BinnenlandAanval op Israël

Leerlingen Guido de Brès: Verbonden met het Heilige Land na hachelijke momenten

Een gesprek over doodsangst, de leiding van God, een onoplosbaar conflict en een zus die eigenlijk nooit huilt. Vijf leerlingen van de Guido de Brès in Rotterdam blikken terug op de reis naar Israël die ze nooit meer zullen vergeten.

17 October 2023 17:00Gewijzigd op 18 October 2023 09:52
Een groepsgesprek met Anna Remmers, Nina Plugge, Marianne Hooghwerff, Alejandra van de Graaf, locatiedirecteur Marijn van der Meijden en Nick Willemsen (v.l.n.r.). beeld Van der Wal Fotografie, Rens de Groot
Een groepsgesprek met Anna Remmers, Nina Plugge, Marianne Hooghwerff, Alejandra van de Graaf, locatiedirecteur Marijn van der Meijden en Nick Willemsen (v.l.n.r.). beeld Van der Wal Fotografie, Rens de Groot

Nina Plugge, Marianne Hooghwerff, Alejandra van de Graaf, Anna Remmers en Nick Willemsen keerden vorige week woensdag veilig terug in Nederland. Tijdens hun schoolreis met 23 medeleerlingen van vwo 4 worden ze overvallen door oorlogsgeweld in Israël. Samen met locatiedirecteur Marijn van der Meijden, als begeleider aanwezig tijdens de reis, blikken ze terug op mooie en hachelijke momenten, maar richten ze de blik ook vooruit. Hoe moet het verder met Israël en Gaza?

Nick koos Israël als bestemming voor de schoolreis en niet Berlijn of Griekenland. „Ik vond het mooi om een beeld te krijgen bij de Bijbelse geschiedenissen, bijvoorbeeld door het Meer van Galilea in het echt te zien.” Van der Meijden: „Het doel van de reis naar Israël was kennismaken met het land waar de Heere Jezus ooit leefde.”

De reis begint op donderdag. Het is de bedoeling dat het verblijf acht dagen duurt. De helft van de leerlingen bivakkeert in een klooster in Oost-Jeruzalem – onder wie de vijf die hun ervaringen delen. Zaterdagochtend wordt de rust ruw verstoord. „Tijdens het ontbijt liep iedereen plotseling de zaal uit. Het luchtalarm ging af”, blikt Nina terug. Nick zat nog op zijn kamer met een medeleerling. „We dachten dat het een oefening was en gingen op het dak kijken wat er aan de hand was. We zagen daar de condensstrepen van raketten.” Enkele momenten later staat iedereen in de aangewezen schuilplaats: een gang met dikke muren in het midden van het klooster.

Al heel snel volgen „gestreste appjes” van familie en vrienden uit Nederland. „Het is oorlog bij jullie.” Nina: „Iedereen wilde weten hoe het bij ons was.” Alejandra: „Pas toen we het nieuws lazen, kwamen we erachter dat we in een heftige situatie zaten.”

De vijftienjarigen vermaken zich in de uren daarna met spelletjes in het klooster. „Er waren ook een paar meiden in onze groep nogal overstuur door filmpjes op sociale media”, weet Nick. Van der Meijden: „We dachten in eerste instantie ons programma te kunnen vervolgen. Maar het luchtalarm bleef afgaan. We moesten telkens naar de schuilplek. We kregen het dringende advies in het klooster te blijven.”

De directeur vertelt dat de „gruwelijke” filmpjes van de aanval van Hamas, 70 kilometer verderop, de leerlingen veel angst inboezemden. „Sommigen dachten dat Hamasstrijders over enkele uren aan de poort zouden staan.” Nick vond de verontrustende berichten heftig. „Veel Israëliërs bleken bruut te zijn vermoord. We hoorden later ook regelmatig in de verte het gerommel van bombardementen op Gaza. Dat begon op mijn zenuwen te werken.”

Vage kennissen

55b658a5fd.JPG
—De zondagse dienst onder leiding van ds. Messemaker op het dakterras

Marianne denkt dat haar ouders in die eerste dagen meer stress hadden dan zij. Nick: „De meest vage kennissen en familieleden belden mijn ouders op om te vragen hoe het met ons was. Er werd heel veel meegeleefd.” De docenten maken een appgroep aan om ouders te informeren, gerust te stellen en af en toe een foto te delen.

Op zondag gaat begeleider ds. M. Messemaker, die als godsdienstdocent op de school werkzaam is, voor in een dienst op het dakterras van het klooster. Alejandra: „Hij wees ons in zijn preek op allerlei plekken in Jeruzalem die we niet meer konden bereiken, maar nog wel konden zien. Dat was heel bijzonder.” Tijdens die zondag wordt duidelijk dat de groep moet denken aan terugkeer naar Nederland. Pas dan deelt Van der Meijden aan de groep mee dat de reis voorbij is. „We moesten ons gaan richten op terugkeer. We wisten alleen niet hoe.”

Maandagochtend vertrekt de groep uit Oost-Jeruzalem om zich bij de andere helft van de groep te voegen die in het noorden van Israël verblijft. Van der Meijden: „We voelden ons niet meer veilig in Oost-Jeruzalem. Tijdens het luchtalarm stonden sommige mensen in de Palestijnse wijk waar wij verbleven te juichen en met vlaggen te zwaaien. Van meerdere kanten kregen we het advies: zorg dat je weg bent voordat het echt escaleert.”

Lay down

Mede dankzij de nodige media-aandacht zet de Nederlandse overheid de repatriëring dinsdag in gang, vermoedt Van der Meijden. „Die middag, toen we op de Berg der Zaligsprekingen zaten, konden we aan de leerlingen vertellen dat de Nederlandse overheid een vliegtuig stuurde om ons op te halen.”

De hachelijkste momenten beleeft de groep op het vliegveld van Tel Aviv. Alejandra: „We hadden net onze bagage ingecheckt en stonden in een lange rij te wachten in de vertrekhal. Plotseling hoorden we geschreeuw: Lay down, lay down! We moesten allemaal plat op de grond gaan liggen. Nick: „Het engste was dat er vanuit de hoofdingang groepen mensen in paniek kwamen aanrennen.” Het vliegveld blijkt onder vuur te liggen. Van der Meijden: „Daar hebben sommige leerlingen doodsangsten uitgestaan. Dat vergeten we nooit meer.” Het vijftal knikt instemmend. Marianne: „Je voelt je echt machteloos, je kunt niets doen.”

Van der Meijden probeert al liggend op de grond leerlingen te troosten. „Je kunt op zo’n moment eigenlijk alleen maar bidden. Toen we na een paar minuten weer mochten gaan staan, heb ik benadrukt dat we onze bescherming alleen aan God te danken hadden, niet aan het Israëlische leger.”

Van der Meijden.jpg
Locatiedirecteur Marijn van der Meijden

Voor Nick was het heel onwerkelijk om woensdagavond weer in Nederland te arriveren. „Het drong niet direct tot me door dat we weer veilig waren. Ik bleef heel alert.” Marianne: „Mijn zus huilt nooit, maar toen ik aan kwam lopen, moest ze toch huilen.” Nina: „Thuis vroeg iedereen hoe het met me ging en ze deden heel lief tegen me. Dat voelde apart.”

Een dag na aankomst verzamelen ouders, leerlingen en begeleiders zich op school. Ook Slachtofferhulp Nederland is aanwezig. „De hulpverleners gaven ons het advies leuke dingen te gaan doen. Dus het is fijn dat het nu vakantie is. En wat we helemaal op prijs stellen, is dat onze toetsen volgende week niet doorgaan”, lacht Nick. De reizigers waren de afgelopen dagen ontzettend moe. Van der Meijden: „Ik slaap veel. Het is te merken dat mijn lichaam een paar dagen vol spanning heeft gestaan.”

Grondoffensief

De leerlingen volgen het nieuws uit Israël en Gaza op de voet. Anna: „Zonder de reiservaring zou ik het nieuws sneller naast me hebben neergelegd. Het komt nu veel dichterbij. Dat luchtalarm en het schuilen hebben we zelf meegemaakt.” Nick is van mening dat Hamas moet verdwijnen. „Als je ziet hoe de terroristen tekeer zijn gegaan in Joodse dorpen, is een grondoffensief door Israël gerechtvaardigd.”

Van der Meijden denkt nog vaak terug aan de mensen die achterbleven, zowel Joden als Palestijnen. „Het leed is ontzettend groot en het conflict lijkt onoplosbaar. We zagen in Oost-Jeruzalem een jongetje van een jaar of vier met een Palestijns vlaggetje zwaaien en juichen terwijl de raketten overvlogen. Zelfs bij kinderen is diepe haat te zien. Dat vond ik aangrijpend. Maar God is achtergebleven. We mogen de situatie in Zijn handen leggen. Het is begrijpelijk dat Israël hard terugslaat, maar geweld is uiteindelijk niet de oplossing. Dat is de vrede van de Vredevorst waar het die zondag op het dakterras van het hotel over ging. Tijdens de terugreis in het vliegtuig zei een meisje: „Ik heb tijdens deze reis voor het eerst in mijn leven God ervaren.””

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer