Politiek
Kamer sleutelt aan begrotingsdeal; minimumloon minder hard omhoog

De linkse partijen die de dag na Prinsjesdag het plan presenteerden om het minimumloon te verhogen, hebben hun voorstel aangepast. Het minimumloon zal minder stijgen dan de partijen eerder overeenkwamen.

Minister Kaag (Financiën) zet zichzelf op de foto samen met de staatssecretarissen De Vries (l.) en Van Rij (m.). beeld ANP, Robin Utrecht
Minister Kaag (Financiën) zet zichzelf op de foto samen met de staatssecretarissen De Vries (l.) en Van Rij (m.). beeld ANP, Robin Utrecht

Het minimumloon gaat niet met 1,7 procent, maar met 1,2 procent omhoog, verduidelijkte D66-Kamerlid Van Weyenberg woensdag tijdens de Algemene Financiële Beschouwingen. Verder gaat de verhoging niet in per 1 januari, maar per 1 juli volgend jaar. De uitkeringen, zoals de AOW en de bijstand, blijven meestijgen.

De partijen waren genoodzaakt hun voorstel aan te passen, nadat minister Kaag (Financiën) afgelopen weekend een lange brief naar de Kamer stuurde. Daarin wees de minister erop dat de rekening van de extra uitgaven die de Kamer wilde doen, niet volledig werd betaald.

Zo viel de opbrengst van het belasten van de inkoop van eigen aandelen lager uit, omdat bedrijven in reactie op de taks hun zetel naar het buitenland kunnen verplaatsen. Ook wees Kaag erop dat het verhogen van het minimumloon per 1 januari niet mogelijk was.

De linkse partijen hebben onder aanvoering van GL/PvdA, D66 en ChristenUnie de handschoen opgepakt. Behalve dat het minimumloon minder hard stijgt dan eerder voorgesteld, besloten de partijen ook de bankenbelasting minder fors te verhogen.

SP-Kamerlid Alkaya, voorstander van het plan, betreurde dat het minimumloon minder hard omhoog gaat. „Ik vond 1,7 procent eigenlijk al summier en nu wordt het 1,2 procent”, zei de SP’er. „Natuurlijk gaan we dat steunen, maar op deze manier blijft er vrij weinig van over.”

Heinen (VVD) −die kritisch is op de wijze waarop het plan betaald wordt− wilde weten of het aangepaste voorstel nog wel een koopkrachtverbetering betekent voor mensen in armoede. Als dat niet het geval is, „kunnen we het net zo goed niet doen”, betoogde Heinen.

D66-Kamerlid Van Weyenberg was het er niet mee eens. De 1,35 miljard euro die het voorstel kost, „vind ik van betekenis”, zei hij. Mensen rond het sociaal minimum of werknemers die het minimumloon verdienen, gaan er volgens de D66’er wel degelijk op vooruit.

Op zijn beurt had Van Weyenberg stevige kritiek op het accijnsvoorstel van de VVD waardoor de benzine- en dieselprijzen per 1 januari niet verder omhoog gaan. De VVD wil dat plan te betalen door 1 miljard euro uit het Nationaal Groeifonds te halen. „Waarom wilt u de toekomst de dupe laten zijn van iets op de korte termijn”, vroeg Van Weyenberg. „Zoek dan gewoon een bezuiniging. Daar heeft u altijd de mond over vol.”

„De economische groei hangt natuurlijk niet af van een miljard meer of minder in het groeifonds”, antwoordde Heinen. Een bezuiniging was volgens hem niet mogelijk omdat daar geen Kamermeerderheid voor is.

Combinatiekorting

De CU kwam tijdens de financiële beschouwingen met een voorstel –mede gesteund door GL/PvdA en de SGP– om de inkomensafhankelijke combinatiekorting (IACK) stapsgewijs en vertraagd af te bouwen. In de plannen van staatssecretaris Van Rij zouden werkende ouders die na 1 januari 2025 een kind krijgen geen recht meer hebben op de fiscale korting, terwijl ouders wier kind voor die datum geboren wordt haar wel krijgen. Dat kan tienduizenden euro’s schelen.

Om dit effect te voorkomen, stellen de partijen voor om de IACK vanaf 2027 tot 2035 stapsgewijs af te bouwen. Ook zou het afschaffen van de regeling twee jaar later in moeten gaan, omdat het beoogde gratis kinderopvangstelsel tot 2027 is uitgesteld.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer