het ambtenarenprotest kort na de zege van Wilders. „Ik vind zo’n demonstratie volkomen onjuist. Ambtenaren dienen politiek neutraal te opereren en discreet te zijn. Als zij gaan demonstreren, ondermijnt dat het vertrouwen in de overheid. Als ambtenaar voer je uit wat je baas, de minister, je zegt. Als je dat niet bevalt, kun je het daar intern over hebben. Je houdt in het openbaar dus je mond. Het einde is zoek als allerlei ambtenaren in kranten gaan zeggen wat ze van een bepaalde wet vinden. Als het beleid je niet bevalt, kun je vertrekken.”

Het zit Herben dwars dat de protesterende ambtenaren in Amsterdam Geert Wilders verwijten dat die zich niet aan de Grondwet houdt. „Wilders beoogt met zijn voorstellen zoals een verbod op islamitische scholen de strijd aan te gaan met moslimextremisten. Dat zijn mensen die het gezag van de Nederlandse overheid niet erkennen.”

Iedere politicus heeft het recht om de Grondwet te veranderen, geeft Herben aan. „Zo’n voorstel moet meermalen door beide Kamers worden aangenomen. Dus de Grondwet veranderen gaat zomaar niet.” Uiteindelijk moet zo’n voorstel tot wijziging van de Grondwet ook met tweederde meerderheid worden aangenomen.

Fortuyn

Van een heel andere orde zijn protesten waarbij ambtenaren de straat opgaan om bijvoorbeeld hoger loon af te dwingen, tekent Herben aan. „In zo’n geval opereren ambtenaren onder de vlag van een vakbond. Dan hebben ze, net als elke Nederlander, alle recht te demonstreren.”

Hoe beziet Herben, tegenwoordig in Montfoort raadslid voor de partij Lokaal Montfoort, de discussie rond gewetensbezwaarde ambtenaren die moeite hebben met het voltrekken van een homohuwelijk? „Kennelijk druist sluiten van een homohuwelijk in tegen het geweten van sommige ambtenaren. In zo’n geval zou er intern een praktische oplossing kunnen worden gezocht, zodat zo’n ambtenaar een homohuwelijk niet hoeft te voltrekken. Maar een mogelijkheid is ook dat de trouwambtenaar ermee stopt.”

Herben was zelf zo’n 25 jaar ambtenaar bij Defensie. Over de uitingsvrijheid van rijksambtenaren schreef hij een essay in ”Moord op Spinoza. De opstand tegen de Verlichting en moderniteit”. Dat in 2018 verschenen boek is geredigeerd door onder meer prof. dr. Paul Cliteur, voorheen senator voor FVD.

Herben was in 2002 nauw betrokken bij de totstandkoming van het kabinet-Balkenende I. Dat kabinet met daarin de Lijst Pim Fortuyn (LPF) hield het nog geen jaar uit. De LPF, opgericht door de op 6 mei 2002 vermoorde politicus Pim Fortuyn, bemachtigde op 15 mei 2002 in één klap 26 zetels.

Bom

Stel dat ambtenaren op het ministerie van Buitenlandse Zaken zich met hart en ziel hebben ingezet voor hun vroegere baas Wopke Hoekstra. Die CDA’er toonde zich tot voor kort als minister van Buitenlandse Zaken een trouw bondgenoot van Oekraïne. Stel dat een PVV-bewindsman op die post een veel meer Ruslandgezinde koers gaat varen. Belanden diens ambtenaren dan in een onmogelijke positie?

„Je doet als ambtenaar wat jouw baas zegt”, reageert Herben. „Intern kun je protest aantekenen en kun je hopen dat je baas daar wat mee doet. En als de koers je niet bevalt, stap je op.”

Het komt geregeld voor dat ambtenaren hun wenkbrauwen fronsen over een minister die het over een ander boeg gooit, tekent Herben aan. „Voormalig PvdA-minister Relus ter Beek van Defensie moest begin jaren negentig grote bezuinigingen op de krijgsmacht doorvoeren. Daar zullen ook niet alle ambtenaren blij mee zijn geweest.”

Zelf kon Herben als „net begonnen Defensie-ambtenaar” eind jaren zeventig niet uit de voeten met toenmalige Defensieminister Roelof Kruisinga. De bewindsman van de CHU (voorloper van het CDA) zat slechts enkele maanden op zijn post. „Het was een beminnelijk man, dat was niet het probleem”, blikt Herben terug. „Maar Kruisinga had grote morele moeite met de door de Amerikanen ontwikkelde neutronenbom. Terwijl het intussen NAVO-beleid was om de Russen met dat soort middelen af te schrikken. Toen Kruisinga vertrok, slaakten nogal wat ambtenaren een zucht van verlichting.”

Tot zijn ongenoegen is het ambtenarenapparaat „vaak links en D66-georiënteerd”, verzucht Herben. „Thierry Baudet spreekt van het partijkartel, en daar hij heeft een punt. Bewindslieden als Ollongren, Koolmees en Vijlbrief vervulden eerder een functie als topambtenaar. Ambtenaren op het ministerie van Buitenlandse Zaken hebben de reputatie lijdzaam in verzet te komen tegen bewindspersonen die niet uit hun eigen ambtenarenwereld zijn voortgekomen. De voormalige, rechtse VVD-minister Uri Rosenthal van Buitenlandse Zaken was bijvoorbeeld niet populair bij zijn ambtenaren.”

Herben wijst erop dat staatsrechtgeleerde dr. René Crince Le Roy in 1971 „al waarschuwde” dat zich naast de Trias Politica (wetgevende, uitvoerende en rechtsprekende macht) de „vierde macht” (ambtenarij) had gevormd. Crince le Roy schreef het boek: ”De vierde macht: De ambtelijke bureaucratie als machtsfactor in de staat”.

Bedenkingen

19899137.JPG
Arno Korsten. beeld RD

Ook prof. dr. Arno Korsten, emeritus hoogleraar bestuurskunde aan de Open Universiteit en de Universiteit Maastricht, heeft stevige bedenkingen bij het recente Amsterdamse ambtenarenprotest na de eclatante PVV-zege. „Het is verstandig om als ambtenaar in het openbaar buitengewoon terughoudend te zijn met uitlatingen over je werkterrein. Anders wordt het een wilde, anarchistische boel. Dan twittert de ene ambtenaar iets over zijn persoonlijke mening over een stikstofplan, de andere over meevaren met een gayparade, een derde over asielzoekers die buiten slapen in Ter Apel. Een ambtenaar moet loyaal zijn aan zijn leiding. Bewindslieden zijn verantwoordelijk én aanspreekbaar op beleid.”

Korsten vindt de recente ambtenarenmanifestatie bij de Dokwerker in Amsterdam „voorbarig”. „Er is sprake van bangmakerij. Ik praat scherpe voorstellen van Wilders niet goed, maar de demonstrerende ambtenaren doen net of met de winst van de PVV de rechtsstaat op de helling staat. Daar is geen sprake van. Als bijvoorbeeld Wilders ervoor pleit grenscontroles in te voeren, volgt hij het voorbeeld van tal van andere landen. Daarbij komt dat ook andere politici vergaande wetswijzigingen voor ogen hebben. Denk aan Pieter Omtzigt, die het kiesstelsel drastisch wil hervormen.”

De PVV kan veel roepen, maar de soep wordt niet zo heet gegeten, denkt Korsten. „In Nederland gaan beleidswijzigingen in kleine stapjes. De PVV is tegen steun aan Oekraïne, maar het is erg onwaarschijnlijk dat onze regering nu ineens de handen aftrekt van dat land.”

Geroffel

De hoogleraar bestuurskunde wijst op een vroegere publicatie van voormalig onderwijsminister Jo Ritzen over rechten en plichten van ambtenaren. „Ook Ritzen stelt dat het niet de bedoeling is dat ambtenaren die zich binnen een ambtelijke organisatie buigen over een specifiek onderwerp zich extern uitlaten over dat thema. Denk aan de burgemeester van Amsterdam die een nota over kerk en staat opstelt. Het past ambtenaren die aan zo’n notitie werken niet zich daar in het publieke domein over uit te laten. Noch in geschrifte, noch met een protestbord, noch met geroffel met ketels en pannen. Voor discussies moet, als het goed is, binnen het ambtenarenapparaat alle ruimte zijn.”

Anderzijds zijn er situaties denkbaar waarbij het gerechtvaardigd is dat ambtenaren uit de school klappen, tekent Korsten aan. „Neem klokkenluiders die duidelijke misstanden binnen hun ministerie aan de kaak willen stellen en bijvoorbeeld justitie waarschuwen.”

Dat onlangs kritiek van honderden rijksambtenaren op het in hun ogen te Israël-vriendelijke overheidsbeleid openbaar werd, „is in kringen van bestuurs- en staatsrecht een kwestie van eens maar nooit meer”, analyseert Korsten.

Toch valt ook daar een kanttekening bij te maken, vindt hij. „Er valt wat voor te zeggen dat ambtenaren publiekelijk even stoom mogen afblazen over een zeer gevoelig onderwerp als de oorlog tussen Israël en Hamas. Dan krijgen die ambtenaren als het ware een ventiel, een uitlaatklep aangereikt. Ik heb mijn oren gespitst toen minister Hanke Bruins Slot van Buitenlandse Zaken reageerde op de ontevreden rijksambtenaren. Ze riep niet onmiddellijk: Nee, nee, dit kan echt niet! Bruins Slot liet weten in gesprek te gaan met de critici. De minister haalt zo de druk van de ketel. Ze reageert daarmee overeenkomstig de typisch Nederlandse traditie van meebuigen. In dit geval vind ik dat niet onverstandig.”

Korsten houdt er rekening mee dat komende tijd, als de populistisch rechtse PVV mogelijk gaat meeregeren, vaker ambtenaren in het openbaar hun kritiek spuien. „Ik vrees een zekere verruwing in het debat, ook binnen de rijksdiensten. Dat vraagt alertheid van de regering en bijvoorbeeld de nationale ombudsman. We willen geen burgeroorlog. We moeten denk ik nog meer doordenken hoe ver de vrijheid van meningsuiting van ambtenaren reikt, zeker rond ethisch zwaarbeladen onderwerpen.”

Elite

19899139.JPG
Paul Frissen. beeld Gerhard van Roon

Prof. dr. Paul Frissen, emeritus hoogleraar bestuurskunde van Tilburg University, vindt het eveneens „voorbarig” dat in Amsterdam ambtenaren de straat opgingen na de historische zege voor de PVV. „Vrije verkiezingen vormen een van de belangrijkste instituties van de democratische rechtsstaat. Dus past zeker ambtenaren terughoudendheid om te gaan protesteren. Binnen de beslotenheid van het ambtelijk apparaat kunnen zij hun zorgen en kritiek bespreken.”

Kan Frissen zich voorstellen dat ambtenaren bezorgd zijn dat Wilders met zijn pleidooien voor een Koranverbod en sluiting van islamitische scholen de democratie om zeep helpt? „Bij dit soort discussies speelt de vraag: kun je een democratie op democratische wijze afschaffen? Dat gebeurde in het Derde Rijk. Hitler kwam op democratische wijze aan de macht en schafte de democratie vervolgens af. Het is heel gevaarlijk om parallellen te trekken met de huidige tijd. Duidelijk is wel dat een partij als de PVV net als fascistische en nationaal-socialistiche partijen in de jaren dertig van de vorige eeuw een wij-zij-tegenstelling opwerpt. De elite tegenover het volk; echte Nederlanders tegenover niet-echte Nederlanders. Tegelijk zijn er fundamentele verschillen. De PVV is niet gewelddadig en niet uit op omverwerping van de democratische rechtsorde.”

Eigen school

Het ene grondrecht heeft een steviger basis dan het andere, betoogt Frissen. „De vrijheid van godsdienst zit veel sterker verankerd in algemeen geldende mensenrechten dan bijvoorbeeld de vrijheid van onderwijs. Een Koranverbod strijdt al snel met de vrijheid van godsdienst, zo’n verbod gaat er denk ik nooit komen. Sluiting van bijvoorbeeld islamitische scholen is een ander verhaal. De vrijheid van onderwijs is typisch een Nederlandse vondst. Meerdere politieke bewegingen betwijfelen of allerlei levensbeschouwelijke stromingen hun eigen school moeten kunnen oprichten. In andere westerse landen is staatsonderwijs tamelijk gebruikelijk. Als bijvoorbeeld islamitische scholen of andere scholen binnen het bijzonder onderwijs in Nederland zouden worden verboden, tast dat weliswaar het recht van minderheden op eigen onderwijs aan. Maar ik denk niet dat met zo’n verbod meteen sprake is van een fundamentele aanval op de Nederlandse rechtsstaat, hoezeer ik zelf ook de vrijheid van onderwijs verdedig.”

Ook Frissen beklemtoont dat het politieke partijen vrij staat om met ideeën op de proppen te komen voor verandering van het staatsbestel. „GroenLinks/PvdA bepleit bijvoorbeeld een republiek, de NSC een constitutioneel hof. Voor dat soort ingrijpende voorstellen zijn nogal wat wetswijzingen nodig.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer