Oosterschelde in 2100 misschien wel 20 keer per jaar dicht
Het nieuwe rapport van het KNMI zoomt in op elf voorbeelden van gevolgen van klimaatverandering voor Nederland. Een overzicht.
1 Sterfte
In het huidige klimaat komen meer sterfgevallen voor gerelateerd aan koude (5800 gevallen per jaar) dan aan warmte (660 gevallen per jaar). Rond 2100 is dit mogelijk omgedraaid: bij hoge uitstoot van broeikasgassen zijn er meer doden gerelateerd aan warmte (11.000 gevallen per jaar) dan aan koude (6600 gevallen per jaar). Ongeveer de helft van de toekomstige temperatuurgerelateerde sterfte komt door bevolkingsgroei en vergrijzing.
2 Hittestress in Amsterdam
Tropische nachten met een minimumtemperatuur van 20 graden zorgen voor lichamelijke klachten bij mensen, hittestress geheten. In de Amsterdamse wijk Osdorp Noord kan het aantal tropische nachten per jaar toenemen van 1 (nu), naar 26 (in 2100 in het ernstigste scenario).
3 Natuurbrandgevaar
In Nederland vinden zo’n 550 natuurbranden per jaar plaats. Daarbij verbrandt 440 hectare. Het risico op branden neemt iets af als Nederland vernat en als daarbij klimaatbeleid netjes wordt uitgevoerd. In de verdrogende scenario’s neemt het aantal dagen met brandgevaar toe tot wel 300 procent. De risico’s nemen vooral toe in het zuiden en oosten van Nederland.
4 Zonnepanelen
De opbrengst van zonnepanelen zal waarschijnlijk licht stijgen. Dat komt omdat de zon vaker schijnt en er dus meer zoninstraling is. In het huidige klimaat (1990-2020) brengen zonnepanelen in Nederland per jaar zo’n 880 kWh per kWp op. In de toekomst stijgt dat naar gemiddeld 920 kWh per kWp.
5 Gewasopbrengst
Extreem weer –droogte of hevige neerslag– bedreigt landbouwopbrengsten. Vooral droge jaren zorgen voor een mindere teelt. Veel regen leidt weer tot verliezen in de aardappeloogst. Als de uitstoot van broeikasgassen effectief wordt aangepakt, blijft extreem weer gelijk. Als het tegenzit komt extreem weer in de helft in plaats van een derde van de jaren voor. Verzilting treft in lage delen van Nederland gevoelige gewassen zoals bollen en bomen.
6 Stranddagen en recreatie
De recreatieve sector zal profiteren van meer warme dagen. Het aantal goede stranddagen in Vlissingen neemt in alle scenario’s toe van zo’n 70 naar ruim 80 dagen. De hoeveelheid schaatsdagen neemt wel af. En evenementen kampen vaker met extreme weersomstandigheden.
7 Zoetwatervoorziening IJsselmeer
Het IJsselmeer is een belangrijke zoetwaterbron voor Nederland in tijden van droogte. In alle klimaatscenario’s neemt neerslagtekort in de lente en zomer toe. Dat betekent minder wateraanvoer naar het IJsselmeer. Rond 2050 zouden daardoor zeker eens in de vijf jaar tekorten kunnen ontstaan. De gevolgen zijn vooral voor Noord-Nederland dat afhankelijk is van het IJsselmeer.
8 Klimaatbestendig bouwen
Hevige regenval en hitte betekent een grotere opgave voor het klimaatbestendig bouwen van woonwijken.
9 Schade aan bloesem
Als bomen gaan bloeien vóór de laatste voorjaarsvorst, is sprake van een ‘valse lente’. Fruittelers lijden vooral onder de schade aan bloesems. In alle nieuwe klimaatscenario’s neemt zowel het aantal als de duur van valse lentes in de toekomst af. De reden is een sterk afnemende vorstkans later in het voorjaar. Dat is het gevolg van hogere temperaturen in Noordoost-Europa, waar de kou in Nederland doorgaans vandaan komt.
10 Bodembeheer in Twente
Buurtschap Breklenkamp in Twente leed afgelopen jaren onder de hete zomers. Beken en vennen stonden droog, grote bomen stier-ven af. Volgens de nieuwe klimaatscenario’s krijgt de regio in de toekomst meer droogte te verduren. Zowel de kans op droogte als de kans op extreme neerslag neemt toe. Het neerslagtekort in het groeiseizoen neemt toe van zo’n 150 naar zo’n 200 millimeter in 2100.
11 Oosterschelde dicht
In de afgelopen 35 jaar ging de Oosterscheldekering zo’n dertig keer dicht om overstromingen te voorkomen. Dat is ongeveer eens per jaar. Door de zeespiegelstijging is de verwachting dat het aantal sluitingen per jaar in 2100 oploopt naar 3 (positiefste scenario) tot 20 (negatiefste scenario). Meer sluitingen betekent meer onderhoud en meer schade voor het kwetsbare ecosysteem in de Oosterschelde.