Kandidaat-Eurocommissaris Hoekstra poogt scepsis weg te nemen met klimaatbeloftes
Wopke Hoekstra moest maandagavond in een straffe hoorzitting commissies in het Europees Parlement ervan overtuigen dat hij de juiste Eurocommissaris voor Klimaat is. „U staat niet bekend als klimaatkampioen”, luidde de kritiek.
Bent u geschikt als Eurocommissaris voor Klimaat, vroegen Europarlementsleden uit de commissies Milieu, Industrie, Buitenlandse Zaken en Ontwikkelingssamenwerking aan de oud-minister van Buitenlandse Zaken en Financiën.
Na een maand van intensieve voorbereiding verdedigde Hoekstra maandagavond zijn kandidatuur. Drie uur kreeg hij de tijd om de parlementscommissies ervan te overtuigen dat hij geschikt is om Frans Timmermans op te volgen.
Hoekstra liet zich tijdens de hoorzitting van zijn beste kant zien. Zo hamerde hij op ambitieus klimaatbeleid: „Ik zal het werk van Timmermans volledig voortzetten. Ik sta voor continuïteit, ambitie en communicatie met alle geledingen in de maatschappij en industrie.”
Een van de belangrijkste taken die de volgende Eurocommissaris voor Klimaat wacht is het stellen van Europese klimaatdoelen voor 2040. „Ik denk dat we voor 90 procent uitstootreductie moeten gaan”, zei Hoekstra. Daarmee scherpt hij de Europese klimaatdoelen aan – in lijn met een advies vanuit de Europese Commissie.
De Europese Unie wil in 2050 als eerste werelddeel ‘klimaatneutraal’ zijn en besloot dat in 2030 de CO2-uitstoot al met 55 procent moet zijn teruggedrongen. Maar we gaan nog niet snel genoeg, zeggen adviseurs van de Commissie.
Hoekstra moest koorddansen. Rechtse Europarlementariërs willen de lijn tussen 2030 en 2050 hooguit doortrekken, omdat de strijd tegen klimaatverandering al te veel offers van burgers en bedrijven zou vragen. Links wil de lat juist hoger leggen.
Het behalen van klimaatdoelen voor CO2-reductie ,moeten we haalbaar maken voor burgers en bedrijven”, benadrukte Hoekstra. „Wij staan voor een marathon; niet voor een sprint.” Dat betekent volgens de voormalig CDA-leider dat ook boeren de klimaatplannen kunnen bijbenen.
Een concrete maatregel waar Hoekstra voor pleitte is een wereldwijde vorm van vliegtuigbelasting. „Het is toch absurd dat ik als automobilist wel tot 60 procent belasting betaal aan de pomp, maar luchtvaartmaatschappijen niets.”
COP-28
Heel de wereld moet meedoen in de klimaattransitie, betoogde Hoekstra. Op de COP-28 klimaatconferentie eind dit jaar in Dubai, krijgt hij zijn vuurdoop als hij als klimaatambassadeur van de EU in gesprek moet met grote spelers uit de Verenigde Staten, China. Maar ook met arme landen uit het globale zuiden. Zij wijzen er steevast op dat Europa de grote vervuiler was en hen nu, met ontbossingswetgeving en beprijzing van vervuilende industrieën, wil dwingen tot vergroening.
„Terechte kritiek”, oordeelde Hoekstra. Hij wil een „mondiale coalitie van solidariteit”, waarbij Europa een begin maakt met het betalen van arme landen voor geleden klimaatschade. „Voorop blijft staan dat we allemaal werk maken van klimaatmitigatie.”
Klimaatkampioen
Ondanks alle groene beloften, klonk vooral uit Nederlandse hoek kritiek op Hoekstra. GroenLinks-Europarlementariër Bas Eickhout noemde de oud-minister „niet echt een klimaatkampioen”.
PvdA-Europarlementslid Mohammed Chahim refereerde naar Hoekstra’s uitspraak in augustus 2022 dat het behalen van de stikstofdoelen tegen 2030 voor hem niet heilig zou zijn. „Economische belangen wegen voor u zwaarder dan voor klimaat. Hoe geloofwaardig zijn uw beloften?”
Nog discutabeler maakte het voor Europarlementsleden dat Hoekstra als consultant voor Shell en organisatieadviseur McKinsey werkte.
„Die bedrijven zijn vernietigers van het klimaat”, aldus het Franse Europarlementslid Marie Toussaint (Groenen). Meerdere Europarlementariërs vroegen zich dan ook af of Hoekstra’s verleden wel te rijmen valt met Europese klimaatambities. De kandidaat-Eurocommissaris benadrukte echter dat „mocht het zover komen” hij dan onafhankelijk zal optreden.
In zijn eigen betoog noemde Hoekstra de term slechts tussen neus en lippen. Maar Europarlementsleden vroegen zich af of Hoekstra zijn volle steun zou geven aan de Natuurherstelwet, terwijl de EVP-fractie –waar ook Hoekstra’s CDA bij is aangesloten– de wet poogt te torpederen. De voormalig CDA-leider beloofde collega-Eurocommissarissen Maros Sefcovic en Virginijus Sinkevicius (Milieu) bij het verdedigen van de Natuurherstelwet te zullen steunen.
Vanuit Zuid-Europese hoek was er vooral kritiek op Hoekstra’s pleidooi voor Europese solidariteit in de transitie. Ze leken Hoekstra’s onverbiddelijke houding tijdens de coronapandemie niet te zijn vergeten. Toen Italië hard werd getroffen door de pandemie en om hulp vroeg, zei Hoekstra dat ze in betere tijden beter hadden kunnen sparen.
„Als Nederlandse minister van Financiën hield u destijds de hand op de knip. Maar om klimaatdoelen te halen, moet de EU juist de portemonnee uittrekken; misschien wel staatsschuld aangaan. Bent u daartoe bereid”, was de vraag.
„Ik heb zaken niet handig aangepakt”, erkende Hoekstra. „Ik had dat anders moeten doen”.
„Nu moeten we bij het nemen van klimaatmaatregelen onorthodox zijn; buiten de hokjes denken. Maar ook kijken of bedrijven zelf kunnen investeren.”
Ook na het urenlange examen blijft Hoekstra onverzekerd van de steun van het Europees Parlement. Politieke geestverwanten uit de christendemocratische EVP en het liberale Renew steunen hem. Maar de sociaaldemocraten en de groenen, op wiens steun hij lijkt aangewezen, twijfelen nog.
De Milieucommissie beslist dinsdagmiddag, nadat zij –en drie andere parlementscommissies–
vicevoorzitter Maros Sefcovic (Green Deal) hebben gehoord. Hoekstra moet het vertrouwen winnen van een tweederdemeerderheid in de commissies. Het Europees Parlement zal met zijn benoeming, als de commissies hun fiat geven, donderdag instemmen.